i3S»3^DSSSS
hebben die percelen aan de A58 en ikheb ooK^ J eJn
müSMü
de CDA-fraoïie, de heer Muller, in de comassie eok al op
nabrengt mij tot de conclusie dat wij zowel 1, 2 als 3 van
worden meegenomen. Wellicht heb ik
pen, dat hoor ik straks nog wel van de portefeuillehouder.
De heer AERTSSEN: Mijn fractie vindt dat het college goed
rrpluisterd heeft naar de opbouwende kritiek die in e
aie Stadsbeheer is geuit over dit voorstel. De wens om meerde
re aspectenMjdit onderzoek te betrekken is gehonoreerd.
Alnpassïngen in'het voorstel zijn hier dan ook het gevolg van
en hebben onze instemming. andere
Blijft toch onze nadrukkelijke wens om ook een aantal anclere
aspecten die wij genoemd hebben, dan bedoel ik met name de
fusie mei; Halsterenmaar ook de -^^^«^oting van de
huisvuilinzamelingook zoveel mogelijk in dit onderzoek
betrekken. Dit omdat wij met kunnen hebben datalswij veel
creld hebben uitgegeven we een of twee jaar later tot de con
clusie komen dat we een verkeerde locatie hebben uitgekoz
S denk dat dat, als het kan, er nog bij meegenomen moet
worden. Aan de andere kant realiseren wij ons dat een zekere
Mefdelfaïnteke'ning kan onze fractie instemmen met dit voor-
stel
De heer MULLER: U heeft naar aanleiding van de commissiebehan-
deling al een zekere verbreding in het voorstel aangebracht
door een stukje coördinatie te leggen tussen d
loopt. Daarvoor onze dank. De verbreding waarde ^eer Aertsisen
op doelt, daar kan ik best een ondersteuning in V1™*en- t°0ï*h
heer Linssen zegt daar iets over. Daarom vind ik het toch
jammer dat hij het voorstel niet steunt. We krijgen
toekomst te maken met de schaalvergrotingvani met
huisvuildienst. Een locatie daarvoor vinden zal, naar mijn
smaak, in dat schaalvergrotingsonderzoek moeten plaatsvinden.
52
Als we dat ook in de verbreding van dit voorstel mee kunnen
nemen, dan zou mij dat heel lief zijn. Dat geldt vervolgens
ook voor het kijken naar de bodemverontreiniging aan de Van
Koni jnenburgweg. Ik denk dat dat ook in de verbreding van dit
voorstel meegenomen moet worden.
Als ik het voorstel zo zie en u neemt dat over, dan zullen wij
er van harte mee instemmen.
De heer J. VAN ES: De uitbreiding van punt b heeft in ieder
geval voor een heel groot deel geholpen. Aan de andere kant
heb ik_ toch een probleem met dit voorstel, in zoverre dat ik
eigenlijk tegen het onderzoek naar centrale huisvesting op de
Gemeentewerf ben. Ik denk dat er betere en mooiere dingen met
dat gebied kunnen gebeuren dan het inrichten van een centrale
huisvesting voor de gemeentelijke dienst. Dat laat nog over de
mogelijkheden op Noordland en er is ook al aangegeven dat de
mogelijkheden in dat gebied niet erg ruim bemeten zijn. Wat
dat betreft zit ik natuurlijk met een probleem als ik zeg dat
ik tegen 3 ben. Ik ben wel voor 1 en 2maar diep in mijn hart
denk ik dat dat onderzoek misschien wel zal leiden tot geen
resultaat. Dan blijft natuurlijk de vraag waar ga je dan naar
toe. Wat dat betreft zou ik toch graag nog horen of er mis
schien nog andere alternatieven zijn, waarbij misschien de
opmerkingen van de heer Linssen meegenomen zouden kunnen
worden om eens wat verder rond te kijken dan de twee locaties
waar we nu over spreken. Ik wacht dus even het antwoord af.
De heer VAN DE WATER, wethouder: Ik wil ook inhaken op een
toezegging aan de raad die bij de behandeling vorige maand in
de raad geweest is, nl. dat er een onderzoek zou plaatsvinden
naar andere mogelijkheden voor het inzamelen van afval. Daar
mee zijn we op dit moment doende, inventariseren wat de alter
natieven zijn. We zullen daar, als het onderzoek is afgerond
op terugkomen via de gebruikelijke weg BenW en de commissies.
Ik ben in ieder geval blij, dat overgekomen is dat wat in de
commissie geopperd is met betrekking tot de opmerkingen van de
heren Muller en Aertssen. Ik dacht ook dat we voldaan hadden
aan de_ vragen van de heer Linssen, dat is in ieder geval de
bedoeling geweest. Kijkt u hiervoor naar het besluit onder 2,
bij de voorstudie tot een drietal opties te komen in samenhang
met andere ruimtelijke en economische ontwikkelingen binnen
genoemde locaties. We kijken dus wel degelijk naar elke moge
lijkheid die er is. Het is eigenlijk een planmatig onderzoek,
inventariseren welke ruimte we nodig hebben. Er zijn een
drietal opties. Op het moment dat bijv. blijkt dat er een
andere manier van inzamelen iszal je naar aanleiding daarvan
kunnen beslissen om 1 te laten vervallen. Ik meen dat het
gewoon noodzakelijk is om te kijken of het mogelijk is. Als er
geen alternatief mogelijk is voor inzameling, dan zullen we
toch moeten kijken waar we het wel zullen moeten doen.
De opmerking van de heer Linssen met betrekking tot de ontwik
kelingen met de brandweer en met betrekking tot de Kragge,
daarvan denk ik dat dit wel degelijk meegenomen kan worden. Op
het moment dat u dat stelt, realiseert u zich dan ook dat op
het moment dat de brandweer weggaat op de locatie waar ze nu
zit we er weer een mogelijkheid bijkrijgen.
53