-12- De heer BOLSIUS: Het ordevoorstel wordt door mij ingediend, omdat een aantal bedragen, zoals ze momenteel ter onderbouwing dienen van het geheel plus ta feit dat wij vinden dat het maximale bedrag, wat beschikbaar wordt gesteld, te hoog is. Wij willen daar duidelijkheid over hebben in de eerstvolgend commissie APPZ. Dat is de reden waarom wij dit ordevoorstel indienen. Voo een verantwoorde behandeling met alle onderliggende cijfers, dus ook dii staat, die ik vanavond om 18.30 uur kreeg, zodat ook die staat behandeld h worden en in de beschouwing kan worden meegenomen. De VOORZITTER: Dames en heren, wie van u wil over dit ordevoorstel es: stemverklaring afleggen? De heer DIETEN: Voorzitter, wat gebeurt er als het ordevoorstel wordt aangenomen, want ik wil namelijk, als er inderdaad uitstel komt, een motie indienen om u te verzoeken het WVS alsnog in de gelegenheid te stellen ea offerte uit te brengen. Ik laat het aan u over wanneer ik met dat verhaal kom. Ik wil dat nu bij mijn stemverklaring doen. De VOORZITTER: Een ordevoorstel gaat voor alles. Als het ordevoorstel op dit moment wordt aangenomen, is de discussie voor vanavond voor dit voorstel daarmee afgerond. De heer DIETEN: Voorzitter, maar dat wil ik vanavond wel in de gelegenheii gesteld worden om een motie in te dienen. De VOORZITTER: Dat kan dan niet meer. Het ordevoorstel gaat voor alles ei daarna is er geen discussie meer mogelijk. De heer VAN DER KALLEN: Mijnheer Dieten, u kunt dan een voorstel buiten it orde van de dag indienen. Dan mag dat alsnog in stemming genomen worden. De heer DIETEN: Dat bedoel ik ook. De heer WITHAGEN: Voorzitter, wij willen ook gebruikmaken van de stemver' klaring. Wij weten de werking van een ordevoorstel. Ik wil op de eerste plaats zeggen dat wij een beetje last krijgen van ver vangende schaamte. Ik zeg dat zo bikkelhard als het klinkt. Ik wil het ooi zo bedoelen, want het is eigenlijk toch schandalig dat iemand van het kali ber van de heer Bolsius en zijn ervaring in tweede termijn een ordevoorstel moet indienen. Dat is te gek om los te lopen, maar het gebeurt. De heer BOLSIUS: Dat is naar aanleiding van de behandeling in eerste termijn. De heer WITHAGEN: In de tweede plaats vind ik het evenzeer vreemd dat 1111 voor de tweede raadsvergadering de heer Bolsius gaat twijfelen aan de fysi® ke capaciteiten van zijn opponent. De heer Van der Kallen hoort erg 3°ei Dat kan ik u verzekeren. Voor wat betreft de stemverklaring. Als CDA-fraktie zijn wij uitdrukkelü tegen dit ordevoorstel. Als argumenten hebben wij daarvoor dat de b«e Bolsius in datgene, wat hij eerder zei en indiende, in de overwegi» daarvoor, en ik mag daaruit putten, want schijnbaar is dat ook de argu»® tatie voor het ordevoorstel, uitdrukkelijk zegt het met de kern van W voorstel van het college volkomen eens te zijn. Het enige wat uiteindeW nu het verschil vormt met het ordevoorstel is dat hij vindt dat er door he college 40.000,— teveel besteed wordt. Het mag juridisch een ordevoorstel zijn, het klinkt als een motie van *ar -13- trouwen tegen het college. Dan weet ik niet meer wat te doen en wat we moe ten denken. Het college heeft 2 offertes geaccepteerd. Ze heeft vergelij kingen gemaakt en komt met een voorstel wat ongeveer sluit op 200.000, De VOORZITTER: Mijnheer Withagen, ik vind dit een heel uitgebreide stem verklaring. U moet alleen uw stem verklaren voor of tegen het ordevoorstel, maar niet allerlei diepgaande beschouwingen over elkaar houden. Als het ordevoorstel wordt afgewezen, krijgt u een tweede termijn. De heer WITHAGEN: De CDA-fraktie is tegen het ordevoorstel, voorzitter. De heer AERTSSEN: Voorzitter, wij steunen het ordevoorstel van de heer Bolsius om de volgende reden. Wij hebben in uw beantwoording toch moeten constateren dat er nogal wat open einden inzitten, voor ons althans zover we dat kunnen overzien. U zegt dat het allemaal prima in orde is. Wij vinden ook dat het een vrij gecompliceerde materie is. Dat blijkt ook uit het verhaal van de heer Bolsius en uit uw beantwoording. Wij vinden het zeker een goede zaak dat deze complexe materie dan ook nog een maand wordt aangehouden. De heer SMITS: Voorzitter, wij steunen het ordevoorstel van de heer Bolsius niet. Wij hebben daar uitvoerig in de commissie APPZ over gesproken. Deze zaken zijn toen niet op tafel gelegd. Er zijn wel de nodige twijfels boven gekomen. Die zijn besproken. Daar is toen duidelijk gezegd dat dat in de evaluatienota na een half jaar allemaal terugkomt. Dus niet na een jaar maar na een half jaar. Daar hebben wij de problemen in weggelegd. Daar wachten wij rustig op. Wat mij opvalt, is dat er niet meer gereageerd is op de vermindering van de formatieplaatsen van 2, die toch invloed hebben op alle getallen die genoemd zijn. Dat komt niet terug, maar dat speelt natuurlijk wel een rol. We zien in dit verhaal niet het hele beeld. Daarom wachten wij op de evaluatie en willen wij het hele beeld zien. Dan zal de VVD-fraktie opnieuw oordelen over hoe het gelopen is en hoe het gekomen is. De heer DIETEN: Voorzitter, ik zit in een wat lastige situatie. Want ik ben voor dit ordevoorstel, omdat dat de enige manier is om het Werkvoorzienings schap fysiek gesproken nog in de gelegenheid te stellen om een offerte uit te brengen. Ik meen ook dat dat dient te gebeuren, omdat het Werkvoorzie ningsschap buiten mededinging gebleven is op argumenten die thans niet meer relevant zijn. Ik wil het college vragen, dan niet bij motie omdat dat technisch niet kan °P dit moment, om, als het ordevoorstel wordt aangenomen, dan alsnog over te gaan tot het in mededinging brengen van het Werkvoorzieningsschap. Ik zal in ieder geval op dit moment het ordevoorstel van D66 om die reden steunen. De heer VAN DER KALLEN: Voorzitter, ik steun het ordevoorstel van de heer Bolsius niet. Ik wil tevens aanmerken dat ik het droevig vind dat er zo'n ordevoorstel komt, feitelijk op gegevens die de heer Bolsius vanuit de gemeentelijke organisatie vandaag heeft gekregen, terwijl de rest van de raad die niet beschikbaar heeft. Ik vind dat dat niet kan. Ik vind dat, als Ie dat soort informatiestromen als basis gaat gebruiken voor ordevoorstel- le&, dan het eind zoek is. Derhalve ben ik ook inhoudelijk tegen dit orde voorstel. Je heer VAN DE WATER: Voorzitter, ik ben het niet eens met de heer Van der Kellen en de heer Withagen. Het zou te simpel zijn als we zeggen, het

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1995 | | pagina 117