-56- tijd en ruimte geven. De VOORZITTER: Dames en heren, nog anderen in eerste termijn? Neen, dan is het woord aan wethouder Stuart. De heer STUART, wethouder: Voorzitter, ik begin natuurlijk met de heer Coppens te bedanken voor zijn bijdrage aan deze discussie. De heer BOLSIUS: Voorzitter, ik vind het vervelend om te constateren dat kennelijk alleen een positieve bijdrage gewaardeerd wordt, terwijl juist vanuit een wat negatievere formulering naar een wensbeeld van de toekomst misschien nog meer te halen is. De heer STUART, wethouder: Ik heb nu een heel lange komma gebruikt. Natuurlijk is het zo dat we bezig zijn met ontwikkeling van een produkt, wat nog niet volmaakt is, maar wat zeker niet overbodig is. Ik maak bezwaar tegen die opmerking. De heer BOOGAART: Voorzitter, voor een goed begrip, ik heb het enkel in het kader van dat het toch al zo druk was met het werk bedoeld, dat het ver schoven had moeten worden of eerder had moeten komen of het had een totaal gebeuren moeten zijn. De heer STUART, wethouder: Nee, want dan miskent u volledig de materiële waarde, die het verrichten van het werk in zich had, ook bij het vervaar digen van een begroting bijvoorbeeld. Want onze meerjarenraming hadden we niet kunnen vaststellen als we de informatie uit die MARAP niet gehad hadden. De informatie was er dus allang. Alleen hadden die nog niet in deze vorm kunnen gieten. Inderdaad, en dat is flauw, maar ik waag het toch te zeggen, tijdgebrek, vehuizing, problemen met de automatisering, de drukkerij enz.. Dat heeft allemaal een rol gespeeld. De heer BOOGAART: Maar het had allang bij de Algemene Beschouwingen moeten liggen. De heer STUART, wethouder: Precies. Maar de informatie, die nodig was om de begroting te maken, was er. We hebben het alleen niet in produktie gebracht kunnen krijgen. Ik wil er niet flauw over doen, maar ik vraag er wel begrip voor. Als u dat niet heeft, dan neem ik daar kennis van. Dan komen we elkaar nog wel een keer tegen. Voorzitter, op de vraag van de heer Withagen ga ik natuurlijk serieus in. Dat is een dieprakende vraag. Ik denk dat wij de afspraak moeten maken dat we daar in de commissie financiën eens nader op ingaan. Ik heb op zichzelf helemaal geen probleem om eens te onderzoeken wat er voor nodig is om, als zo'n melding in de MARAP dient plaats te vinden, dan ook het onderliggende deel te schetsen. Ik heb er nog geen kijk op, maar ik denk dat het heel goed is om daar eens naar te kijken. Wat mij, naar aanleiding van de opmerkingen, veel meer nog interesseert, is de vraag wat het precies betekent met het huidige systeem van autorisatie bij het vaststellen van de begroting, want dat doen we. Bij het vaststellen van de begroting dan autoriseren wij die onderhoudsuitgaven. Wat dat precies betekent dat lijkt mij nu de kwintessens van de kwestie. Ik denk dat het heel goed is om daar met elkaar eens over door te praten. De VOORZITTER: Ik kom aan de tweede termijn. Wie van u wenst het woord? De heer WITHAGEN: Voorzitter, ik wil nog een ding aan toevoegen aan wat de -57- portefeuillehouder m eerste termijn antwoordde. Ten opzichte van de riolen hebben wij al een paar jaar in de commissie financiën ons best gedaan om daar als raad zicht op te houden. Ik word daar langzamerhand een beetje wanhopig van. Wij doen ons uiterste best. Ik moet blijven zeggen dat zelfs het zicht op die post ons voortdurend ontglipt. Misschien doe ik het niet goed en moet ik er zelf maar eens op gaan letten, maar ik vind dat we daar geen goede systematiek in hebben. Wat dat betreft, sluit ik mij aan bij de eerste termijn van de portefeuillehouder. Ik neem graag de handschoen op om eens te bestuderen hoe dat dan wel zou kunnen. De heer BOLSIUS: Voorzitter, wij autoriseren bij de begroting een bedrag, maar wij zouden ook graag een prioriteitstelling geautoriseerd willen zien. Zeker niet autoriseren dat reconstructiewerk ten laste van het onderhouds- fonds gaat, als het toch even toegespitst moet worden. Dat zijn toch dingen die maken dat de beheersbaarheid van zo'n post beleidsmatig beter moet zijn! Dat daarna vervolgens in de uitvoering het zelfs mogelijk moet zijn om binnen die prioriteitstelling van het ene onderhoudspostje naar het andere te switchen, graag zelfs. Want dat pleit ervoor dat de mensen zelf blijven denken over een stukje creatieve invulling en proberen op het ene punt wat te verdienen wat ze elders kunnen besteden. De autorisatie van de begroting sec als bedrag is echt onvoldoende. Want dat betekent dat we ook andere posten van de begroting dan toch eens inhou delijk in beschouwing moeten nemen. Dat daarna in de uitvoering een behoor lijke autorisatie ligt, graag. Dus ik denk dat we met een vervolg-discussie over dit onderwerp in de commissie financiën ons best zullen kunnen vinden. Maar ik blijf ervoor pleiten om de totale produktie, zowel qua planning als qua uitvoering, beter tegen de financiën aan te hebben, want dat is de enige manier om te zien dat er dingen in aanbesteding zijn genomen, waarvoor formeel nog niet de weg van de toestemming was gevonden. De heer WITHAGEN: Voorzitter, de vraag van de frankeermachine is nog niet beantwoord. De heer STUART, wethouder: Voorzitter, die vraag is nog niet beantwoord, omdat ik dat niet kan. Wij hebben er wel naar gekeken, maar achter die op merking blijkt een wereld van verschil met de vorige begroting te zitten, een andere toerekening, andere systemen, overheadberekeningen enz.. Dus dat moeten we helemaal uitpluizen en voor u inzichtelijk maken. Dan laten we dat m APPZrespektievelijk financiën zien. Dat blijkt dus veel meer te om vatten dan een meeruitgave. Dat moet ook ergens anders consequenties hebben in de begroting. De heer LINSSEN: Kijkt u dan ook gelijk naar dat port betaald-verhaaldat we in de commissie financiën aan de orde gesteld hebben. De heer STUART, wethouder: Dat is helder. Bij de PTT zijn er zodanige veranderingen opgetreden dat de PTT dat verhaal, port betaald, niet meer accepteert. Elk te verzenden stuk moet voorzien zijn van een frankering. De heer LINSSEN: Hoe komt u daarbij? De heer STUART, wethouder: Dat is een kwestie van het contact met de PTT en het contract met de PTT, maar het is zo allemaal op te schrijven. De heer LINSSEN: Graag, want die informatie klopt niet in ieder geval. De heer STUART, wethouder: Dan hebben wij verkeerde informatie, maar..

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1995 | | pagina 363