De heer LINSSEN: Zo in stemming gebracht. De VOORZITTER: Dan is hij daarmee in behandeling en hoor ik graag stemverklaringen. De heer MULLER: De CDA-fractie zal deze motie niet ondersteu nen. We zijn dus tegen deze motie. Er zijn in het verleden al vele argumenten hierover uitgewisseld. Ik zal die niet herha len. Wij denken dat het eindplaatje voor de bewoners meer perspectieven biedt in deze renovatie en in stedebouwkundige zin dan het voorstel dat in de motie is gedaan. De heer J.VAN ES: Ondanks het feit dat ik wat problemen heb met de overweging waarin gesteld wordt dat een 4-tal partijen dit wel als de oplossing zullen zien, weet ik er twee waarvan de bewoners ervoor zijn en de gemeente er ernstig tegen is. De andere twee kan ik niet beoordelen. Ondanks dat feit en onze hele historische betrokkenheid met dit probleem zal Gemeente belangen/Stadspartij voor deze motie stemmen. De heer VAN DER KALLEN: Ik stem voor de motie omdat het mij voorkomt dat dit de enige weg is naar een snellere oplossing. De heer WOLTJER: U zult begrijpen uit mijn tweede termijn dat ik tegen deze motie zal stemmen. Ik denk dat op een gegeven moment met deze motie en de inzet die ik eigenlijk tot dusver had verwacht niet gedacht om in de Oranjewijk toch over te gaan tot renovatie. Met deze motie denk ik dat je eigenlijk 90 woningen opoffert voor het behoud van 6. Ik zal tegen stemmen. De heer AERTSSEN: Wij steunen de oproep om tot onderhandelin gen met de partijen te komen. Waar wij moeite mee hebben is dat als deze oplossing wordt gerealiseerd er een stedebouwkun dige opzet ontstaat die ons niet aantrekt. Het is of het een of het ander. Of je handhaaft de huidige wijk, die wat ons betreft ook een goede stedebouwkundige opzet heeft, of je kiest voor een heel nieuwe opzet. Deze is wat halfslachtig en ik denk dat dat een oplossing is die over 10 of 20 jaar ook niet meer voldoet. Dat willen wij niet voor onze rekening nemen. Wij zijn dus tegen de motie. De heer SMITS: Als er een oproep wordt gedaan om te komen tot een gesprek, zeker bij moeilijke onderwerpen, moet de WD daar uiteraard voor zijn. Om op te roepen voor een gesprek waar onder de arm een dictaat meegenomen wordt van zo moet het en niet anders, daarvan denk ik dat het gesprek dan een moeilijke start heeft en we daar niet voor kunnen zijn. Het eerste stuk heeft onze sympathie, het tweede niet. Dat blijft echter gehandhaafd, dus helaas gaan we niet met deze motie mee. De heer BOLSIUS: De fractie van D66 kan zich woordelijk vinden in het betoog van de heer Aertssen en zal dus niet voor deze motie stemmen. De heer VAN DE WATER: De motie als zodanig is misschien sympa thiek bedoeld. Ik ben een voorstander van een compromis in het 56 kader van onderhandelingen. Hierbij ga je er echter al van uit dat er een patstelling is. Er is maar één mogelijkheid en die zal men moeten accepteren of niet. Als die niet geaccepteerd wordt zijn we weer net zo ver als voordat hij ingediend werd. Ik ben voorstander van overleg. Ik ben blij dat het college heeft gezegd te willen praten. Maar deze motie is zo zwart-wit dat ik tegen deze motie ben. De heer CLAES: Voor de motie. De VOORZITTER: Ik neem aan dat lijst Linssen ook voor de motie is. Ik kom dan tot 8 stemmen voor en 19 stemmen tegen de motie, waarmee de motie is verworpen. Motie 8 Bij gevaar onmiddellijk afgeven van een vergunning tot sloop. De heer J.VAN ES: Als logisch gevolg van mijn medewerking aan motie 1 ben ik tegen motie 8. De heer BOLSIUS: Voor de fractie van D66 is dit niet zo'n logisch gevolg. Wij denken dat hier een wettelijke plicht ligt ingevolge de woningwet artikel 36 in combinatie met de toezeg ging om de raad vantevoren te informeren. Wij denken dus dat dit een volkomen terechte motie is die niets met motie 1 te maken heeft. De heer AERTSSEN: Mijn fractie is tegen deze motie. Wij vinden dat het democratisch gehalte van de besluitvorming daardoor nog verder omlaag gaat. Eerlijk is eerlijk, wij waren al niet gelukkig met de tot op heden gevolgde procedure. Wij vinden het een slechte zaak als deze motie zou worden aangenomen. Mijn fractie is tegen deze motie. De heer WOLTJER: Ik kan mij daarbij aansluiten. Ik denk op een gegeven punt en ook gezien ons standpunt rond de Oranjewijk dat ik tegen deze motie moet stemmen. De heer VAN DER KALLEN: Ik stem tegen deze motie, omdat ik deze motie in strijd vindt met a. eerder genomen raadsbeslui ten en b. in strijd vindt met de procedures die met betrekking tot de sloop van dit soort panden geëigend zijn. Indien er een dreigende situatie ontstaat is sloop een mogelijkheid, maar een andere mogelijkheid is ook om activiteiten te ontwikkelen om op andere wijze een einde te maken aan die dreigende situa tie. Ik denk dat dat de juiste weg is en dat sloop pas kan plaatsvinden nadat de geëigende procedures met betrekking tot sloop gevolgd zijn en niet het misbruik maken, zo vat ik het echt op, van een mogelijk dreigende situatie. De heer LINSSEN: Ik denk dat we in de reactie in tweede ter mijn langdurig stilgestaan hebben bij dit onderdeel. Het zal u niet verbazen dat wij tegen deze motie zijn. De heer MULLER: Wij zijn ook tegen deze motie omdat in dit kader het college van B&W bevoegdheden heeft. 57

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1995 | | pagina 327