- 16 -
vigeert
Dan is een gezamenlijk onderwerp in de betogen natuurlijk het voorstel van
de heer Muller. Ik wil wat ons college betreft toch nog graag even terug
naar het voorstel. Het voorstel is gebouwd op een besluit van vorig jaar.
Ik zeg dat ook graag omdat sommige fracties er toch blijk van geven liever
terug te gaan naar wat ze in de vorige raadsvergadering te berde gebracht
hebben dan naar het besluit wat genomen is. Het besluit wat genomen is,
is nu de behoefte aan een derde parkeergarage van tenminste 250 plaatsen
is aangetoond nader onderzoek te doen verrichten naar de realisering van
een derde onder de Stenen Tuin/St. Josephplein. Dat was het tweede besluit
naast het besluit om de voorbereiding van de bouw van een parkeergarage op
het Past. Joorenplein verder ter hand te nemen. Dat is het besluit wat het
college aan het werk heeft gezet en ik proef, als ik dat zo mag interpreteren,
uit de bijdrage vanhet CDA en de VVD-fractie met name enige kritiek op het
college dat dat besluit op dit moment geen verder vervolg heeft gekregen.
Als de meerderheid van de raad zou willen dat het onderzoek naar voren gehaald
wordt, dan zou ik daar het volgende op willen zeggen. Wij hebben uit de
rapportage van Goudappel en Coffeng vorig jaar kunnen zien dat een realis
tisch oordeel over de mogelijkheden om een derde garage te exploiteren eerst
tot stand kan komen als je ervaring hebt opgedaan met het exploiteren van
twee parkeergarages. Dat is dus een puur financieel argument geweest.
Niettemin heeft er in het besluit vorig jaar gestaan dat we alvast onder
zoek zouden moeten doen naar die zaken. Wij hebben nu gemeend om de finan
ciële lijn maar te volgen en eerst de tweede garage te realiseren, te ex
ploiteren om dan vervolgens te kijken of er überhaupt aanleiding is, financieel
gezien dan, om hiermee door te gaan. Als men nu de behoefte heeft om, voor
uitlopend op die kennis over exploitatie de kennis over de ruimtelijke
ordening, de techniek enz. te verwerven, voor welk doel dan ook, het doel
bijv. wat D'66 nastreeft om toch een nadere afweging te kunnen maken of
het doel wat de CDA-fractie nastreeft om straks na beëindiging van de proef
autovrij maken Grote Markt een behoorlijke afweging over alternatieven te
kunnen maken, als die behoefte in meerderheid in de raad aanwezig is dan
denk ik dat wij daar geen bezwaar tegen zouden moeten maken. Ik moet er wel
de kanttekening bij maken dat bij het college dan toch de voorkeur bestaat
om daarvoor geen krediet aan uw raad te vragen. We zullen bekijken of we dat
met de ons beschikbare mankracht en middelen zelf in eigen apparaat zouden
kunnen doen. We moeten dus even kijken wat voor consequenties dat op de werk-
planning enz. zou hebben. Dat zou inderdaad dan kunnen betekenen dat we
zoiets zouden moeten doen als de heer Muller vraagt kom daar eens in een
commissievergadering op terug met een visie of dat mogelijk is en in te pas
sen is.
Dan moet ik natuurlijk nog een aantal vragen van de onderscheidene fracties
behandelen.
De heer Aertssen is teruggekomen op zijn vraag in de commissie, zou het niet
goed zijn om de normering in verband met de tarieven aan de raad te houden
Ik denk dat dat maar aan de raad gevraagd moet worden. Of zichzelf vinden
wij dat als college niet nodig. Dat hebben wij de commissie ook uitgelegd.
Het gaat om een hele dagelijkse, praktische gang van zaken. Als het nodig
is dat er wijzigingen in optreden dan dient zich dat vanzelf aan. Het college
kan zich verplichten zoals met andere zaken om er voortdurend aan de com
missie over te rapporteren. Overigens kan men natuurlijk het college ook al
tijd achteraf ter verantwoording roepen. Om hier een besluitvorming aan de
raad voor te behouden dat lijkt een stuk bureaucratie in het leven te roepen
en dus tijdverlies waarvan wij denken dat het sop de kool niet waard is.
Wanneer de fiscalisering aan de orde zal komen We zijn doende met het op
tuigen van de parkeerafdeling als ik het zo mag noemen. Daar zult u heel
binnenkort nader over geïnformeerd worden. Als die eenheid organisatorisch
op orde is dan kan onverwijld de fiscalisering van de parkeerboetes inge-
- 17 -
voerd worden.
