-20-
overheid een royaal ontwikkelde achillespees heeft.
Wanneer we nu naar de situatie in zijn totaliteit kijken en te maken hebben
met de feitelijke omstandigheid dat de Rabobank zich met deze versie ge
accordeerd heeft, dat de direktie van het ABP hetzelfde gedaan heeft, dat ik
van u verwacht dat u eveneens tot deze stellingmane komt, dan zijn we
vrijwel toe aan een perfekte overeenkomst.
Van de zijde van het ABP zijn enkele wijzigingen van redaktionele aard
voorgesteld, waaromtrent ik u bij wijze van procedure zou willen voor
stellen dat u het college in de gelegenheid stelt die af te werken en de
perfekte overeenkomst de commissie economische zaken nog zal bereiken.
De heer STUART, wethouder: Voorzitter, ter completering. Er zijn in de com
missievergaderingen ook wijzigingen aangebracht van onze zijde, die evenzeer
nog moeten worden voorgelegd natuurlijk.
De VOORZITTER: Dat heb ik als zodanig bedoeld te zeggen, maar wellicht niet
erg duidelijk. Dan is dat bij dezen geredresseerd.
Rabo heeft tegen het concept akkoord gezegd en het ABP heeft gezegd, in
principe akkoord. U heeft voor 98% akkoord gezegd. Wel, het is nu de op
dracht van het college om tot een perfekte, een 100% sluitende overeenkomst
te komen, waarvan uwerzijds nog enkele vragen en wensen in de commissie
gedaan zijn en waarbij nog enkele redaktionele opmerkingen van het ABP
gekomen zijn.
Als we dat alles bij elkaar brengen en de raad zou willen besluiten het
college met de uitvoering te belasten, dan zou u, naar ik heel vurig wens,
op heel korte termijn, een perfekte door partijen geheel en al overeenge
komen overeenkomst bereiken. Die, naar mijn mening, dan niet meer het fiat
van de hele raad zou behoeven te hebben, maar door de commissie economische
zaken afgewerkt zou kunnen worden. Het woord is aan wethouder van der
Stoel.
De heer VAN DER STOEL, wethouder: Voorzitter, u hebt in feite het antwoord
aan de heer Muller gegeven, waar hij vroeg, komt er een 12e versie. Nee, er
komt geen 12e versie. Er komen kleine wijzigingen van meerdere zijden, die
krijgt u nog te zien en de principe-overeenstemming is bereikt.
De heer Aertssen komt toch nog eens terug op artikel 5.9. Hij zei, is er
hier niet een volstrekt logische zaak? Dat ben ik op zich met hem eens.
Daarom zeg ik, laten staan. Daarom zegt de heer Aertssen, zou het er niet
uit moeten?
Bij elke overeenkomst die je sluit, zal wellicht een beoordelaar zeggen,
staat daar niet iets heel logisch. Doch als mensen een overeenkomst sluiten,
willen ze die zaken toch duidelijk vermeld zien. U moet ook even niet
vergeten dat partners ook te maken hebben met een 29-hoofdige direktie van
onze kant. Het lijkt mij volstrekt logisch, ik heb er echt geen enkele
moeite mee, en dat hoop ik te hebben duidelijk gemaakt meerdere keren, dat
men zegt, ik wil heel goed zien dat het u ernst is om binnen die grond
exploitatie de zaken rond te krijgen, u daarvoor in te spannen dat dat rond
komt en dat u niet te gauw zegt -om het maar zo uit te drukken- we staan met
onze handen in de lucht, het valt even tegen, nu kan het niet meer.
Als hij zegt, in principe moeten tegenvallers binnen die exploitatie worden
opgevangen, heeft hij het grootste gelijk van de wereld.
Ik denk, voorzitter, dat mij niets meer rest aan het geven van antwoorden.
Ik zou de raad voor willen stellen het besluit te accepteren.
