-38- De heer JANSSEN: Dat vind ik wel grappig, hij weet precies wat ik ga zeggen. De PvdA maakt op dit moment al een aantal afwegingen, een aantal overwe gingen. Terecht dat je die mag hebben, maar mijn fraktie is van mening dat je die uiteindelijke overwegingen moet maken op het moment dat wij beide voorstellen voor ons hebben liggen. Mevrouw VERAART: Opmerkingen, geen overwegingen. De heer JANSSEN: Ze klonken mij in de oren als overwegingen die reeds bij de PvdA in haar boezem hebben geleefd of nog leven en dus in feite bezig zijn het voorstel 2 van harte te omarmen. Dan een opmerking in de richting van de BSD. Het aardige is nu dat ik dat nu mag doen. De heer Van der Kallen spreekt over de grote toegevoegde waarde, die ook de BSD vindt in het projekt. Maar vervolgens zegt hij, je moet' ook rekening houden met de verminderde waarde van Oost. Je moet ook denken aan de leefbaarheid van de wijk Oost. Voorzitter, bij, ik meen, agendapunt 10, vond de BSD het nodig om in de richting van GB/S de opmerking te maken, ach, gun die mensen nou een politieke profilering. Ik denk dat de woorden, die hij toen richtte in de richting van GB/S, nu van toepassing zijn op zijn partij Dan een opmerking over het kabinet en de uitspraken die we allen in de krant hebben kunnen lezen. De heer Van de Water zei het eigenlijk al in een reak- tie op Groen Links. Onze inschatting is dat het kabinet bedoeld heeft te zeggen, we moeten van West-Brabant niet een groot rekreatiegebied maken. Wij hier in Bergen op Zoom kiezen gezamenlijk, dat blijkt uit het masterplan, in deze regio voor een speerpunt en dat is Bergen op Zoom. Dan kun je toch niet in die orde van grootte denken als het kabinet spreekt over West-Brabant, alsof wij hier in Bergen op Zoom tot een grote toeristisch-rekreatieve uitstraling zouden gaan komen. De opmerking van Groen Links met betrekking tot de kleinschaligheid en de automobiliteit. Ook wanneer je kleinschaligheid nastreeft en tegelijkertijd Bergen op Zoom een toeristisch-rekreatief speerpunt wilt laten zijn, want dat wil Groen Links blijkbaar ook, dan is er dus mobiliteit en waarschijn lijk ook automobiliteit. Ik denk dat Groen Links wel degelijk weet dat er rekreatieve behoeften zijn, hier en/of elders, en dat dat zal leiden tot mobiliteit. Groen Links zal, en dat is ook mijn fraktie van mening, proberen cm die mobiliteit in banen te leiden, daar waar die zo weinig mogelijk schade doet aan het milieu. Maar mobiliteit is er. Voorzitter, dan het amendement als laatste. In eerste termijn is de VVD, denk ik, vrij duidelijk geweest. Wij willen snelheid in het geheel en wij denken dat met dit voorstel de snelheid in het geheel gehouden kan worden en wijzen dus het amendement van D66 en GB/S af. Mevrouw DEMMERS: Voorzitter, de wethouder vroeg zich in de beantwoording van de eerste termijn af of ik de stukken wel goed had gelezen. Gelukkig vlakte hij dat wat af, want ik denk dat ik een probleem heb dat ik ze zo goed gelezen heb. Daar zit ik nu dus mee, want daarom heb ik geen besluit. Ik heb al in mijn eerste termijn trachten aan te geven wat er aan de hand is. Mevrouw Veraart gaf al heel terecht aan in haar eerste termijn, dat het besluit, wat er nu ligt, in feite 6 maanden geleden ongeveer er ook al had kunnen liggen, omdat wij in mei 1992 een haalbaarheidsonderzoek hadden. En op basis van dat onderzoek had het besluit, wat er nu gelegen had, op dat moment, misschien met een paar maanden vertraging, op onze raadstafels ter besluitvorming gelegen. Dan was deze discussie in ieder geval wat overbodig geworden. Waar het mij om gaat, is dat wij een richtinggevende lokatiekeuze sport- en vrijetijdscentrum hier te beslissen hebben. Dat is nou ook precies hetgene -39- wat dit amendement wil doen. Ik bestrijd dan ook de wethouder, die zegt, er worden nu allerlei zaken door elkaar gehaald en dit leidt niet tot verdui delijking. Ik denk het tegendeel. Ik denk dat we