-18-
Ik hoop dat de liquidatiebalans in ieder geval dat tekort opheldert. Dij
wilde ik u in eerste termijn meegeven.
De heer WITHAGEN: Voorzitter, ik neem binnen het CDA een minderheidsstauij
punt in, vandaar dat ik apart het woord wens te voeren. Ieder raadslid koi
op een bepaald moment voor een punt te staan, waarop hij een keuze zai
moeten maken. Soms moet je wel eens kiezen tussen je partijloyaliteit res
pektievelijk je fraktieloyaliteit gekoppeld aan je eigen verantwoordelijk
heid. In dit geval heb ik gekozen voor het laatste.
Wij hebben een aantal maanden geleden als meerderheid van deze raad eet
principe-beslissing genomen en daar sta ik nog steeds achter.
Wij hebben toen uitdrukkelijk het college gezegd dat wij op basis van ea
financieel helder overzicht van alle merites, onderdelen enz, die bij zoi I
fusie ter sprake komen, zouden oordelen en dat voor ons zou tellen eet
budgettaire neutraliteit, met name een risico-analyse.
Wij hebben de afgelopen weken een aantal stukken gekregen. Die bevatten tooi
ons nog vele vragen. Die hebben we ook gesteld en er zijn antwoorden o)
gekomen. Uiteindelijk heeft dat geleid tot een aanvraag bij VB-accountants
om nog op korte termijn stukken te leveren, waaruit die helderheid zoi
worden verkregen.
Ik heb mijn uiterste best gedaan om vanaf ongeveer 18.20 uur vanavond eet
denkspurt te ondernemen, om de laatste gegevens verwerkt te krijgen. Ik bei
daar niet in geslaagd. Ik heb zojuist voor mezelf het besluit moeten neaei
dat datgene, wat het college tot nu toe heeft aangereikt, en mijn verwerkii)
daarvan mij niet de overtuiging heeft gebracht dat ik als vertegenwoordig"
van mensen in Bergen op Zoom, die mij gekozen hebben, het besluit kan neiei
om achter het collegevoorstel te staan en positief te stemmen over de over
dracht van deze situatie.
Ik ben en ik blijf tot nu toe van mening dat ik een aantal financie
onhelderheden niet helder kan krijgen. Ik vind dus dat ik als vertegenwoor
diger van mensen, die mij gekozen hebben, deze stap niet mag maken. Ik
dus ook tegenstemmen ten opzichte van deze situatie.
De heer J. VAN ES: Voorzitter, de opmerking van de heer Franken ten aanzi"
van het beschikbaar zijn van de stukken kan ik gedeeltelijk ondersteunej
Dat had bijvoorbeeld kunnen leiden tot het feit dat hij zijn vragen °yer
aanwenden van bepaalde reserves niet had hoeven stellen. Want uit
rapport, wat ons vanavond is overhandigd, blijkt dat een aantal res®H
worden afgezonderd van de gefuseerde scholen en naar een aparte sticn
zullen overgaan. J
Op de afdeling waren er anderzijds wat cijfers beschikbaar die niet of
beperkte mate afwijken van de uiteindelijk in het accountantsrapport °P9
nomen cijfers. Dus er was wat financiële informatie aanwezig. ..j,
We lopen met deze transaktie een bepaald risico. Dat is iedereen duideliJ
Het risico wordt natuurlijk beperkt in de fusie-aktiviteit als zodanig o®
de gemeente sowieso al iets voor het hoofd krijgt door het feit dat
gebouwen te zijner tijd ook onder gemeentelijk beheer komen, zodat dus
risico's, die samenhangen met de exploitatie en het beheer van de gebouw
reeds bij de gemeente zijn. .at
Dit leidt tot het feit dat het risico tot op zekere hoogte beperkt is»
geeft ons ook aanleiding om voor dit voorstel te stemmen. We denken dat
behandeling wat beter had gekund. Maar de last minute-akties van het cou
hebben ertoe geleid dat er toch nog aanvullende informatie beschikbaar
gekomen. We worden af en toe geconfronteerd met het feit dat dat nu een»
noodzakelijk is door tijdsdruk. Ik denk dat het achteraf toch acceptabel
wat we hebben gekregen. Het is wat moeizaam gegaan. er
We hebben nog een wens. Die wens spreken we uit bij elke fusie. We zijn
-19-
wel eens een keer in teleurgesteld, als ik denk aan SKW en De Peperbus, maar
wij zijn ervan overtuigd dat deze fusie als een gevolg van economy of scale
tot bepaalde bezuinigingen zal moeten leiden en dat alles best recht zal
komen
Mevrouw VAN OORSCHOT: Voorzitter, ten aanzien van uw voorstel inzake de
overdracht van het Schelde College en Thomas MAVO is onze fraktie van mening
dat de ontstane tijdsdruk met betrekking tot de financiële rapportage de
verantwoordelijkheid is van uw college en niet van de raad en dus ook niet
van onze fraktie.
