De heer CLAES: Ik ben tegen de motie.
De VOORZITTER: Voor deze motie zijn 12 stemmen, daartegen 15
en is daarmee deze motie verworpen.
Daar3 zijn een aantal zaken aan de orde, de datum, waar de
straat wordt vrijgemaakt en ik denk dat er ook nog een ond
delijkheid is ten aanzien van de vrijdag. Ik denk dat dat moet
zijn inclusief de vrijdagavond.
De heer AERTSSEN: Ik kan in ieder geval zeggen dat wij blij
zijn dat het college een harde datum heeft genoemd, zijnde 1
mei 1996. Dat biedt perspectief, denk ik, vooral voor de
ondernemers in dat gebied. Wij zijn dan ook 9ene^*
motie als zodanig in te trekken. We willen toch een aangepaste
motie in eerste instantie indienen, met dien verstande dat we
de datum wijzigen van 1 januari 1996 naar 1 mei 1996, met de
kleine correctie die ik al eerder genoemd heb, in plaats van
autovrij maken vrijmaken van gemotoriseerd en fletsverkeer
Als het college zegt dat zij deze motie nu in zijn geheel
overnemen dan kan hij wat mij betreft ook van tafel en hoeft
dus ook niet in stemming gebracht te worden.
De heer LINSSEN: Het was toch al duidelijk dat het college de
motie had overgenomen Ik begrijp niet dat u hem met gewoon
intrekt. Het is toch al toegezegd dat het 1 mei gebeurt.
De heer AERTSSEN:Ik wil het even scherp en helder hebben, want
de voorzitter geeft aan dat er wellicht nog wat onduidelijk
heid is over de datum en over de straten en de manier waarop.
De VOORZITTER: Nee, ik zei er spelen bij deze motie^ drie
zaken. Als wij nu helder met elkaar hebben dat het vrijmaken
is van gemotoriseerd en fietsverkeer en er een toezegging ligt
van het college om dit uit te voeren voor 1 mei, dan heeft u
daarmee de toezegging en kan de motie overbodig verklaard
worden
De heer AERTSSEN: Er is wat mij betreft inderdaadgeen ondui
delijkheid meer. Wat betreft de dag, er staat in de motie
maandag tot en met de donderdag en op de vrijdag, zaterdag en
koopzondag. Dat betekent vrijdag is vrijdag en dat is gewoon
vrijdag op dezelfde manier als
De VOORZITTER: Dan kunt u ook zeggen maandag tot en met zater
dag.
De heer AERTSSEN: Precies. Het staat zoals het er staat.
De VOORZITTER: De motie wordt ingetrokken.
Motie 12.
De motie over de O.Z.B. Stemverklaringen hierover
De heer WOLTJER: Ik heb de motie gehandhaafd omdat ik denk dat
60
hier toch een gelegenheid ligt om de O.Z.B. voor 1996 op zijn
minst niet te verhogen.
De heer LINSSEN: Met name na de uitleg van de portefeuillehou
der hebben wij geen behoefte aan deze motie en zijn we dus
tegen.
De heer WITHAGEN: Wij zullen tegen deze motie stemmen. Wij
zijn reeds een voordeelgemeente zoals het college heeft ge
zegd. Wij hebben nogal wat risicofactoren in onze eigen begro
ting. Als je nu de lucht uit de begroting pompt door het
rentepercentage op een zo gevoelige plaats te wijzigen, dan
denken wij dat wij daarmee in feite de burgers voor risico's
plaatsen. Wij zullen tegen deze motie stemmen. Het is finan
cieel onverantwoord.
De heer BOLSIUS: Wij stemmen tegen.
De heer BOOGAART: Voor de motie.
De heer SMITS: Wij zijn tegen de motie.
De heer CLAES: Tegen de motie.
De VOORZITTER: Dan heb ik 4 stemmen voor de motie en 23 tegen,
zodat deze motie is verworpen.
Motie 13.
Ik ga naar de laatste motie. Dat betreft de minima-effect
paragraaf, de milieu-effect-paragraaf. Het college ontraadt
deze motie. Wie van u een stemverklaring of kunnen wij tot
stemming overgaan
Als ik mag horen wie voor deze motie is dan ben ik misschien
het snelst klaar wat stemming betreft. Wilt u dat met handop
steken laten zien.
Voor de motie zijn 5 stemmen, daartegen 22, zodat deze motie
is verworpen.
Dan zijn wij door het amendement en de moties heen en komen
wij tot de stemmingen over de raadsvoorstellen.
Ik concludeer wat de vaststelling van de begroting van het
grondbedrijf en de algemene dienst betreft dat deze begroting
met unanieme stemming is vastgesteld.
Dan kom ik tot de meerjarenbegroting 1996-1999. Geldt daarvoor
hetzelfde. Dat is deze hiermee vastgesteld.
Het programma sociaal-culturele en culturele ontwikkelingen.
Vraagt iemand aantekening. Zo nee, dan wordt dit unaniem
goedgekeurd
Subsidiëring samenlevingszorg. U kunt daar allen mee instem
men. Dan is die daarmee vastgesteld.
Het welzijnsprogramma maatschappelijke zorg. Daarvoor geldt
hetzelfde. Ook goedgekeurd.
61