geprobeerd hebben aan te geven, via punt 1, 2 en 3, wat overigens door de wethouder ondersteund werd, dat we, op het moment dat we van 3 helaas moeten konstateren dat dat niet kan, nog steeds als beleidslijn hebben staan dat de Binnenschelde een potentie heeft om uit te groeien naar een toeristisch-rekreatieve trek pleister en dat dat nog steeds de motorfunktie is, wat ook door de wethouder erkend wordt. En dat, omdat wij vinden dat dat een motorfunktie heeft naar andere ontwikkelingen, dus ook een plaats moet zijn, waar dan eventueel een kleinschaliger zwembad in eerste instantie in private onderneming onderzocht moet worden. Ook in de stukken van Gibros/Zeelenberg, die we bij de stukken hebben aangetroffen, staat die mogelijkheid aangegeven, waar ook zij een onderzoek naar gedaan hebben. Pas, als we helaas moeten konstateren dat dat geen van alle mogelijk is, dan moet je, vind ik, kijken naar de situatie van Gageldonk, omdat ik met allen van mening ben dat inderdaad een zwembad in Bergen op Zoom tot de basis voorzieningen behoort. En ik ook met alle voorgaande sprekers van mening ben dat zwembad Gageldonk op zich een prima zwembad is, op een heel goede lig ging. Alleen er is misschien een betere mogelijkheid. Laten we die betere mogelijkheid eerst goed onderzoeken en niet en passant, mevrouw Veraart haalde het aan met de schoenen, konstant je oude schoenen laten staan, ter wijl je eigenlijk weet dat je er misschien voor schut mee loopt. Want alleen goed lopen, hoeft niet altijd een criterium te zijn. Ik heb bewust punt 6 opgenomen, indien private exploitatie Gageldonk niet valt te realiseren, omdat we het nog steeds over een richtinggevende keuze hebben. Op het moment dat je richting geeft, moet je ook de richting af maken. Als ik het oorspronkelijke besluit zie staan, zoals het er lag, dan zit ik na 6 maanden hier weer te discussiëren met een discussie, die we ongeveer net als voorbode gehad hebben, of we 1 squashbaan of 3 tennisbanen willen hebben. Ik vind dat dat een discussie is die niet aan ons is, die is aan de private partners. Die maken de afweging en wij beslissen in hoeverre wij genegen zijn om bij te dragen aan de exploitatie van welke sportclusLcr waar dan ook. Ik vind het heel jammer dat het amendement niet de steun heeft van de par tijen, waarvan ik toch mocht denken in hun beantwoording dat *.e toch onge veer in diezelfde lijn dachten. Zeker gezien de commissiorale behandeling. Ik wil nog even een paar opmerkingen maken naar de verschillende partijen. De heer Van der Kallen zei, niet-Bergenaren. Het vervelende is dat, als we niets beslissen, we over een poosje helemaal niets meer kunnen doen, zowel niet voor de Bergenaren als voor de niet-Bergenaren. We zitten hier voor toekomstkeuzes. Toekomstkeuzes zijn mede belangrijk omdat dat een draagvlak moet vormen. Dat draagvlak is nodig om allerlei andere zaken in Bergen op Zoom te kunnen regelen. Ik denk dat we niet alleen maar naar dat zwembad moeten kijken, maar met name ook naar het economisch draagvlak, waarvan we inderdaad hopen dat het versterkt wordt. Dat is de uitspraak ook die we met zijn allen gedaan hebben, door of op de Binnenschelde of misschien op Gageldonk een goede trekpleister neer te zetten. Dan is het niet alleen voor de niet-Bergenaren, maar ook voor de Bergenaren een absolute noodzaak. Mevrouw Veraart zei heel mooi, hoelang is er nog een tekort in de regio. Nou mevrouw Veraart, als we zolang bezig zijn als we nu bezig zijn, dan zal het tekort inderdaad snel opgelost worden, want dan is er altijd wel iemand anders, die in het bekende gat springt. Daarom moeten we zo snel mogelijk keuzes maken en daarom wil ik ook heel graag vasthouden aan het amendement, zoals we dat ingediend hebben. Waarbij ik heel duidelijk wil stellen, dat de lijn, die wij aangegeven hebben, eerlijk gezegd gepikt is van het stadskan

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1993 | | pagina 63