-37- misschien wel tot die opvatting moeten komen. Ik denk dat daar op dit moment nog zeker geen sprake van is, want de gemeenten hebben daarin een wettelijke taak. Men is verplicht om dat op te halen. Men zou het kunnen uitbesteden, dat is mogelijk. Maar de reinigingsdienst doet natuurlijk niet alleen dit werk. Er zijn nog meerdere aktiviteiten, waar natuurlijk ook personeel mee gemoeid is. De heer SMITS: Voorzitter, het is weer hetzelfde verhaal wat we vroeger bij het woningbedrijf ook gebruikten. Toen hadden we het ook over het personeel, toen hadden we het ook over de regelgeving en over het zelf uitvoeren. Het zijn dezelfde argumenten die u noemt. De heer BAKX, wethouder: Ik denk dat we hier wel een stapje verder zijn, omdat we met het streekgewest en met de gemeente Roosendaal natuurlijk wel bepaalde vormen van samenwerking op dit terrein op de lange duur willen gaan zoeken, om te kijken of er nog verdere benutting kan plaatsvinden. Dan zegt u verder dat er voor het GFT-afval een bepaalde weg is uitgezet. Daar zal niemand op zich problemen mee hebben. Maar het gaat erom, hoe en in welke mate de burger daar conclusies uittrekt met name naar de tariefstel ling toe. Ik kan niet anders herhalen dan te stellen van, al zouden we dit niet hebben ingevoerd, dan zouden we toch nog de komende jaren voor enorme tariefver hogingen komen te staan. Dan de tarieven met betrekking tot de 2 andere gemeenten. Ook daar heb ik een overzicht van laten maken. Daaruit blijkt dat we zeer zeker met de kosten uitkomen, omdat daar op dit moment nog volgens de oude methode wordt ingezameld. Daar gaan we pas in de loop van '94 doorgroeien. Dat laat het kontrakt ook toe. De ervaring, die we dan in Bergen op Zoom hebben opgedaan, betekent dat er daar ook aanpassingen kunnen plaatsvinden. De heer SMITS: Wethouder, u zegt nu dat dat straks 100% gecompenseerd wordt door Wouw en Halsteren? De heer BAKX, wethouder: Nee, ik zeg nogmaals, we hebben ervaring in Bergen op Zoom opgedaan. Of die na 5.000 aansluitingen, na deze korte tijd van in voering, of die allesomvattend zijn in die zin dat wij daar in de toekomst struktureel rekening mee moeten houden, daar kan ik nog geen exacte uitslag over geven. Daarvoor is het nog te kort, maar ik heb al wel de indicatie willen afgeven. In de nabuurgemeenten, heb ik nadrukkelijk gezegd, hebben we op dit moment het oude systeem, daar komen we niets tekort aan. Maar de ervaringen, die we in Bergen op Zoom hebben opgedaan en als die blijvend zijn, zouden we daar zeer zeker in mee kunnen nemen. De heer SMITS: U geeft dus geen garantie. De VOORZITTER: Mijnheer Smits, u krijgt nog een tweede termijn. De heer BAKX, wethouder: Voorzitter, alles overziende denk ik dat ik alle sprekers ben afgegaan. Is dat niet zo, dan hoor ik dat wel in tweede termijn. De VOORZITTER: De tweede termijn is aan de orde. De heer Van der Kallen heeft het woord. De heer VAN DER KALLEN: Voorzitter, mijn uiteindelijke conclusie in eerste termijn is door de bijdrage van de wethouder, hoe enthousiast en vol vuur ook gebracht,, niet veranderd. Ik constateer nog altijd, als het over GFT

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1993 | | pagina 201