- 26 -
terwijl we de andere elementen niet aanpassen. Het zou kunnen zijn dat we dade
lijk met reparatie de AMV weer naar 4 jaar terug moeten brengen enz. en dat
we burgers op hogere kosten jagen.
De heer JANSSEN: Heeft het CDA dan, op het moment dat zij enkele jaren geleden
besloten hebben om de consulent aan te stellen, gedacht dat in alle eeuwigheid
van toepassing zou moeten blijven of dat er ook een streep achter gezet moet
worden. Het onderwijs is toch en dat moet u weten, behoorlijk zelfredzaam als
het gaat om een aantal zaken, zeker als ze daar enige tijd begeleiding bij
gehad hebben.
De heer WITHAGEN: De CDA-fractié heeft in de commissie uitdrukkelijk gezegd
wat wij erover dachten. Wij denken dat er op termijn best een verandering in
de positie van het muziekonderwijs in deze stad zou kunnen plaatsvinden. Als
wij actuele ontwikkelingen volgen zit er hier en daar best een wat scheve ver
houding in het cultuurpakkèt. Wat dat betreft willen wij niet star vasthouden
tot in eeuwigheid, zoals de heer Janssen zei, aan een bepaald subsidiebeleid,
maar dan moet het wel bekeken worden in zijn totaliteit en niet vanuit één
facet.
De heer VAN DER KALLEN: Ik wilde er ook op reageren. Ik onderschrijf dat ele
ment van het betoog van de heer Bolsius waarin hij stelt dat El Feth er met de
haren bij wordt gesleept. Voor de rest onderschrijf ik volledig, maar dan ook
volledig, het betoog van de heer Withagen. Ik wil één reactie ook nog geven,
mogelijk is het een verspreking, maar de heer Jsnssen sprak over het aanschaffen
van een muziekconsulent, die wordt aangesteld. We praten over mensen en die
schaf fein we toch echt niet aan. Dat geeft wel een element in de discussie aan
waarbij ik denk dat er lichtvaardig over mensen wordt gesproken.
De heer DEKKERS, wethouder: Kennelijk heeft de beantwoording in eerste termijn
het een en ander losgemaakt. Ik vind, .dat wil ik toch gezegd hebben, dat wanneer
de raad van mening is, althans enkele sprekers, dat ik El Feth er met de haren
heb bijgesleept en de wijze waarop sommige raadsleden daarop reageren, dat ik^
daar weinig waardering voor heb. Ik heb El Feth genoemd om aan te geven dat dit
een nieuwe school is zoals De Kreek een nieuwe school is, zoals Lodeijke; een
nieuwe school is, waar nieuwe groepen starten, kinderen die van elders komen
en veelal met leerkrachten in aanraking komen die het hele programma
De heer JANSSEN: Ikxmaak 'hierv-bezwaar tegen, heeft in uw eerste termijn gezegd
muziek verbroedert.U heeft daar duidelijk bedoeld naar de signatuur te kijken
van El Feth.
De heer DEKKERSj wethouder: Ik kom daar nog op terug, mijnheer Janssen.
Wacht u rustig even af. u k
Dat heb ik willen aangeven. Het was wellicht voor de duidelijkheid beter Se"
weest dat ik die andere in opbouw zijnde scholen ook maar had genoemd. Welnu,
dat heb ik dan bij deze gecorrigeerd als-ik in eerste termijn onvolledig ben ge
weest. Als ik aangeef dat muziek verbroedert, dan heb ik niet bedoeld dat de-
leerkracht een goede relatie opbouwt, de leerkracht in dit geval als ik de
heer Bolsius goed begrepen heb, in de vorm van de muziekconsulent, want de mu
ziekconsulent geeft geen les aan leerlingen, maar de muziekconsulent begeleidt
de leerkrachten en iedereen van ons weet dat je via de muziek tot goed samen
spel in de samenleving kunt komen. Wij hopen daar vruchten van de plukken.
Wij hebben er nadrukkelijk bij aangestipt dat, hoewel nog minimaalook lee
lingen van niet-Nederlandse afkomst thans dé weg naar de muziekschool hebbe
gevonden en deelnemen aan AMV en instrumentaal onderwijs. Ais dat de vruchten
fijn van het instandhouden van een AMBV-consulent, als dat mede de vruchten
ziin dan denk ik dat daar waardevolle elementen in zitten waar we waarde aan
toe moeten kennen en dan heb ik geen waardering voor de wijze waarop men mij
- 27 -
in de mond tracht te leggen over het feit dat ik een school in ontwikkeling
mede heb genoemd in dit kader.
