-26- geven, zou je kunnen zeggen, van 1.670,min de 312, De 312, plus de 312— uit de pot wordt in de vorm van natura aan de mensen aange boden in de vorm van een chipkaart, waarmee ze een taxi in kunnen. Daar wordt dan, afhankelijk van het aantal keren dat ze rijden, het bedrag afge haald en dat wordt vervolgens naar.. De heer J. VAN ES: Die chauffeur loopt niet op een chipkaart, die moet je geld in zijn handen drukken. U begrijpt mijn vraag nog steeds niet. In het geval van Bergen op Zoom is het duidelijk. Wij maken 624,over per gehandicapte, die wij hebben. De heer JANSSEN: Nee, dat doen wij niet, dan heeft u het niet goed begrepen. Wij maken dat bedrag niet over. Wij geven hem of haar een kaart ter waarde van 624, Daar kan hij een x aantal kilometers op rijden. Iedere keer als hij met die kaart gaat rijden, wordt die kaart in de computer gestopt en gaat er bij wijze van spreken een strip af. Die strip kan door het bedrijf in rekening worden gebracht bij de gemeente Bergen op Zoom of Roosendaal enz.. Zo werkt het systeem. Als iedereen er gebruik van maakt en iedereen gaat maximaal gebruik maken van zijn stripkaart, dan geeft Bergen op Zoom aan het eind van het jaar dus, als we 1000 gehandicapten zouden hebben 1000 x dat bedrag van 624, Hebben ze dat niet gedaan, dan krijgt dat ver voersbedrijf een aantal strippen minder uitbetaald. Als dus bij wijze van spreken niemand er gebruik van maakt, wat niet te verwachten is, dan wordt er dus niks overgemaakt aan dat bedrijf. Het bedrijft loopt het risico. De heer BOOGAART: Hoe houd je daar dat systeem in de hand? Je bent daar met een systeem aan het werken, dat vind ik wel een andere vraag. De VOORZITTER: Daarom doen we dit 2 jaar, om te kijken of dit aanslaat. Daarna zul je moeten afwegen en zal ook het bedrijf afwegen of het met dit systeem doorgaat. Ik heb begrepen dat bij andere gemeenten, die hiermee werken, inderdaad de eerste 6 maanden tegenvallend waren, maar dat daarna toch dit systeem beter is aangeslagen. Ik denk dat we een waardevol systeem, zoals dat hier ligt, met elkaar een kans moeten geven. Dat is hetgeen waar het voorstel op neerkomt. Geen zeker heden, maar wel gewoon iets doen wat waardevol is, waarvan je zegt, en kennelijk ook als onderneming, "het is de moeite waard om daar een risico voor te nemen." Dit was uw afsluiting, wethouder? De heer JANSSEN, wethouder: Als aanvulling, voorzitter. In de notitie staat ook dat we, juist om dat systeem dragend te krijgen, er natuurlijk voor moeten zorgen dat we de nodige informatie aan de desbetreffende personen geven. Dat zal na verloop van tijd, is de verwachting, zijn positieve uit werking hebben. Dan staat het systeem voor niet 2 jaar maar voor veel langer. Dan kunnen we juist in de toekomst iets garanderen aan de gehandi capten. Dat is het hele eieren eten van dit verhaal. Vandaar ook dat wij vinden, met allerlei omwegen en ingangen, dat we u het amendement van Lijst Linssen moeten ontraden. De VOORZITTER: Dames en heren, ik kom tot een afronding van deze discussie. Dan kom ik als eerste aan het amendement A II, om het in stemming te brengen. Ik heb stemverklaringen gehoord van Lijst Linssen voor het amendement. Ik meen ook van de heer J. van Es van GB/S? De heer J. VAN ES: Voorzitter, op grond van het laatste antwoord wat ik gekregen heb, onthoud ik mijn steun aan het amendement. -27- De VOORZITTER: Ik heb nog niets gehoord van de heer Claes en de heer Van der Steen. De heer CLAES: Ik ben tegen, voorzitter. De heer VAN DER STEEN: Tegen, voorzitter. De VOORZITTER: Dames en heren, dan concludeer ik dat met stemmen voor van Lijst Linssen en stemmen tegen van de overige raadsleden dit amendement is verworpen. Ik kom dan tot de besluitvorming over het raadsvoorstel in zijn totaliteit. Ik geef dan met spijt nog even aan dat in de Verordening Voorzieningen Gehandicapten, in de toelichting Algemeen op bladzijde 2, nog gelezen moet worden 1 april 1995. Ik kom dan tot de stemming over het raadsvoorstel zelf. Ik heb van niemand van u gehoord dat u tegen wilde stemmen. Ik concludeer dat een unanieme raad met dit raadsvoorstel akkoord gaat. Ik denk dat het een belangrijke zaak is dat we dit zo af kunnen sluiten. Verordening Toeslagen en verlagingen Algemene Bijstandswet. Nr. SO/15^ De heer WOLTJER: Voorzitter, de fraktie van Groen Links is blij met de toezegging dat in het kader van de bijzondere bijstand naar rato financiële ruimte wordt gemaakt voor co-ouderschap. Wel vinden wij het jammer dat er niet gekozen is voor verruiming van de mogelijkheden tot bijverdienste van de d. categorie. Dit mede in het kader van de nieuwe plannen van de heer Melkert ter bestrijding van armoede. Maar in totaliteit kunnen wij instemmen met het voorstel. De VOORZITTER: Nog anderen in eerste termijn? Neen. Heeft wethouder Stuart nog behoefte om te reageren? Neen. Dan concludeer ik dat met dit voorstel wordt ingestemd. 12. Beleidsregels rolluiken en zonweringen. Nr. SOB/34. De VOORZITTER: Bij dit voorstel wijs ik u op de gewijzigde pagina 2, arti kel 5. Mevrouw KAMMEIJER: Voorzitter, wij zijn blij met de wijziging die wordt aangebracht, waarbij subsidie op slagvast glas tot 150,per m2 wordt opgetrokken. Dat betekent een verdubbeling. Wij vinden dat een heel goede zaak. Wij hebben daar ook heel nadrukkelijk om gevraagd bij de behandeling in de commissie. Je stimuleert als gemeente duidelijk de toepassing van slagvast glas. De redenen, waarom wij daar voorstander van zijn, hebben wij al in de commissie aangegeven. Het is niet alleen veel en veel goedkoper, vier keer goedkoper dan doorzichtige rolluiken, maar bovendien is het esthetisch. Het is veiliger en bovendien staan verzekeringsmaatschappijen daar volledig achter en vergoeden ook zaken, wanneer er sterren in het glas ontstaan. Een bezwaar, wat in de commissie werd genoemd, dat potentiële inbrekers niet konden zien dat het dan om slagvast glas ging, zou je kunnen ondervangen door het plaatsen van stickers. Dat schijnt in andere gemeenten uitstekend te werken, heb ik mij laten vertellen. Dus er ligt nog een suggestie. Wij vinden in wezen dat je het hele aanbrengen van rolluiken, die doorzich tige rolluiken, moet ontmoedigen. Ik denk dat dat door de wijziging, die in de verordening is aangebracht, ook zal gebeuren.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1995 | | pagina 348