a-zSSi rs»»r ses:
^ree„W^esSm iituarie want IX
subsidie wordt aangewend voor bepaalde vrijgestelde Presta
ties Op qrond van dit uitgangspunt komt BTW-heffmg niet
de orde bij het vertrekken van budgetsubsidies van onder «eer
instellinaen in de gezondheidssector, sportorganisaties,
onderwijsinstellingen en bepaalde aangewezen
sociaal culturele sector. Er wordt verwezen naar een biqla
Te Tn die bijlage staat: Instellingen op het terrein van
sociaal cultureel werk, bedoeld in artikel 2 °bied v'an club-
7iinswet 1994 voor zover werkzaam op het gebied van
en buurthui swerkVerderop wordt er nog op gewez®n dat ze geen
winstoogmerk mogen hebben en het is een stichting en een
ÏÏÏXtiS is normaal gesproken iets wat gee:wins .oogmerk
heeft. Nu denk ik, maar dat moet misschien nog m detail
worden bekeken, dat de BTW-problematiek rond het direct subsi-
lilre n van het club- en buurthuiswerk waar,^iinlx3k niet
aanwezig is op grond van deze informatie. Ik heb dat van de
heer De Schipper gekregen, ik zeg nogmaals om andere redenen,
maar toevallig kwam het goed uit. Misschien is het goed om het
in dit verband nog eens een keer te bekijken.
vSor de r«t denk ik dat de heer Withagen zal verwoorden wat
door de indieners van het amendement, misschien door de heer
Van der Kallen niet, heeft die een afwijkende mening,verde
gedacht wordt over de afwikkeling van de hele situatieIk wil
er alleen nog aan toevoegen dat ik denk dat het heel bela g
rijk is in de hele situatie dat de samenwerking tussen d
stichtingen op basis van gelijkheid is. Daar zullen we naar
toe moeten. Dat is iets wat wij van harte en heel sterk moeten
ondersteunen
De heer WITHAGEN: Zowel de portefeuillehoudster als de heer
Bolsius in tweede termijn hebben uitdrukkeliDk. het vraag en
aanbod specifieke model in de mond genomen. Ik wil daar nog
uitdrukkelijk aan toevoegen dat dat één kant van de ™edai*
is. Ik heb aldoor in de voorbeelden uitgelegd dat er twe
vragen gearticuleerd moeten worden, een uit de wigken,
bewoners weten exact wat in hun wijk misgaat en wat eraan
gedaan moet worden, veel beter dan wij politici dat weten. P
de tweede plaats de politiek. Dat zijn de twee V3raaggestuurde
bronnen voor het aanbod van professioneel sociaal culturee
werk. Voor wat er in de wijkcentra gebeurt wil ik de regi
volledig leggen bij de wijkbewoners binnen bepaalde grenzen.
Er moet natuurlijk ook een stedelijk stukje werk gedaan wor
den. Werk van professionele krachten. Dat stel moet °P
rails getild worden in de loop van 1995 in de richting v
projecten van 1996. Daarvoor zijn ook de wijkcentra progectma
tige aansturingen. Het wordt ook erkend in het stuk van
raad dat we voorgelegd gekregen hebben, want er worden meera
re produkt 1 ijnen genoemd en o.a. twee produktlijnen die
horen in de wijkcentra. Maar daarvoor staat wel dat het d
stuur die maakt. Dan zijn we bij de kern van het Proble®^
Vraag en aanbod mogen niet georganiseerd worden doordat w j
als politiek de vrijwilligers in de wijken blinddoeken en
handen achter de rug knevelen. Je kunt toch moeilijk eisen
een professioneel uitgeruste instelling met de totale regi
functie, met een regiefunctie naar de gesprekken met n
bestuur van deze stad, met de subsidiegelden, met het bur
52
e„ ae regie van dat
professionals3" je ze ®°et £ikreus*te£er|?d "SfnetT'STzoekln
indienervan het° amendement ook^Wi^^Iln\kara1^"
ïïSel'» erïlteetre lemen "ma^ u moet
een lange staat van dienst hebben wat t*entalien keren onder
M w^'ln-ït vanSdecémber ian drie
om er nu uit te komen en het nieuw heer Bolsius in
aan te bieden met één spel en ^et zo^ls de heer
tweede termijn helder en duideligk toegaf, 3 professi-
bestuur de ruimte geven om aan het eind van 3
oneel ondersteund met een nieuw model te komen.
De heer BOLSIUS: Dat heb ik niet gezegdAisu dat^grepen
heeft dan moet ik tot mijn spint toch ergens aan gaan twigre
len.
De heer WITHAGEN: Dat niveau vind ik iets te laag.
De heer BOLSIUS: Ik heb duideli jk gezesgd dat de ^tiwee d®tich^
tingsbesturen met elkaar in goede sa P t heeft niets
spraken moeten komen. Dat waren mi]n e het eens
te maken met de structuur, want daarover zign we het eens.
De heer WITHAGEN: Ik vind dat al te het^eens"
heeft de afgelopen weken tegen me gezi*gd w:O W
maar als ik het verhaal beluister en ik lees war er^p materi_
staat, dat zijn we het niet nu langzamerhand
aal blijft alsmaar vraag en lanbod. Dait l:nu de ^raag niet
de kern te worden. Het werkt niet als 3 beide oneven
uitrust en de aanbodkant niet uitrust.Al} voorspel
wichtig uitrust dan voorspel ik ge de af loop
ik je ook dat we op het eind van het ]aar weer
De heer BOLSIUS: Die onevenwichtigheid is tijdelijk. Tijdel'j
°P grond van praktische onmogelijkheden...
De heer WITHAGEN: In de planfase is de onevenwichtigh
Ikj wiljka"fsluiten. De indieners tra^n^een en^ij
besloten om door te zetten over de tweede termign nee
53