-25- duidelijk tegen de inkomensafhankelijke ouderbijdragen. Wij wensen als fraktie duidelijk geen verantwoordelijkheid te dragen voor het echec van deze inkomensafhankelijke bijdragen. U stelt dat het college de bedoelde buffer van f 15.000, als garantie subsidie juist koppelt aan deze inkomensafhankelijke bijdragen. Het lijkt onze fraktie juist zinvol om het gewenste personeelsbestel daarmee in even wicht te brengen. De bezwaren tegen punt II in het besluit en tegen punt IV zorgen ervoor dat wij tegen dit voorstel zijn. De heer VAK DER KALLEN: Voorzitter, ik vind het jammer dat mevrouw Veraart het woord niet meer vraagt, want ik had juist van de PvdA enige ondersteu ning verwacht, als het gaat om voor de werkende op te komen. Maar mevrouw Veraart maakt zeker al deel uit van de nieuwe... Mevrouw VERAART: Nee, ik heb al uitgelegd hoe ik dat zie, wat u zegt, vervanging van betaalde arbeid door onbetaalde arbeid. Ik zie het meer als een vervanging van slecht betaald werk door CAO betaald werk en dat heb ik in eerste termijn al gezegd, dus waarom zou ik dat in tweede termijn herhalen. De heer VAN DER KALLEN: Dat hebt u inderdaad zo gezegd. Ik zie dat duidelijk anders, maar ik had gehoopt dat u zou reageren toen de heer Dekkers het erover had dat de centrale organisatie nog geboren moest worden. Want ik had gedacht, ia, die moet zeker nog geboren worden. De heer Dekkers is, zeker gezien zijn achtergrond, voor een goede levensvatbare vrucht. Dat ben ik ook heel nadrukkelijk. Ik hou helemaal niet van vruchtafdrijving, dat mag ook duidelijk zijn. Ik vind dat je die levensvatbare vrucht ook de financiële middelen moet geven. Ik constateer dat dat niet gebeurt. De heer Dekkers kan dan wel zeggen, partijen zijn akkoord met 1 leidster per 16 peuters, maar vraag mij niet hoe. Dat is een onderhandelingsresultaat, waarbij je aan de ene kant een heel sterke onderhandelingspartner hebt met in wezen een dikke portemonnee, althans men hoopt dat die dik is, dat heeft men nodig, en aan de andere kant heb je onderhandelingspartijen, die vol strekt afhankelijk zijn van de partij waarmee ze onderhandelen. Dus op zc'n onderhandelingsresultaat moet je dan niet echt trots zijn, want je bent de sterkste onderhandelingspartner. Het getuigt van karakter als je die kracht slechts gebruikt om tot een goed resultaat te komen en niet dat je die kracht gebruikt om tot een resultaat te komen wat je aanstaat, want dan verlies je de doelstellingen, waarvoor je staat, uit het oog. Kenmerkend voor het uit het oog verliezen van doelstellingen vind ik de korting op het SKW. Ik zal de laatste zijn die tegen korten van het SKW is. Ik vind dat het SKW een aantal taken zou moeten veranderen, ik vind dat het SKW voor een deel een overleving is, een relikwie uit een ander tijdperk. Maar korten zonder te zeggen wat je minder wilt, dat is eigenlijk hetzelfde als een portemonnee geven en niet geïnteresseerd zijn in de uitkomsten. Als je zegt, ik kort 87.000, dan zeg je ook precies wat er gekort moet worden. Welke taken er bij het SKW geschrapt moeten worden. Maar nee, dat gebeurt niet. Er wordt puur naar de financiën gekeken en er wordt 87.000, bij het SKW weggestreept. Het zal klaarblijkelijk het college worst wezen, hoe het SKW dat invult. Dan zeg ik, college, heeft het nog wel inhoud wat het SKW doet? Want dat is de eerste vraag die je moet beantwoorden. Niet zomaar wegstrepen van geld. Kijken naar taken en dan de portemonnee ter beschikking stellen. Dan zeg ik, het is de gemeente klaarblijkelijk alleen maar om de portemonnee begonnen en niet echt begonnen om de uitkomsten voor onze Bergse samenleving. Daarin ben ik ten diepste teleurgesteld indit college en ook met name in de wijze waarop het college de onderhandelingen

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1993 | | pagina 189