Bij besluit van 26 januari is reeds besloten dat eerst tot overdracht kan
worden overgegaan, nadat aan de raad een accountantsverklaring was overlegd,
waaruit zou blijken dat zonder financiële lasten aan de gemeente Bergen op
Zoom zou worden overgedragen.
Ook de mondelinge toelichting in de extra vergadering heeft daarin, voor wat
betreft onze fraktie, geen voldoende helder inzicht gegeven. Lijst Linssen
is van mening dat eerstdan tot overdracht kan worden overgegaan als er een
goed inzicht is verkregen in de mogelijk financiële gevolgen voor onze
gemeente.
Met name de tekorten op de onderhoudsvoorziening in relatie tot de over
schrijdingsregeling baart onze fraktie grote zorg. Ook ten aanzien van de
vervangingsinvesteringen kan niet beoordeeld worden of toekomstige materiële
subsidies voldoende zijn.
Voorzitter, we zijn niet tegen een fusie, maar willen eerstdan de verant
woordelijkheid daarvoor dragen als alles volkomen helder en duidelijk is.
De heer VAN DER KALLEN: Voorzitter, toen dit agendapunt aan de orde kwam,
had ik toch een ander beeld van hoe de discussie zou lopen dan dat die tot
nu toe is gelopen. Ik ben met name blij met de volwassenheid die het CDA
toont. Want als ik naar de commissievergaderingen kijk, dan had ik nu
eigenlijk iets anders verwacht. Toen dacht ik bij mezelf, waar zou dat toch
aan liggen. Zou het CDA mogelijk andere motieven dan financiële motieven
hebben om tegen te zijn. Ik blijk mij daarin vergist te hebben en dat doet
mij deugd.
De heer FRANKEN: Hoe bedoelt u dat?
De heer VAN DER KALLEN: Bijvoorbeeld omdat jullie bescherming van de eigen
parochies, zowel geestelijk als bij scholen, zo belangrijk zou zijn, en ik
reageer nu op een vraag van mijn buurman
De heer FRANKEN: In januari hebben wij een principe-besluit genomen nu gaat
bet over de financiële invulling.
be heer VAN DER KALLEN: In januari hadden jullie nog zoveel mitsen en maren,
dat ik bij mezelf dacht...
De heer MULLER: Voorzitter, ik maak bezwaar tegen de opmerking van de heer
Van der Kallen. Hij brengt de heer Franken en de CDA-fraktie daarmee in
discrediet. De heer Franken heeft geopereerd namens en voor de CDA-fraktie.
heeft dat zeer uitputtend gedaan en dat kan ik van de heer Van der
Kallen in de afgelopen periode niet onderkennen. Dus zijn opmerkingen aan
het adres van de CDA-fraktie verwerp ik. De motieven, die de heer Franken
zou hebben, zijn beslist niet aanwezig geweest. Er is gesproken vanuit een
financiële zorg voor de gemeente. Niet meer en niet minder.
heer VAN DER KALLEN: De enige die de heer Franken in discrediet brengt,