Een afschrift van deze brief dient aan de V.N.G. te worden verzonden en gaat over tot de orde van de dag. Deze motie is ondertekend door een heleboel mensen, de heer J. van Es van Gemeentebelangen/Stadspartij De heer VAN OERS: Van alle hier aanwezige hebben alle fractie voorzitters dan wel de sociale kopstukken deze motie getekend. De VOORZITTER: Ik zie verder de heren Claes, Piasmans, Van der Kallen, Linssen, Van de Kieboom, Vermeulen, Slokkers en Wol- t jer De heer VAN DER KALLEN: Een puntje van orde. Dit is een motie, maar hij bevat een besluit. Hoe vat het college dit op. Er staat motie boven, maar er zit een besluit in. Ik denk dat dat niet echt kan. De VOORZITTER: Wij zullen dit lezen. Wij halen het besluit weg en maken daarvan nodigt het college uit. Als ik dat zo mag interpreteren maakt hiermee deze motie deel uit van de discus sie. De heer J. VAN ES: U zult begrijpen uit de mede-ondertekening en ook uit het betoog van de heer Van Oers dat wij volledig achter de standpunten staan die reeds eerder verwoord zijn en dat de begrotingswijziging onze goedkeuring volledig kan wegdragen. Nog een keer een technische opmerking. Op het model J, er stond geen nummer op maar ik neem aan dat het 74 is, wordt gezegd dat het wordt beslist in de raad van juni. Ik denk dat dat misschien even aangepast moet worden. Overigens verzoek ik u de wijziging van de begroting niet mee te sturen met de brief want als de heer Melkert dat leest, op blz. 3 vindt u een 6-tal redenen waarom.. Ik neem aan dat hij niet naar de BRTO luistert. De VOORZITTER: Het is niet ons voornemen om dat te doen. De heer J. VAN ES: Ik heb het al eens eerder gezegd, de manier waarop dit stuk is ingedeeld is naar mijn mening niet juist. Er worden 3 redenen genoemd die alle slaan op de automatise ringsproblemen en problemen samenhangend met de verhuizing. Als je dit leest dan denk je, dat is de voornaamste reden dat wij in de soep zitten met het systeem. Ik denk niet dat het dat is. Ik denk dat als je zoiets opstelt, je debelangrijkste punten eerst moet noemen. De andere punten zijn aanvullende dingen die er ook toe bijgedragen hebben. Als je dit zo leest, kom ik bij de heer Bolsius die toch al regelmatig beweert dat de effectiviteit en de kwalitatieve capaciteit van de automa tiseringsafdeling misschien niet helemaal goed is. Dan krijg je dit soort dingen en de vraag die je daarbij moet stellen. Ik denk dat je zulke raadsstukken weloverwogen moet indelen en nogmaals de belangrijkste zaken eerst moet noemen. De heer WITHAGEN: Ik ben blij dat collega Van Es niet altijd zoveel tijd heeft. 24 De heer VAN ES: Voorzitter, u begrijpt, wij zijn voor de begrotingswi j ziging De heer WOLTJER: Ik wil mij voor een groot deel aansluiten bij de woorden van de heer Van Oers, want ook mijn fractie is geschrokken van de opmerking van de portefeuillehouder en de heer Valkenburg over het feit dat de ambtenaren eigenlijk alleen maar bezig zijn met het wegwerken van de achterstanden en dat er voor uitvoering van de rest geen ruimte is. In die zin heb ik ook de vraag dat als wij komen tot de f. 500.000,- voor maatregelen voor de afdeling Sociale Zaken is dat dan ook voldoende is om te zeggen we kunnen aan de slag voor een stukje armoebeleid voor de andere kant van Nederland. De heer VAN DEN KIEBOOM: Je zult maar werken bij de dienst Sociale Zaken van de gemeente Bergen op Zoom en nog erger, je zult maar afhankelijk zijn van diezelfde dienst als het gaat om een uitkering. Er is een forse achterstand en dat heeft een groot aantal oorzaken, niet in de laatste plaats veroorzaakt door de manier van werken van de wetswijziging, die de schoon heidsprijs niet verdient. De heer Van Oers heeft al gezegd dat Qj- dit jaar zelfs nog wijzigingen aan gaan komen, dus dat maakt het werken voor de mensen op Sociale Zaken zeker niet gemakkelijk. Uitgangspunt is voor ons absoluut dat_ de mensen die noodgedwongen afhankelijk zijn van een uitkering van de dienst Sociale Zaken bijtijds over die uitkering kunnen be schikken. Het is niet voor niets dat ze daar een beroep op doen. We kunnen niet door blijven gaan, hoe begrijpelijk misschien ook, met het blijven verstrekken van voorschotten. Er zijn ruwweg drie oorzaken, denk ik. Ik heb al genoemd de landelijke wetgeving, die naar mijn mening geen schoonheids prijs verdient. Ook wij als Partij van de Arbeidfractie durven kritiek te hebben op onze eigen partijgenoten in Den Haag. Het tweede punt is de verhuizing die heeft plaatsgevonden naar Plein 13 en alle problemen rond de automatisering. Ik heb van dat laatste niet zoveel verstand. Het enige wat ik constateer is dat het nogal wat problemen oplevert als er iets fout gaat. Op de derde plaats, laten we eerlijk zijn, vragen wij als lokale politici regelmatig aan het college in het kader van allerlei beleid om extra uitvoering en aandacht van deze dienst als het gaat over mensen die echt ook onze aandacht nodig hebben in het kader van het minimabeleid. Wij vragen ook regelmatig of de dienst niet bedrijfsmatiger zou kunnen wer ken. Dat is natuurlijk een vraag waarvan je je kunt afvragen of die reëel is. Ik ben van mening, hoe moeilijk het misschien ook iswant we hebben nog steeds geen zekerheid dat het leidt tot een structurele oplossing, dat we nu het geld beschikbaar moeten stellen om de dienst in ieder geval in staat te stellen om bedrijfsmatiger te kunnen gaan werken en de bedrijfsvoering te kunnen verbeteren. Dat brengt mij bij het voorstel van de heer Van Oers. Gelukkig is het voorstel voor de brief aan de minister door alle frac tievoorzitters ondertekend. Op de eerste plaats ben ik blij dat alle fracties het ondertekend hebben, daarmee hoeft geen onkele fractie als alternatief voor een andere fractie te dienen en hoeft een andere fractie niet het gevoel te hebben 25

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1996 | | pagina 126