De VOORZITTER: Dames en heren, ik stel u voor om overeenkomstig dit voorstel
-21-
te besluiten, het college op te dragen de nadere uitwerking ter hand te
nemen en daarvan in de commissie economische zaken verslag uit te brengen.
U kunt zich daarmee verenigen, inclusief de procedure? Dan is overeenkomstig
besloten.
12. Diverse onderwijsaangeleqenheden.
Nr. WE/7.
13. Voorstel tot het wijzigen van de "Afvloeiingsregeling basisonderwijs 1991"
(le wijziging)
Nr. BD-Poi/9.
Zonder beraadslagingen en zonder hoofdelijke stemming worden de agendapunten
12 en 13 aangenomen.
14. Richtinggevende lokatiekeuze sport- en vrijetijdscentrum.
Nr. WE/5.
De heer A. FRANKEN: Voorzitter, in oktober 1992 heeft de gemeenteraad het
gewijzigde bestemmingsplan Bergen op Zoom Zuid-West vastgesteld. Hierin
staat o.a. dat het derde plandeel Kijk-in-de-Pot/Geertruidapolder een toe-
ristisch-rekreatieve voorziening krijgt, waarin in uitwerkingsplannen nadere
inhoud zal worden gegeven. Met deze bestemming was en is de CDA-fraktie het
unaniem eens.
Het sportcluster, conform het voorstel Grontmij/Oranjewoud, leent zich niet
voor de lokatie Gageldonk, omdat voor scenario 1 en 2 daar de ruimte ont
breekt en scenario 3 nauwelijks inpasbaar is.
Als we deze sportcluster met themapark zien als de invulling van de toe-
ristisch-rekreatieve voorziening en als het geheel in financiële zin qua
investering en exploitatie haalbaar is, eerstdan is de lokatie aan de
Binnenschelde de juiste keuze. De CDA-fraktie is het daar ook over eens.
Voorzitter, als we aan de Binnenschelde toeristisch-rekreatieve voorzie
ningen willen, en dat willen we toch, dan moeten deze van een bijzondere
kwaliteit zijn en wel zodanig dat het mensen aantrekt. Dit is een harde eis
die we onszelf moeten stellen. Want dit bepaalt de situatie aan de Binnen
schelde voor jaren. Hier ligt een unieke lokatie, die we slechts één keer
kunnen uitgeven. Een miskleun kunnen we ons beslist niet veroorloven.
Missen we niet een fundamentele discussie over de samenhang en de kwaliteit
van de toeristisch-rekreatieve voorzieningen?
Hebben we niet afgesproken dat uitwerkingsplannen nader inhoud zouden worden
gegeven aan het globale bestemmingsplan?
Of is het zo, dat de sportcluster met themapark dan de oplossing is zonder
dat er alternatieven zijn?
Voorzitter, een onderzoek naar de vraag, of het particulier initiatief het
clusterprojekt kan realiseren onder de gestelde randvoorwaarden, mag van
onze fraktie gebeuren. Elk particulier initiatief in onze stad is welkom en
verdient in principe onze steun. Maar ik herhaal echter wat ik zoeven heb
gezegd dat we deze unieke lokatie slechts één keer kunnen uitgeven en dat we
ons geen miskleun kunnen veroorloven.
Het is daarom dat bij de besluitvorming na onderzoek de CDA-fraktie uit
drukkelijk zal meewegen in hoeverre het geheel op een gezonde financiële
basis is gestoeld, alsmede heel goed onderbouwd wil zien dat er sprake zal
zijn van een echt goede rekreatieve accommodatie, die wezenlijk toeristen
trekt
Voorzitter, ik kom dan tot het zwembad Gageldonk.
Het gevolg van de eventuele realisering van de sportcluster aan de Binnen
schelde is de sluiting van het zwembad Gageldonk. Dit zwembad is geen wijk-
voorziening, al blijkt uit de cijfers wel dat 60% van de bezoekers uit de