8
2. De in het kader van het Besluit Woninggebonden Subsi
dies beschikbaar gestelde geldelijke steun als be
doeld onder 1 te aanvaarden.
3. De onder 1 vermelde beschikbaar gestelde geldelijke
steun, vermeerderd met de op de bij dit besluit
behorende bijlage A vermelde saldi van de voor het
budgetjaar 19 93 toegekende budgetten als volgt te
verdelen:
ade sociale sector:
ten behoeve van de bouw van sociale huurwoningen,
sociale koopwoningen en/of standplaatsen en woon
wagens en het treffen van ingrijpende voorzienin
gen aan woningen en/of standplaatsen een budget
groot minimaal 5.831.754,en maximaal
6.220.800,
bde premiesector;
ten behoeve van de bouw van premie-woningen (pre-
mie-huur-beleggers-woningen en vrije-sector-wo-
ningen met een eenmalige bijdrage) een budget
groot minimaal 202.500,- en maximaal
505.000,—;
ctoeslagen plaatselijk verschillende omstandighe
den:
een budget ten behoeve van de in het onder 4
vastgestelde prioriteitenschema opgenomen projec
ten groot minimaal 245.127,50 en maximaal
329.500,overeenkomstig de voorgestelde nor
mering;
dhuurverlaainqstoeslaqen:
voor de bouw van woningen in de sociale huursec
tor een budget groot minimaal 46.883,en
maximaal 93.766,- te verstrekken in de vorm een
bijdrage-ineens
4. a. Bij het verlenen van geldelijke steun in de vorm
van jaarlijkse bijdragen c.q. bijdragen-ineens
ten laste van de deelbudgetten ten behoeve van de
sociale sector (3.a), de premiesector (3.b), de
toeslagen plaatselijk verschillende omstandighe
den (3.c) en de toeslagen ten behoeve van huur-
verlaging (3.d) de in het Woningbouwprogramma
1993 opgenomen bouwproduktie als uitgangspunt aan
te merken en in de verlening van voornoemde gel
delijke steun de volgende prioriteiten in acht te
nemen
1. voor het budget jaarlijkse bijdragen:
overeenkomstig de in het Woningbouwprogramma
1994 voor de sociale sector onder 1 t/m 11
aangegeven projectvolgorde;
2voor het budget voor de premie-sector:
overeenkomstig de in het Woningbouwprogramma
1994 voor de lichtgesubsidieerde sector onder
1 t/m 3 aangegeven projectvolgorde;
9
3- voor het budget toeslagen plaatselijk ver
schillende omstandigheden:
1. het in het Woningbouwprogramma 1994 voor de
sociale sector onder 1 vermelde project;
2. het in het Woningbouwprogramma 1994 voor de
sociale sector onder 3. vermelde project;
3. het in het Woningbouwprogramma 1994 voor de
sociale sector onder 10 vermelde project;
4. het in het Woningbouwprogramma 1994 voor de
sociale sector onder 5 vermelde project;
5. het in het Woningbouwprogramma 1994 voor de
sociale sector onder 6 vermelde project,
een en ander in voornoemde volgorde en voor
zover de financiële ruimte in het budget
"toeslagen plaatselijk verschillende om
standigheden" zulks toelaat;
voorhetbudget toeslagen ten behoeve van huur-
verlaqinq:
het in het Woningbouwprogramma 1994 voor de soci
ale sector onder 4 vermelde project.
Aan de verlening van geldelijke steun ten laste
van het budget "plaatselijk verschillende omstan
digheden" de aanvullende voorwaarde te verbinden,
dat beschikbaarstelling van de verleende toeslag
per woning plaatsvindt, nadat is gebleken, dat de
eigenaar-bewoner behoort tot de doelgroep, als
bedoeld in artikel 13 juncto tabel 8 van de Rege
ling Normering Woninggebonden Subsidies.
Bij wijziging van het door de Minister van Volks
huisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
vastgestelde bedrag voor het budget ten behoeve
van de sociale sector respectievelijk als gevolg
van wijziging van het gemiddelde effectieve ren
dement op staatsobligaties, als gevolg van amen
dering door de Tweede Kamer der Staten-Generaal
of als gevolg van calamiteiten, het aantal wonin
gen in deze sector aan te passen alsmede in over
eenstemming te brengen met het alsdan totaal aan
beschikbare subsidie in de deelbudgetten in ge
noemde sector
Bij de vaststelling van de deelbudgetten ten
behoeve van de sociale sector uit liquiditeits
overwegingen rekening te houden met de beschik
baarheid van voldoende reserves
De eventueel vrijvallende middelen als gevolg van
de verkoop van de onder vigeur van het Besluit
Woninggebonden Subsidies gebouwde c.q. ingrijpend
verbeterde woningen te storten in het bij ons
besluit van 23 december 1993, nr. SOB/94 inge
stelde fonds "vrijvallende middelen"