De VOORZITTER: Mag ik de heren Muller, Smits en Bolsius vragen als commissie van onderzoek te fungeren en, ondersteund door de secretaris, het daarvoor benodigde werk te verrichten Dan schors ik een moment de vergadering. De VOORZITTER: Dames en heren, ik heropen de vergadering. Het woord is aan de heer Muller. De heer MULLER: De commissie tot onderzoek van de geloofsbrie ven van de heer P.G.C. Woltjer is tot de volgendeconclusie gekomen. De bescheiden die ons zijn aangereikt zijn in orde bevonden. Betrokkenen voldoet aan alle in de gemeentewet gestelde eisen. De commissie adviseert unaniem tot toelating van de heer Woltjer als lid van deze raad. De VOORZITTER: Welk advies gevolgd wordt. Dan is aldus beslo ten 3 Voorstel tot het instellen van een ondernemingsraadper1 ianuari 1996. Nr. BD-Poi/47 4Invulling CAI-capaciteit Nr. BD-BeZ/51 5Vervanging meetsysteem van buitendienst sectie Landmeten. Nr. SOB/78 6AVOC-maatregel Drebbelstraat/Marconilaan Nr. SOB/67 7. Vervanging plafonds en verlichtingsarmaturen in het kader van brandveiligheid in school Scheldetuin. Maaslaan 10. Nr. WE/3 2. Zonder beraadslagingen en zonder hoofdelijke stemming worden de voorstellen 3 t/m 7 aangenomen. 8Vaststelling Overzicht Vermeerdering Huisvesting (OVH) basisr onderwijs voor het iaar 1997. Nr. WE/3 3 De heer FRANKEN: Het betreft een technisch vraagje over de agendapunten 8 en 9 en dat is het volgende. In het besluit staat namelijk dat wij bij het programma van eisen voor 1997 en volgend uitgaan van het programma van eisen van 1996. Dat zou geen bijzonderheid zijn, ware het niet dat op 1 januari 1997 de financiering voor rekening van de gemeente plaats gaat vinden en we ons baseren op het programma van eisen voor 1996 zoals dat nog voor het ministerie van 0, C W geldt. Als 1996 een soort basisprogramma van eisen is, waarvan we kunnen aannemen dat het in 1997 en later alleen maar ruimer wordt, dan zit daar geen probleem. Maar die zekerheid hebben wi] natuurlijk niet. In 1997 krijgt de gemeente een hoeveelheid geld en we moeten maar afwachten of het geld dat naar de gemeente gaat correspondeert met het programma van eisen dat in 1996 al is opgesteld. Mijn vraag is concreet, waarom neemt 2 u het toch op gezien de onzekere situatie vanaf januari 1997. Mevrouw DEMMERS, wethouder: U hebt gelijk dat per 1 januari 1997 decentralisatie van de wetgeving van toepassing is. Op dit moment is het zo dat het OVH altijd gebaseerd wordt op het programma van eisen van een bepaald jaar. Dat betekent dat voor het OVH 1997, wat deze aanvraag betreft zowel voor dit agendapunt en het volgende, uitgegaan wordt van het programma van eisen van 1996. De aanvragen die in dit OVH zijn opgenomen zijn daarop gebaseerd. Nu zou je kunnen zeggen, waarom zou je het dan opnemen voor de jaren daaropvolgend Het is zo dat wij nog eens goed naar het programma van eisen hebben gekeken in samenwerking met de VNG, omdat er sinds kort een overgangs commissie is samengesteld die bezig is bepalingen vast te stellen voor de decentralisatie. Dit programma van eisen is ook in die commissie de leidraad vanwaaruit men gaat werken, omdat daar nogal wat know how is opgebouwd en daarin is ver taald ten aanzien van zowel de afschrijvingstechniek als de materiaalkeuzes. Men heeft geconstateerd, samen met het onder wijs, dat het programma van eisen van 1996 in ieder geval een verantwoorde voorziening voor zover voor huisvestingsvoorzie ningen mogelijk is bevat. Het is ongeveer de grens van wat wel en wat niet kan. Scholen vragen om een stukje rechtszekerheid. Dat is dan ook de reden dat wij gezegd hebben, laten we dit nu toch opnemen zodat als er betalingen komen gewoon constant gewerkt wordt uit het programma van eisen van 1996. Mocht het toch veranderen; wij zijn als gemeente verplicht om straks een verordening vast te stellen waarin ook dit soort zaken zijn opgenomen, dan denk ik dat de know how in dit programma van eisen voor ons als gemeente de leidraad kan zijn voor de verordening. Vandaar dat we het zo hebben opgenomen in het OVH als in deze raadsvoorstellen staat vermeld. De heer FRANKEN: U zegt, de scholen willen eigenlijk een beetje rechtszekerheid hebben van wat ze nu kunnen verwachten en welke eisen gehonoreerd zullen worden ook al gaat de uit voering na 1 januari 1997 plaatsvinden. Dat is natuurlijk één invalshoek. Aan de andere kant is het natuurlijk vanuit de gemeente zo dat je een programma van eisen kan honoreren als daar ook geld tegenover staat. Die zorg wil ik dus eigenlijk uitspreken Mevrouw DEMMERS, wethouder: Die zorg is terecht. U behoudt natuurlijk straks als raad te allen tijde het budgetrecht. Straks is het natuurlijk zo dat door de raad de uitkeringen vastgesteld worden. Je zult vanuit een programma van eisen moeten werken om aan scholen zekerheid te geven wat voor bepaalde termijnen en welke bedragen daarvoor gelden als men aanvragen doet. Zijn er op dat moment geen middelen aanwezig, dan is het zo zolang de wetgeving dit nog aangeeft, dat u natuurlijk als raad dit budgetrecht heeft. Hoewel, dat moet ik wel zeggen, men daar nog mee bezig is. Men heeft de neiging, als men de huidige wetgeving bekijkt, om het budgetrecht van de raad, hoewel ik betwijfel of dit mogelijk is, te overrulen in die zin dat men zegt, alles wat aangevraagd wordt moet gehonoreerd worden of u nu wel of geen middelen heeft. Dat is 3

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1995 | | pagina 256