mtÊsM -40- De heer VAN DER KALLEN: Ik hoop dat u gelijk krijgt. De heer M. FRANKEN: Voorzitter, de wethouder zei dat er afwijkingen waren van maar een paar procent. Als dat ook zou gelden voor de gemeentebegroting, dan is elke procent 2.000.000,Als we dan kijken naar wat we vaak te kort komen om de begroting sluitend te maken, dan denk ik dat 1% vaak al een fors bedrag kan zijn. Ik vind het een beetje bagatelliseren als je dan zegt, jongens het is maar een paar procent. Ik vind, al is het maar 1% dan is dat 1% teveel, want het is toch een behoorlijk bedrag. De wethouder zegt ook, we hebben nu nog een goedkoop tarief, want als we in 1997 overgaan tot vuilverbranding, dan zullen de tarieven aanzienlijk stijgen. Ik betwijfel data.omreden dat er in diezelfde evaluatienota staat dat in 1997 het storten 180,kost en het verbranden 200,dat scheelt maar een paar tientjes. b. Als de verdeling GFT en het te verbranden afval verandert, dan praten we natuurljk alleen maar over de partitie, die gestort moet worden en niet verbrand moet worden, want GFT kunnen we composteren en we kunnen er een goed handeltje mee drijven. Althans als het inderdaad door kontrakten afgezet wordt. De meerkosten. Als we het hebben over de meerkosten, dan vind ik dat de wethouder in eerste termijn toch een beetje het probleem bagatelliseert, want als maar 34% kiest voor de duo-bak en die 34% levert op dat het ge scheiden afval terugloopt naar 60% van de oude capaciteit dan is zo'n duo- bak de bottle-neck, dat die eigenlijk twee keer zoveel tijd vergt dan nor maal. Want we praten maar over 34% die gebruik maakt van de duo-bak en dat kleine gedeelte, dat een derde deel veroorzaakt de terugloop in inhaal- capaciteit van maar liefst 40%. Dan moeten we ons nuchtere verstand gebruiken en zeggen, waar zijn we tot nu toe met de duo-bakken mee bezig geweest. Is dat per se noodzakelijk. U haalt dan een voorbeeld aan van de binnenstad. Daar kunnen we natuurlijk alles achter stoppen. We hebben buiten de binnenstad natuurlijk ontzettend veel andere aansluitingen, waar wel de mogelijkheid is om met 2 bakken te werken. Dus zou je ook kunnen zeggen, dat twee-compartimentenvoertuig hebben we, die houden we dan inderdaad voor de binnenstad, want daar zitten we misschien ruimtelijk vast aan wat kleinere eenheden. Maar in de wijken buiten het centrum is wel plaats voor 2 bakken, dus kunnen we daar op de ouderwetse manier inzamelen en hebben we daar met dat ruimteprobleem geen bemoeienis. Dat betekent dat je op dat moment de capaciteit en dus het ren dement aanzienlijk kan verhogen. Voorzitter ik wil dus toch vragen of er inderdaad niet eens creatief naar gekeken kan worden dat de huidige wagens, die geschikt zijn voor duo-bakken, alleen maar ingezet worden op de plaatsen waar het echt nodig is en dat we in de woonwijken, waar we wel degelijk met 2 bakken kunnen werken, op de ouderwetse manier kunnen inzamelen. Ik denk dat we dan zelfs op een paar procent ons voordeel kunnen halen. En een paar procent van een groot bedrag is toch een aanzienlijk bedrag. De heer VAN DEN KIEBOOM: Voorzitter ik heb waardering en begrip voor het enthousiasme van het college om na een toch betrekkelijk korte periode met deze notitie te komen. Aan de andere kant, de heer Van Es heeft het al aangegeven, schuilt er blijkbaar toch een gevaar in dat de cijfers, die op dit moment toch niet echt hard te noemen zijn, een eigen leven gaan leiden en dat daaruit negatieve conclusies worden getrokken. Ik heb net gezegd, laten we nu op basis van een langere periode en meer harde cijfers conclusies trekken. Ik hoop dat de gemeenteraad toch in ieder geval achter de ingeslagen weg en het gekozen systeem blijft staan en daar-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1993 | | pagina 204