4Voorstel tot het, vaststellen van het "Sociaalstatuut herinde ling Bergen op Zoom/Halsteren 1-1-1997". Nr. BD-Poi/22 De VOORZITTER: U heeft hier een gewijzigde blz. 10 van de toelichting van gekregen. De heer BOLSIUS: Er waren twee vragen die bij de fractie van D66 een rol speelden toen wij keken naar dit sociaal statuut. Vraag 1 betrof het feit dat er tweemaal een functie moest worden aangeboden door de gemeente in een periode van twee jaar, wanneer er voor een ambtenaar geen functie aanwezig was. Wij hebben daar vragen over gesteld naar aanleiding van de commissie. Wij hebben toch gemeend, ondanks de toelichting, er een amendement van te maken, omdat wij eigenlijk vinden dat de wijze waarop het nu verwoord staat en ook wanneer in een aanhangsel nog een tekst staat, het niet duidelijk genoeg is voor de procedures straks. Wij willen u toch uitdrukkelijk vragen, voordat wij iets indienen op dit gebied, een antwoord te geven op het volgende voor ons bestaande probleem. Als er staat dat er tweemaal een functie moet worden aangeboden, danwel geschikt, danwel passend, dan vragen wij ons af of een toelichting danwel een aanhangsel ten aanzien van die tekst voldoende zal zijn om straks bij een juridische procedure toch geen nalatigheid als werkgever te worden verweten. Ten tweede een opmerking met betrekking tot de tekst inzake de wachtgeldverplichtingen. U weet dat er landelijk in de hele overheidssfeer een wijziging aan zit te komen. Met ingang van 1 januari 1998 worden de wachtgeldregelingen drastisch gewij zigd en meer naar het model van het vrij ondernemersschap gestructureerd. Er staat in de tekst op punt 16.1 dat de wachtgeldverplichtingen per 1 januari 1997 basis zullen zijn voor de uitkering. Mijn vraag is of het zodanig te organiseren is dat het niet in strijd zal zijn met de wettelijke verande ringen die met ingang van 1 januari 1998 van kracht worden. De VOORZITTER: Allereerst over wat er geformuleerd staat in artikel 3.1. Er wordt daar gesproken van geen gedwongen ont slagen, tenzij binnen een periode een passende of geschikte functie niet aanwezig is. Die periode van twee jaar dient ter onderbouwing van een eventueel onverhoopt ontslag. Daar wordt al aangegeven dat er sprake kan zijn van een onverhoopt ont slag, maar dat er tweemaal een functie zal worden aangeboden. In de toelichting en ook in alle discussies is helder dat dat een inspanningsverplichting is, want anders zou er nooit sprake kunnen zijn van onverhoopt ontslag. Over de intentie kan hier dus geen misverstand bestaan. Als u het heeft over artikel 16 eerste lid kan ik zeggen dat wat hier aangegeven wordt wanneer wachtgeld of uitkering plaatsvindt op basis van de regeling zoals die per 1 januari 1997 geldt, dit alle ontslagen betreft die samenhangen met deze reorganisatie. In 3.1. is sprake van onverhoopt ontslag als per 1.1.1997 geen passende of geschikte functie gevonden is. U vindt in 16.1. ook een verwijzing naar 15.2. als we iets aanbieden en dan zou blijken dat het niet passend is. Art. 16.1 is dus puur gelimi teerd voor deze gevallen. Ik denk dat het ook correct is naar 4 de mensen toe als er per 1 januari 1997 door de regorganisatie iets aan de hand is, dit op basis van de huidige regeling en niet op basis van de regeling per 1 januari 1998 behandeld gaat worden. Dat is hier dus sterk gelimiteerd. De heer BOLSIUS: Met dit antwoord kunnen wij volledig instem men. Dank u zeer. De VOORZITTER: Dan constateer ik dat de raad met dit voorstel accoord gaat. Als de gemeenteraad van Halsteren dat ook doet, dan hebben we daarmee het Sociaal Statuut definitief beklon ken. Ik denk dat dat een belangrijke stap is in het kader van de herindeling. Eachtiaina tot het aanpassen van de huur en expioitatie-over- êenkomst inzake café-restaurant en de fover in het Markiezen hof. Nr. WE/28 Zonder beraadslagingen en hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. Voorstel inzake CAI - Eurosport. Nr. BD-BeZ/28 De VOORZITTER: Hierover is u een raadsvoorstel nagezonden. De heer VAN LINDEN: Er wordt gesproken over een kwartje en dat is op zich natuurlijk niet zo vreselijk veel geld, maar het gaat bij lijst Linssen eigenlijk meer om het principe dat in dit geval de stelling doorbroken wordt dat commerciële omroe pen zich maar moeten zien te bedruipen. Het doet mij een beetje denken aan het feit dat als je een auto gaat kopen en de showroom binnenstapt om de auto eens te gaan bekijken, je vervolgens een rekening gepresenteerd krijgt voor het gebruik Van de showroom. Wij vinden dat een beetje een rare zaak, eerlijk gezegd. Wat ons betreft vinden wij dat voorlopig het principe dat commerciële zenders om niet doorgegeven moeten worden gehand haafd moet blijven. De heer VAN DER KALLEN: Mag ik de heer Van Linden een vraag stellen Hij spreekt over voorlopig, dus dit principe geldt Voor lijst Linssen voorlopig of heeft lijst Linssen alleen Voorlopige principes be heer VAN LINDEN: Nee, wij hebben geen voorlopige principes, bï" wordt in het stuk aangegeven dat de hele mediawet, we hebben daar deze week al genoeg over gehoord, op de helling staat. Zolang daar nog geen uitspraken van de Tweede Kamer ever zijn, vinden wij dat we het voorlopig maar zo moeten houden be heer VAN DEN KIEBOOM: Heel kort eigenlijk. Wij vinden dat Commerciële zenders kennelijk hun bestaansrecht hebben gezocht ln het feit dat zij op de commerciële markt voldoende inkom- 5

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 138