alle bewoners in deze wijk om hieraan te kunnen deelnemen. De
realisering van meerdere meldpunten is volgens onze fractie
een dringende noodzakelijkheid. Daarom achten wij het noodza
kelijk hiervoor een amendement in te dienen.
De VOORZITTER: Ik heb hier een amendement met de volgende
inhoud:
De Raad van de Gemeente Bergen op Zoom, in vergadering bijeen
op 21 december 1995, en kennis genomen hebbende van het voor
stel:
Experiment integraal wijk- en buurtbeheer. Welzijn c.a./41
overwegende dat:
- het noodzakelijk is dat er een permanent proces van communi
catie tussen de bewoners, gemeente en organisaties in de
wijken wordt opgezet;
- Wijk- en buurtbeheer zonder participatie van de bewoners
ondenkbaar is;
- meldpunten daarvoor in iedere wijk aanwezig zouden moeten
zijn:
besluit dat:
aan het voorstel Nr. WE/41, gedachtenstreepje 1, te wijzigen
als volgt:
- te starten met een 2 jarig experiment integraal wijk- en
buurtbeheer, met meerdere meldpunten, volgens het gepresen
teerde model in de wijk Oost.
En gaat over tot de orde van de dag.
Dit voorstel is getekend door de heren Linssen, J. van Es,
Jouvenazmevrouw Van Oorschot en de heer Van Linden en maakt
daarmee onderdeel uit van de beraadslagingen.
De heer J. VAN ES: Ik denk dat de ondertekening A.J. van Es
zou moeten zijn en niet J. van Es.
De VOORZITTER: Dan maak ik er A.J. van.
De heer J. VAN ES: Uit het amendement van de fractie Linssen
blijkt ook wel dat de tekst van het_ stuk, zoals we dat gekre
gen hebben, bijzonder onduidelijk is geweest op een bepaald
aspect, met name over het insluiten van de wijk Nieuw Borg-
vliet. Als inwoner van Nieuw Borgvliet zou ik natuurlijk
moeten zeggen, ik vind het prachtig dit amendement. Anderzijds
is het natuurlijk niet in overeenstemming met wat er in het
stuk wordt aangeboden. Er wordt namelijk gesproken over uit te
breiden naar de gehele wijk Oost. Ik denk dat dat op een
gegeven moment verkeerd gelezen is. Ik denk dat het ergens nog
wat explicieter had moeten staan, nog een keer duidelijk
gemaakt moet worden, want het heeft verwachtingen gewekt waar
we niet aan kunnen voldoen op dit ogenblik. Ik denk dat we
binnen de mogelijkheden die we hebben, we het experiment toch
beperkt moeten houden, hoe jammer ik dat ook vind. Als we dit
echt tot een goed resultaat willen laten leiden, dan moeten we
ons natuurlijk beperken tot een gebied dat is te overzien. Als
er niet aan toegevoegd wordt de gehele wijk Oost, wat uitein
delijk de bedoeling is, maar het voorstel zich beperkt tot het
stuk echt Oost, niet inclusief Borgvliet en Langeweg en de
32
Lage Meren, dan is het beheersbaar en hanteerbaar. Wat dat
betreft denk ik dat ik de motie niet ondersteun. Het gaat een
beetje tegen mijn hart in, maar ik denk niet dat ik het onder
steun.
Anderzijds heeft u ook in dit stuk een gemeentelijke reorgani
satie doorgevoerd, waar ik eigenlijk niets vanaf wist. Als ik
naar het schema op blz. 5 van deel 2 kijk, dan zie ik ineens
de gemeentesecretaris die de baas is van het hele gemeentelijk
apparaat. Dat is mij ontgaan, dat wij dat op een gegeven
moment hebben goedgekeurd. Ik vind ook het ophangen van de
wi jkcoöordinator aan de gemeentesecretaris geen gelukkige
situatie. Ik begrijp dat de betreffende man ergens aan moet
hangen, je hebt natuurlijk ergens een verbinding nodig, zeker
organisatorisch. Bij mijn bedrijf doen we dat op een andere
manier, daar hebben we een doorgetrokken lijn en een stippel
lijn, waarbij een stippellijn staat voor een functionele
rapportering en een doorgetrokken lijn de organisatorische
rapportering^ is, hetgeen vaak impliceert dat de stippellijn
veel krachtiger is dan de doorgetrokken lijn. Het punt is
natuurlijk dat dit een onderwerp is waar we allemaal graag
bovenop zitten. We kwamen dolenthousiast uit Maastricht terug,
iedereen wilde eraan, we moesten ermee beginnen. We beginnen
er nu mee en dat is een heel goed ding, maar uit dit schema
blijkt niet de verantwoordelijkheid voor de hele gang van
zaken. Ik denk dat het op een of andere manier aangeven in dit
stuk waar de verantwoordelijkheid ligt, toch een zinvolle zaak
is. Er zijn^ nog heel veel dingen te doen, we moeten het af
wachten en ik denk dat we het als raad ook graag een beetje
willen volgen. Dat laatste mis ik ook een beetje in het ver
haal, hoe wij als raad die feeling houden. We kunnen natuur
lijk naar de ronde tafel vergaderingen gaan, maar ik denk dat
dan ook gesuggereerd moet worden dat die mogelijkheid open
staat. Het is natuurlijk voor elke burger open, dus ook voor
een raadslid. Ik heb toch het gevoel dat we allemaal graag
hier heel dicht tegenaan willen zitten en dat toch een moge
lijkheid gevonden moet worden om de communicatie met de raad
over de ontwikkeling van het project te verbeteren en niet na
een jaar, lopende het project, de stand van zaken aan ons
kenbaar te maken.
De heer AERTSSEN: Mijn fractie is tevreden over wat tot op
heden op het gebied van wijk- en buurtbeheer is gebeurd. Het
was weliswaar bescheiden, maar de middelen waren daar ook
naar. Het geld was nu ook niet echt sterk vertegenwoordigd. Nu
ligt er een^ nota en een voorstel en kan het echte werk, naar
onze opvatting, gaan aanvangen. Dat moet dan wel slagvaardig
en enthousiast gebeuren, naar onze opvatting.
Het college heeft het wijk- en buurtbeheer gemaakt tot speer
punt van het beleid. Dat vereist natuurlijk wel een scherpe
puntU moet voldoende instrumenten hebben. Nogmaals, volgens
ons is enthousiasme en inzet onontbeerlijk. Dat lijkt wat
kritisch, maar ik denk dat het nodig is in dit geval. Wij
kunnen ondanks deze kritiek, de nota in grote lijnen onder
schrijven. Daar zijn wij mee accoord. Het voorstel dat er ligt
van het college kunnen wij grotendeels onderschrijven. Wat
mijn fractie slecht vindt in het voorstel zijn de minimale
33