Ik kan me niet goed voorstellen wat een.praktische manier is om fietsers
uit de Fortuinstraat te houden. Waarschijnlijk moeten we hem dan dicht
timmeren. Ik denk dat we als college niet veel meer kunnen doen dan het
treffen van de vereiste verkeersmaatregelen en dat is het ophangen van een
bord Verboden voor fietsers op de betreffende uren waarop het experiment
geldt en dan ontstaat, zoals ik dat in de commissie heb uitgelegd, het hand-
havingsprobleem. Ik dacht dat we met elkaar hadden afgesproken dat we er
pragmatisch mee om zouden gaan, we het zouden aanzien. Als de fietser echt
een groot probleem is dan blijkt dat uit de resultaten van het onderzoek
en dan is dat in ieder geval de eerste conclusie die we bereikt hebben
nl. afsluiten ook voor fietsers als het tot een definitieve afsluiting
komt.
Er is ook gesproken over het overleg met Roosendaal in relatie tot het vast
stellen van de parkeertarieven.Ik denk dat het voor de hand liggend is dat
wij, als de raad vanavond accoord gaat met de richting want dat doen we
door deze notitie voor kennisgeving aan te nemen, deze voortgangsnotitie,
het voor de hand ligt dat wij als college op de ingeslagen weg voortgaan
en te zijner tijd terugkomen met informatie over de bereikte resultaten.
In ieder geval zal de inzet moeten zijn dat we vergelijkbare tarieven tot
stand brengen in Roosendaal en Bergen op Zoom. Dat is denk ik een voorwaarde
om in de regio tot een behoorlijk verkeers- en vervoersbeleid te komen.
Daar zal geen misverstand over bestaan, ook niet met de gemeente Roosendaal.
Dan heeft de heer Van der Kallen natuurlijk nog een paar vragen gesteld
waar ik heden geen antwoord op zou durven geven. Ik denk dat nader onderzoek
naar een mogelijkheid op/onder het St. Josephplein c.q. Stenen Tuin nu
juist antwoord zou moeten geven op de vragen die hij opwerpt Dan zeg ik het
voorzichtig, want hij had eigenlijk het antwoord al. Ik zal heti^ar bij
vragen die opgeworpen zijn houden. Nader onderzoek zal moeten aantonen wat
er technisch mogelijk en onmogelijk is en wat de gevolgen zijn.
Dan nog even de positie van Plein XIII, dat is ook in verschillende betogen
naar voren gekomen. Als je kijkt naar de situatie van de te creëren plaatsen
op Plein XIII dan bevinden die zich langs de Keldermanslaan. Ik heb dan
toch de indruk dat er geen sprake kan zijn van een substituut voor het Past.
Joorenplein. Een opvang van een tekort in het oostelijk deel van de binnen
stad, want daar gaat het om, dan heb je het eerder over een alternatief voor
de binnenstad en dan denk ik eerder aan een locatie als de Markt en even
tueel de Stenen Tuin. Ik denk dat de Keldermanslaan niet als een alternatief
voor het Past. Joorenplein gezien kan worden, dan praat je toch over een
heel andere oriëntatie, nog afgezien van de loopafstanden.
Dan nog een opmerking die gemaakt is over de Lindenbaangarage door de heer
Van den Ouden. Ik denk toch dat hij daar een ietwat vertekend beeld geeft.
De slechte resultaten van de Lindenbaangarage mogen slechts financieel
slecht genoemd worden. Dat is op zichzelf een relevante opmerking omdat
de bezetting van de Lindenbaangarage heel behoorlijk is en omdat je dus
hier moet vaststellen dat de lasten van die garage, in casu de huursom
veel te hoog is. Dat is natuurlijk een heel ander verhaal. Als je praat over
het gebruik van de Lindenbaangarage dan is dat zeer bevredigend, de tarieven
zijn misschien wat aan de lage kant, maar het probleem daar is de hoge
huurprijs, niet meer en niet minder. Ik denk dat dat een ander verhaal is
dan het verhaal dat de heer Van den Ouden vanavond heeft opgehangen.
Het verhaal van de heer Linssen, ik ken dat verhaal niet, maar daar zou ik
toch even bij stil willen staan. In het kader van de evaluatie van vorig
jaar hebben wij in commissie en in de raad moeten vaststellen dat nu welis
waar in percentages de kooporientatie van de omgeving hersteld was sin s
1986/1987, maar we hebben ook moeten vaststellen dat het gebied van er-
komst van die kooporientatie belangrijk verkleind is en dat we ons „a da
betreft in een buitengewoon kwetsbare situatie bevinden. Het is nog sl
de oriëntatie uit de Noordwest kant, Tholen, St. Philipsland, Halstere