-24- is, want ik wil na alle negatieve berichten ook wel eens wat positiefs over het college zeggen. De heer WOLTJER: Voorzitter, ik wil toch nog even ingaan op een antwoord van de portefeuillehouder omtrent het fonds reserveringen om de overschotten vooralsnog te reserveren, maar dit niet uit te sluiten voor de komende jaren. Mijn angst, die op dat moment opkwam, was van, er staan op het moment gelden voor en wanneer we niet op een gegeven moment dat in een of andere vorm reserveren, dat daar jaarlijks de nodige procenten afgekalfd zullen worden. Daar ben ik bang voor, vandaar dat ik toch vraag om dat vooralsnog te schrappen en de fondsen, de gelden die ervoor zijn, ook te bestemmen voor de WVG. Dan wil ik nog kijken naar het verhaal van de fysiotherapie. Ik vind het eigenlijk een beetje vreemd dat dit naar voren gebracht wordt. Aan de ene kant haalt het KLOZ de fysiotherapie steeds verder uit het ziekenfonds en aan de andere kant moet het dan weer gevuld worden door andere voorzie ningen. Ik denk dat het hoort bij het KLOZ. Het hoort bij het ziekenfonds. Mevrouw VAN OORSCHOT: Voorzitter, bij interruptie. Mijnheer Woltjer, ik denk dat wij al een aantal keren aangegeven hebben een gemeentelijke funktionaris en dan bijvoorbeeld een fysiotherapeut. Dan gaat het om deze man zijn kwa liteiten. Natuurlijk zetten we geen tafel in het gemeentehuis om hem te masseren. De heer WOLTJER: Dan het amendement van Lijst Linssen. Ik heb in eerste termijn gezegd dat mij dat geen goed voorstel leek. Het primaat wordt er in zoverre wel afgehaald, maar bij het punt staat dat we eigenlijk weer naar af terug moeten; dat we opnieuw moeten onderhandelen en dat op een gegeven moment welke vorm van collectief vervoer dan ook voorlopig in de ijskast zal worden gezet. Dat is de reden dat ik dit amendement niet steun, ondanks dat het afhalen van het primaat mij heel sympathiek is. Mevrouw KAMMEIJER: Voorzitter, wij zijn blij met de beantwoording van het college. Wij kunnen helemaal instemmen met het voorstel. Ten aanzien van het amendement van Lijst Linssen. Wij zullen dat niet steunen. Wij denken dat we daar toch geen behoefte aan hebben, omdat het uiteindelijke resultaat streekgewestelijk telt. Wanneer dat inderdaad over eenstemt, is het voor ons wat minder belangrijk hoe de individuele invulling per gemeente is. Daar wilde ik het bij laten, voorzitter. De heer J. VAN ES: Voorzitter, nog een vraag over het primaat. Het is me toch niet helemaal duidelijk. Stel, de gemeente Roosendaal heeft 1000 gehan dicapten. De gemeente Roosendaal laat het primaat vallen. Dat impliceert dat 500 gehandicapten zeggen, jullie bekijken het maar, wij doen daar niet aan mee. Betaalt de gemeente Roosendaal dan aan het systeem 624.000,dus 1000 x die 624,--, 312.000,--, dus 500 x die 624,--, of 468.000, zijnde 1000 x hun eigen aandeel en 500 x het aandeel van de gehandicapten? Dat is toch de vraag, want als het zo mocht zijn dat zo'n grote gemeente er afvalt en er komt een situatie dat alleen maar een deel betaald wordt, dan ligt dat hele systeem op zijn achterwerk. Ik denk dat dat een heel belang rijke vraag is. De heer BOOGAART: Voorzitter, wij vinden het heel belangrijk dat Lijst Linssen het KAPs ondersteunt, maar wij zouden het toch betreuren dat door de wijze van interne financiering deze hele opzet in gevaar zou komen. Wij zijn tevreden met het antwoord van het college. Wij kunnen om die reden het amendement van Lijst Linssen niet steunen. -25- De VOORZITTER: Dames en heren, nog anderen in tweede termijn? Neen, dan is het woord aan wethouder Stuart. De