i«-.r ;sss-™ T..?r s-;rsv«'.=
~a s£*S5raaiaSfSsss:
opbrengsten van de onroerende goederen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Getekend door de heren Franken, Muller en Vermeulen
Voldoende ondertekend zijnde maakt dit deel uit van de beraad
slagingen.
De heer COPPENS: Dit raadsvoorstel is afgelopen week zowel in
2 emissie WERCS als ^-"c^nsUtit^tleaanindeee°r apa??e
dement van het CDA
Mevrouw KAMMEIJER: In het collegeprogramma is bepaald dat een
onze" mening°nisn hete^u Verliggende16col'ïegevoorsteT een goed
voorstel waarbij enerzijds opbrengsten uit verkoop en aa^®£~
™jds kosten van voortzetting van dat onderwxpe«op een a"dere
locatie in goed verband met elkaar worden gebracht. De fracti
van D66 hecht eraan dat het Schelde College een goede huisves
ting krijgt binnen de daarvoor beschikbare middelen, ^ond
St er aanspraak gemaakt behoeft te worden op de
middelen en op deze manier ook goed van start kan 9aan*
één keer investeren biedt een waarborg om m de toekomst het
VBO ook in de exploitatiesfeer, zodanig te houden dat
g'eek 'overschrijdingen behoeven plaats te vinden. Runnen
ons vinden in het voorstel van lijst Linssen om als raad in de
vervolgprocedure geïnformeerd te blijven.
De heer BOOGAART: Gezien de goede uitleg, die ook gegeven is
in ae commissie door de deskundige amhtenaar waren wri er
toen al van overtuigd dat W13 met dit voorstel in konden
stemmen
np v,PPT. WOLTJER: Ik heb het amendement van de CDA-fractie
bestudeerd en gezien ook onze bezwaren die "gesproken
hebben in de commissie, althans mijn duo-raadslid,
geneigd om het amendement van het CDA te ondersteunen.
10
De heer J. VAN ES: Het principe dat ten grondslag ligt aan dit
raadsvoorstel ondersteun ik. Anderzijds heb ik een verschrik
kelijke hekel aan voorstellen, dat is gebleken vorige maand
toen ik ook tegen de verbouwing van de reinigingsauto's ge
stemd heb, die financieel slecht onderbouwd zijn. Dit is een
geval van een slecht onderbouwd financieel voorstel, vandaar
dat ik het amendement van het CDA van harte kan ondersteunen.
De heer VAN DER KALLEN: Ik ben zo ver nog niet, noch voor
ondersteuning noch voor verwerping. In de argumentatie van het
CDA, ik heb de commissie Financiën wegens aanwezigheid^ elders
helaas moeten missen, zat toch een element van mogelijk ge
bruik op een wijze die niet door de wetgever is bedoeld. Ik
zou het op prijs stellen als de portefeuillehouder vooral op
dat element in zou willen gaan.
Mevrouw DEMMERS, wethouder: Het is altijd wat lastig, dat merk
je als je met verschillende petten op zit, om te bepalen met
welke pet je nu wat gaat doen. Ik denk dat het heel goed is
om, voorafgaande aan de behandeling waarbij ik ook graag het
amendement mee wil nemen, aan te geven dat deze procedure te
maken heeft met het herinvesteren van opbrengst onroerend
goed, zoals dat zo mooi genoemd wordt, en dat we dat niet doen
als bevoegd gezag van het Schelde College maar van deze ge
meente, namelijk in onze positie als "de lokale overheid". Ik
denk dat het goed is dat vooraf even te stellen. Deze vragen
kunnen ook van het speciaal onderwijs komen en worden dan
exact hetzelfde behandeld, want het zijn de gewone procedures
waar we mee omgaan. Ik wilde dat toch vooraf even kenbaar
maken
De heer WITHAGEN: Bij wijze van interruptie. We kunnen wel
afspreken dat we met zijn allen doen alsof hier alleen maar de
wethouder zit van Bergen op Zoom die verantwoordelijk is in
het algemeen voor onderwijszaken. In de huidige situatie
echter is degene die net aan het woord was zowel wethouder van
deze gemeente met een algemene verantwoordelijkheid voor
onderwijszaken als bevoegd gezag vertegenwoordigster van de
desbetreffende school. We kunnen doen of deze tweehoofdigheid
er niet is, maar op deze wijze..
De VOORZITTER: Je kunt ook puur vanuit de gemeente redeneren
en als dat dan een heldere redenering is, dan weet je dat de
wethouder, maar misschien ook anderen als raadslid met nog
andere bezigheden in hun dagelijkse leven hier spreken. Je
kunt je er misschien niet helemaal los van maken, maar je kunt
wel proberen als je naar een voorstel kijkt heel zuiver te
redeneren en het voorstel puur te beoordelen vanuit de gemeen
te. Ik heb nog niet iets gehoord dat daar niet op lijkt.
De heer WITHAGEN: Het klonk als een afspraak die we met zijn
allen maakten en ik moest melden dat ik daar niet in meega,
want dat is niet te scheiden.
De VOORZITTER: Ik denk dat je dat in de beoordeling van het
voorstel wel kunt doen als je heel zuiver de criteria aan-
11
