la neTn °- ernst van de zaak onder °9en te zien' h6t - 52 - werken. Het is gelopen zoals het nu gelopen is. Ik denk dat,,he vooral belangrijk is dat we vooruit kijken en dat we een oplossing proberen te vinden voor de situatie zoals die nu is. Een aantal sprekers heeft een aantal punten specifiek aangekaart. Laat ik beginnen bij de eerste opmerking die de heer Van der Kalle: heeft gemaakt ten aanzien van de differentiatie in het tarief. Di 1 heer Van der Kallen stelt voor, een aantal sprekers steunt hei daarin, om aan te dringen op het inbouwen van een extra tarief voo: 4 derden afnemers, met name de provincie. Ik heb in de commissii 1 aangegeven wat naar mijn mening de situatie bij de RMD is. Ik moe u zeggen dat ik er geen probleem mee heb om in streekgewestelij] verband via een portefeuillehoudersoverleg aan te dringen bij he Streekgewest om in intergewestelijk verband te streven naar eei t uniforme tarifering en daarin dan ook een differentiatie aan tH brengen zoals door de heer Van der Kallen en andere spreker: i bedoeld. Overigens naar aanleiding van de opmerking van de heer Bolsius he: f volgende. De differentiatie met name naar uren die worden af genome: i buiten de contracten is met name bedoeld om gemeenten te dwingen ti 3 plannen, en om niet de gemeenten die nogal wat uren afnemen als he: ware degenen te laten zijn die veel moeten betalen. Als men nie: J plant en uiteindelijk toch meer uren afneemt dan het oorspronkeli» ke contract, dan dient dat tot uitdrukking te komen in de prij: want de RMD is dan immers gedwongen om extra mankracht in te huren Dan het aantal uren waarvan het college zegt, vooralsnog gaan wi; niet uit van een verhoging van het aantal uren. De heer Van der Kallen spreekt, althans zo proef ik dat, zijn zori i uit en zegt: Ja college, als nu toch in de loop van het jaar ee: aantal milieutaken moet worden uitgevoerd en er zijn niet genoet uren voor dan gaat dat ten koste van het milieu. Wij hebben in he! 1 kader van de aanvragen om subsidie een concept-voorstel van datgene wat wij voorstaan de komende jaren in het kader van het milieu uit 1 te gaan voeren dit aan de inspecteur voorgelegd. De inspecteur i heeft vooralsnog zijn groen licht gegeven, zijn vertrouwen erir uitgesproken. Ik kan u verzekeren dat op basis van het concept dat nu klaarligt, naar wat ik u ook verteld heb in de commissie, dat if I het kader van de actualisering van het MUP aan u in commissie ei 3 raad zal worden voorgelegd het aantal uren wat nu in het contract I is vastgelegd voldoende is om die taken uit te voeren. Dan een opmerking ten aanzien van de eventuele oplopende kosten als I gevolg van het teruglopend aantal uren voor de RMD. Wat het collegf bedoeld te zeggen is dat, als er sprake is van een aflopend aantaj uren en dit als gevolg zou hebben dat, om de overheadkosten tocl I betaalbaar te houden, het niet de bedoeling kan zijn dat dan df J oplossing wordt gezocht in de verhoging van het uurtarief. Dat i-' I hetgene het college bedoeld om de Regionale Milieu Dienst, ik zot I bi^na zeggen tot het uiterste, tot de bodem te laten gaan om df nodige creativiteit aan de dag te leggen om ook dat soort terugval' len op te kunnen vangen, bedrijfstechnisch en bedrijfseconomisch' Dat is ook zo door de RMD begrepen. De heer Van Linden zegt wij zien het als uithuilen en weer opnieu' beginnen. Ik moet u zeggen, mijnheer Van Linden, dat niemant gevraagd heeft om deze situatie. Het is ontstaan zoals het ontstaat I is. De heer Aertssen zegt wij voelen ons met de rug tegen de muur ï°g 6^n aantal andere bewoordingen gebruikt. Waar ik i' J -i^eVreden °Ver ben is dat u de