De heer BOLSIUS: Het gebrek aan waardering is wederzijds. Ik heb geen enkele
waardering voor het feit dat de heer Dekkers met zo'n voorbeeld van.een school
komt waarbij wij uitdrukkelijk hebben gesteld in de betogen en met name de
heer Janssen is daar uitvoerig op ingegaan, dat het toeleiden tot de muziek
school niet per definitie behoeft via het voorwaardenscheppen van die muzieke
consulent. Dat behoort tot de taak van de school. Daarbij is het noemen van
geen enkele school veel beter, maar dat heeft u inmiddels gecorrigeerd.
De heer DEKKERS, wethouder: Ik heb aangegeven waarom wij de consulent muzikale
vorming in Bergen op Zoom hebben ingevoerd. Als er dan gezegd wordt wij laten
het op sportgebied ook afweten dan heb ik de heer Janssen gezegd dat de gemeente
raad van Bergen op Zoom tot nu toe het nog steeds tot zijn taak rekent om een
derde van de schoolleerlingen van de basisscholen aan zwemonderwijs te laten
deelnemen wat de gemeente ook bekostigd en wat dat betreft is de relatie Alge
mene Muzikale Basisvorming en activiteiten op sportgebied derhalve ook onjuist.
Ik neem er kennis van dat kennelijk twee fracties tegen dit voorstel zijn,
waarvan akte. Ik hoop dat de raad niettemin in de toekomst ook naar het belang
van de kinderen wil kijken.
De heer BOLSIUS: Voor die laatste opmerking heeft mijn fractie dus ook geen
enkele waardering.
DeiVAN DE WATER: Met die laatste opmerking hebben wij toch ook wel moeite.
De VOORZITTER* Dan, dames en heren, lijkt me dat we de discussie op dit moment
kunnen afsluiten. Het stuk zal verder, denk ik door u als kennisgeving worden
aangenomen. We ontkomen er niet aan om daar bij de behandeling van de begroting
nog over te spreken.
t_
De heer WITHAGEN*Ik wil kort zijn. Namens mijn fractie deel ik mede dat wij
dit punt voor kennisgeving aannemen zoals het hier vermeld staat maar ons
de vriiheid voorbehouden om, wanneer wij m deze raad over met al te lange
tijd hoop ik de sociaal culturele situatie in deze stad bespreken, terug
te komen op de positionering van het cultureel centrum De Botte Hommel.
De heer BOLSIUS* In de afgelopen jaren heeft de fractie van D'66 regelmatig
grote vraagtekens gezet bij het functioneren van de Botte Hommel. Dan nu ineens
voor het ifar 1993 een plan van aanpak. Een plan van aanpak wat er notabene
nog structureel uitziet ook. Het is wel wat laat, maar wij zijn van mening
dat inieder geval het jaar 1993 gerekend mag worden tot het jaar van de twijfel
in hèt'-beoohdèien van de Botte Hommel. Juist door dit plan van .aanpak, ondanks
het feit dat het plan onvoldoende gekwantificeerd want 25 jongerenxtee-
net leit dat nee pi t Ran op anerlei wijzen, variërend van een ex
cursie tot het behalen van een diploma, maar wij nemen aan dat dit het begin
cursie tot he kwantificering. De begroting die eraan ten grondslag
is van een wa vraagtekens hebben, omdat bij een
ligt waar wij vwr fJO.000, exploitatielasteri dalen ten op-
toename van de en de begroting is wat te optimistisch voor-
zichte van de voorgaande jaren.stelt miJn
gesteld of we z J met uat meer waardering naar datgene wat men daar van
fractie vast d J ligt tenminste een visie aan ten grondslag,
plan is m 1993 mogen kijken, wmen vragen iSj zoals de heer
Wat wij wel ui ru totaal bekijken van dev sociaal culturele activi-
Withagen al wees naar het to _n de eepste plaats over de 3/4 Jaar
teiten, er z® ®r komt en we kijken hoe die cijfers gehaald zijn, ook
van 1993 een evaluatie komt e tellen dat het zelf nog aanleiding geeft
begrotingstechnisch. Ik kan m tsrapportage indirect en dan als bijliggende
tot het verwerken in t afrekening van een subsidie betreft die
informatie omdat het tenslotte een aixcr.^ 6