- 18 -
en een stukje uit de Zuidwesthoek. Dat is veel minder dan het tien jaar
geleden was. De kooporientatie uit dat veel kleinere gebied is dus wel
belangrijk toegenomen, maar dat betekent dat er sprake is van een heel
kwetsbare situatie. Als je dat legt naast het gegeven dat we al 12 jaar
lang aan die situatie niets, maar dan ook niets gedaan hebben, alleen
maar invoeren van betaald parkeren, dan deel ik de zorg van de heer Linssen
wat dat betreft volledig. Ik denk dat dat toch ook nog wel een keer mag
doorklinken, hoewel ik moet zeggen dat de heer Muller daarmee begonnen is.
Dat in eerste termijn.
De VOORZITTER: Dank u wel. Dan is de tweede termijn aan de orde. Ik zou
u willen vragen om in uw tweede termijn ook in te gaan op het voorstel
van de heer Muller om reeds op korte termijn het onderzoek naar een par-
keermogelijkheid onder het St. Josephplein/Stenen Tuin feitelijk ter hand
te nemen. Het zal duidelijk zijn dat dat een integraal onderzoek zal moeten
zijn waarbij financiële, bouwkundige aspecten aan de orde moeten komen.
De heer JANSSEN: Een voorstel van orde. Ik vraag 5 minuten schorsing.
De VOORZITTER: Vijf minuten schorsing, de vergadering is geschorst tot
21.00 uur.
De heer MULLER: Ik denk dat de schorsing nuttig is geweest. Het politieke
bedrijf is een merkwaardig bedrijf kom ik tot de conclusie.
Wat mijn voorstel betreft om het St. Josephplein/Stenen Tuin in een onder
zoek naar voren te halen blijkt hier toch in deze raad daarover genuanceerd
gedacht te worden. Enerzijds constateer ik dat D'66 eenietwat andere wen
ding heeft genomen en dat Gemeentebelangen/Stadspartij duidelijk heeft aan
gegeven als dit besluit in deze raad wordt doorgezet, geen steun te willen
geven aan het PastJoorenplein. De besluitvorming in juni 1992 is ook voor
de CDA-fractie duidelijk geweest en wij wensen ons daaraan te houden.
Dat is de reden waarom ik thans het voorstel van mij niet in stemming breng
want ik wil namelijk het voorstel aangaande het Past. Joorenplein niet in
gevaar brengen. Ik ben tot de politieke conclusie gekomen dat dat thans het
geval zou zijn. Dus vandaar dat ik niet zal aandringen, ondanks het feit
dat ik met de wethouder een heel eind mee kon gaan om de volgende maand deze
zaken te bespreken zonder dat er eventueel een krediet voor nodig was. Dat
vond ik een heel redelijke acceptabele oplossing. Daarmee kan ik echter
niet in de waagschaal leggen om het Past. Joorenplein daarmee te verkwanselen.
Ik denk, gezien dit politieke feit, dat ik daarin duidelijk ben. Ik ben de
wethouder dankbaar voor zijn uitgebreide antwoord. Ik heb daar verder niets
aan toe te voegen. Ik denk dat ik het hier in tweede termijn bij kan
laten.
De heer AERTSSEN: De verklaring van de heer Stuart bespaart mij een hoop
werk. Een aantal punten die ik had opgeschreven kan ik schrappen.
Ik begin toch even met wat de wethouder heeft gezegd over de normering.
Ik kan er vrede mee hebben als hij komt met een rapportering naar de com
missie toe hoe de ontwikkeling is van die afkoopsommen. In mijn gedachten-
gang en vandaar het voorstel, praten we hier over eenzelfde orde van grootte
eenzelfde soort maatregel als parkeertarieven en ook die worden door de
raad vastgesteld, vandaar mijn gedachte om ook dit soort zaken in de raad
aan de orde te stellen. Nogmaals, we kunnen daarmee leven.
Ten aanzien van uw opmerking over de Fortuinstraat het volgende. U kiest
voor een pragmatische oplossing, maar ik zou die pragmatische oplossing
het liefst niet over een tijd zien gebeuren maar ik zou willen dat er nu
al gezegd wordt of geprobeerd wordt het fietsverkeer daar weg te houden.
Het lijkt nu al zo te zijn dat dat toch niet echt als aangenaam wordt er
varen dat fietsers en bromfietsers nog door de Fortuinstraat heen rijden.
Misschien dat met een bord veel te bereiken is.