heer STUART, wethouder: Voorzitter, ik was inderdaad nog een antwoord schuldig op de vraag met betrekking tot de fysiotherapeut van de zijde van Lijst Linssen. Ik denk dat we daar in de commissie de afspraak over gemaakt hebben dat daar nader onderzoek naar zal plaatsvinden en dat er op terug gekomen wordt. Die belofte wordt gestand gedaan. Voor wat betreft de gang van zaken met betrekking tot het amendement en de moties, denk ik dat het zo goed is, omdat dat het college in staat stelt enerzijds om langs de koninklijke weg tot voorstellen te komen, daar waar het gaat om de gevraagde vrijstelling voor de eigen bijdrage bij het leer lingenvervoer. Voor wat betreft de klussendienst moeten we eens goed bestuderen of dat in de gedachte organisatievorm van wijk- en buurtbeheer ingepast kan worden. Zo ja, hoe en in welk tempo, want daar zat, in de motie zoals die geformuleerd was, het probleem. We gaan aan de slag met wijk- en buurtbeheer in een be paalde vorm en op een bepaalde wijze. Je moet toch even de gelegenheid hebben om te onderzoeken of dat ingepast kan worden. Die gelegenheid krijgt het college op deze manier. Ik denk dat dat een goede zaak is. Ik denk dat ik het daarbij kan laten in tweede termijn, voorzitter. De heer JANSSEN, wethouder: Voorzitter, de opmerkingen betreffen bijna allemaal het amendement van Lijst Linssen. De bewoordingen, die mevrouw Kammeijer heeft gebruikt, zijn eigenlijk ook de bewooordingen die ik zou willen gebruiken en ook al uitgesproken heb in eerste termijn. Waar het om gaat, is dat we proberen het systeem op te zetten zo breed mogelijk gedragen. Hoe nu precies de financiering gaat per gemeente is even een tweede. We denken dat we er goed aan doen dat we in Bergen op Zoom daaraan deel moeten nemen en niet, zoals het voorstel van het amendement inhoudt, eerst nog eens even gaan moeten onderhandelen. Wij als college vinden dat wij het begeleiden van het KAPs gedurende de 2 jaar moeten doen vanuit het voorstel, zoals het hier ligt. Terecht dat je dan je oren spitst en je aandacht gericht houdt op dit systeem, om dat over 2 jaar tot een goed eind te laten brengen. Dat dan de ene gemeente daarvoor op een wat andere manier inzit dan de andere met betrekking tot de gelden, dat kan in bijvoorbeeld de situatie Halsteren wat lastig zijn, maar dat is in de toekomst op een of andere wijze ook wel op te lossen, denken wij. De vraag van de heer J. van Es over de centen, heb ik allemaal niet zo snel kunnen volgen, maar in feite komt het hierop neer, dat het bedrag wat uit getrokken wordt, of het nu afgaat van de 1.670.— of dat het volledig... De heer J. VAN ES: Bij interruptie. Misschien mag ik de vraag toelichten. De gemeente Roosendaal, 1000 gehandicapten, 1000 x 624,is 624.000, Alle gehandicapten in Roosendaal zeggen, wij doen daar niet aan mee. Wij zijn niet bereid die 312,— ter beschikking te stellen. Gemeente Roosen daal, je bekijkt het maar. Wij maken geen gebruik van dit systeem. Maakt de gemeente Roosendaal 624.000,over naar de gezamenlijke pot, of betalen ze niks. Maken ze niks over of maken ze alleen hun eigen deel, zijnde de 312.000, over? De heer JANSSEN, wethouder: Ik meende overigens dat Roosendaal vanavond ook over deze materie praat, dus ik kan nu moeilijk zeggen wat Roosendaal doet. Maar als we het even op Bergen op Zoom betrekken, want dat rekensommetje kunt u ook op Bergen op Zoom van toepassing verklaren, dan is het in ons systeem zo dat wij degenen, die geïndiceerd zijn, een bedrag in handen

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1995 | | pagina 347