verantwoordelijkheid alfl milieubeleid zoals W13 dat geformuleerd en geaccordeerd hebben - 53 - uitgevoerd wil zien en tegelijkertijd belang hecht aan het uitvoe ren van ons milieubeleid. Er zijn uiteindelijk twee mogelijkheden, of we blazen het helemaal op en beginnen met de situatie zoals wij die voorheen hadden met de gemeentelijke milieudienst en ik hoef niet te vertellen wat dat voor financiële en juridische consequen ties heeft, of we zeggen laten we nu door de zure appel heen bijten, goede afspraken maken en leren van het verleden en vervol gens de oplossing zoeken zoals die nu door het college wordt voorgesteld. Misschien dat ik nog een vraag vergeten ben te beantwoorden, maar dan hoor ik dat graag in tweede termijn. De heer VAN DER KALLEN: Ik stel het op prijs dat de portefeuille houder mijn suggestie mee wil nemen in het overleg met de porte feuillehouders. Ik veronderstel dat we dat ook in het delegatiebe- raad zeker nog zullen betrekken. Hij heeft mij echter een beetje in verwarring gebracht met zijn opmerking over uniforme tarifering. Als hij een derdentarief wil uniformeren met betrekking tot andere gewesten, dan zou dat een aanzienlijke stijging betekenen, een zodanige stijging dat de subsidiestroom indirect andersom gaat. Dat is niet echt mijn bedoeling in ieder geval. Als we een uniforme tarifering zouden krijgen voor een derde tarief dan is dat natuur lijk prachtig, want gezien de tarieven in de andere gewesten zou dat een verlaging van dat andere tarief kunnen opleveren. Dat hoeft voor mij niet echt. Als hij dat niet zo bedoeld heeft, hoor ik dat graag in tweede termijn. Voor de rest kan ik accoord gaan met het voorstel De heer WITHAGEN: Het lijkt weieens, als je kritiek uit, dat je daarmee automatisch het hele voorstel verwerpt. Wij willen uitdruk kelijk in tweede termijn zeggen dat wij als CDA-fractie nu en we houden dat nog wel een tijdje vol, voorstander zijn van een Regio nale Milieu Dienst. Bij dit soort bestuurlijke ontwikkelingen moeten we wel eens slikken, ik heb dat in de commissie ook onder woorden gebracht, maar uiteindelijk moet je toch opletten waar je mee bezig bent. Het is de zaak van een afgewogen milieubeleid in gemeenten en samenwerking met andere gemeenten in de regio is belangrijk genoeg. Wij zijn en blijven dus voorstander van een Regionale Milieu Dienst. Dat neemt niet weg dat wij resp. als afnemer maar ook nog als medebestuurder van verlengd locaal bestuur evenzeer een verantwoordelijkheid hebben ten opzichte van onze burgers en de tarieven die daarvoor berekend worden. Die twee dingen staan naast elkaar. Wij willen beide graag invullen. Dus enerzijds de verantwoordelijkheid voor een milieubeleid accepteren en uitvoeren, ook financieel, en anderzijds moeten we natuurlijk ook onze verantwoordelijkheid voor het verlengd locaal bestuur vormgeven. Wij zullen beide doen, althans dat is onze intentie. Het ene doen we vanavond en het andere doen we een volgende keer. De heer BOLSIUS: Een korte reactie.Het is met name interessant ook voor de delegatie omdat hier nu eindelijk eens een punt besproken wordt wat daarna pas in de Gewestraad komt. Daarom is het ook wel interessant om te weten tot hoever de blijdschap van de heer Dieten zich uitstrekt. Hij was blij met de gang van zaken. Wat ik met name wil weten voor de behandeling in maart is of in zijn blijdschap ook begrepen valt het feit dat de Gewestraad een begroting had vastge steld voor de RMD, dat er vervolgens een aantal uitgaven hebben plaatsgevonden zonder dat die aan de Gewestraad zijn voorgelegd

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1995 | | pagina 31