Ik ben blij dat het college duidelijk is geweest over het besluit van juni
1992
- 19 -
U stelt, als je het voorstel van het CDA gaat aanhangen dan maak je
nogal wat los. Ik ben ook blij dat de heer Muller, gezien de politieke
situatie zoals hij het noemt, bereid is om nadere voorstellen daaromtrent
in te trekken, ik denk dat dat heel verstandig is voor een evenwichtig
parkeer- em binnenstadsbeleid voor Bergen op Zoom.
Dan kom ik even terug op de rol van D'66 want ik heb al aangegeven tijdens
de eerste termijn van mevrouw Demmers dat mij iets toch niet helemaal dui
delijk was. Ik heb in de commissie begrepen dat de heer Bolsius kon instem
men met een positief advies voor de herziening van het bestemmingsplan
Past. Joorenplein, wat dus inhoudt de mogelijkheid van het oprichten van
een parkeergarage op deze plek. Als ik u nu goed begrijp, mevrouw Demmers,
dan zegt u als wij nu zover kunnen komen dat wij eerst een parkeergarage op
het St. Josephplein zouden kunnen ontwikkelen, daaraan voorafgaand een on
derzoek uiteraard, dan zouden wij wellicht kunnen instemmen met een her
ziening van dat bestemmingsplan.. Dan zegt u nogal wat. Dan denk ik. dan
kan het zo lopen, het ziet er niet naar uit dat het nu zo loopt dankzij
de opstelling van het CDA, dat inderdaad het onderzoek gestart wordt en
de conclusie is dat je eerst een parkeergarage op het St. Josephplein en
Parade zou moeten realiseren en dat je vervolgens, dankzij de steun van
D'66 voor herziening van het bestemmingsplan, op het Past. Joorenplein
ook nog daar een parkeergarage kan realiseren. Dan denk ik, waar zijn we nu
mee bezig. De heer Bolsius noemde D'66 wat dat betreft een turbulente par
ti jd. Ik heb daar een andere opvatting over, ik vind dat draaien en draaien
is heel slecht in de politiek.
Ten aanzien van wat de wethouder heeft opgemerkt over het parkeerbeleid en
het landelijk beleid daaromtrent praat hij over minder automobiliteit.
Wat is rijksbeleid, waar gaat het hier om. Rijksbeleid en mevrouw Maij-
Weggen heeft het wat algemener gesteld, ik citeer:De keuze voor een duur
zame samenleving stelt grenzen aan de negatieve invloeden van het verkeer
en vervoer, aan de luchtverontreiniging, aan het energieverbruik, aan de
geluidshinder, aan de onveiligheid, aan de aantasting van natuur en land
schap en aan de leefbaarheid van de steden. Dat is een zeer algemene be
schrijving van het probleem dat zich voordoet. Ik heb het gisteren in het
Journaal nog eens een keer kunnen waarnemen ten aanzien van het milieu.
Rijksbeleid. Ik weet zeker dat er twee aspecten zijn die heel belangrijk
zijn voor het rijksbeleid. A. een status quo ten aanzien van het aantal par
keerplaatsen, niet het uitbreiden van het aantal parkeerplaatsen dus
en B. wat u ook constateert, concentratie van parkeerlocaties
Ik denk dat dat exact is wat wij ook voorstaan. Status quo aantal parkeer
plaatsen en concentratie van de parkeerlocaties.
U denkt nog steeds aan uitbreiding van het aantal parkeerplaatsen. Om die
reden kunnen wij u dus ook niet volgen. Het zal dan ook duidelijk zijn,
wij hebben dat ook aangegeven gelijk aan het begin van de eerste termijn,
'dat een parkeergarage op het Pastoor Joorenplein eventueel acceptabel
zou zijn. Die randvoorwaarden worden niet vervuld, dus zal wat ons betreft
er geen steun zijn voor een herziening van het bestemmingsplan voor het
Past. Joorenplein. In het kort, de voortgangsrapportage uiteraard accoord
met inachtname van de kanttekeningen en dat zijn er wel een paar, die ik
ten aanzien van dit punt gemaakt heb.
De heer JANSSEN: Een paar opmerkingen in de richting van collega fracties
en dan een paar slotopmerkingen.
Mijn eerste opmerking is in de richting van D'66. D'66 heeft een citaat
aangehaald uit De Stem van vandaag en dat ging over de politieke hardheid
van geestelijke hardheid en misschien ook wel politieke hardheid van
D'66 met betrekking tot haar fractievoorzitterZij zou vanavond laten
blijken dat zij die hardheid bezat. Dat heeft zij laten blijken, want ik
constateer en met mij de gehele gemeenteraad denk ik, dat zij niet voor
één parkeergarage zijn maar desnoods voor twee garages. Ik moet zeggen,
dat is hard, dat is bikkelhard.