-10- De heer DEKKERS, wethouder: In de tekst staat heel nadrukkelijk dat de positie van een brede evenementenzaal volgens de CDA-fraktie van essentieel belang is voor de gemeente Bergen op Zoom, als sluitstuk in het rijtje van voorzieningen en in relatie tot een aantal andere ontwikkelingen binnen Bergen op Zoom, die in ieder geval de mogelijkheid in zich houden, dat je sturend kan optreden bij het al of niet laten plaatsvinden van evenementen in Bergen op Zoom. En dat de realiteit vrij snel zal leren dat de gepri vatiseerde Stoelemat zich al snel zal beperken tot het meenemen van die aktiviteiten, waarvan de baten aantrekkelijk zijn. Voorzitter, dat is geen onbekend verschijnsel, want regelmatig bereiken ons toch vragen van verenigingen of anderszins, die zeggen van ja, we komen toch een beetje in de knel waar we thans zitten, want daar dienen zich kennelijk zaken aan die beter passen bij de exploitatie van een bepaalde voorziening. Wij komen toch bij u eens aankloppen of wij met wat meer zekerheid ten aanzien van het struktureel kunnen gebruiken van een bepaalde accommodatie aandacht zouden kunnen De heer VAN KEMENADE: Voorzitter, wat de heer Dekkers nu zegt, betekent dat dan, als verenigingen of wat dies meer zij in de knel komen, dat altijd de gemeenschap dat dan maar moet invullen, want zo zegt hij het in feite. De heer DEKKERS, wethouder: Ik heb het woord altijd niet gebruikt. Ik denk ook niet, mijnheer Van Kemenade, dat het altijd het geval zal zijn. Ik waarschuw er voor dat ook in het verleden, ook ten aanzien van andere accommodaties die de gemeente op enig moment heeft gemeend in stand te moeten gaan houden, een gevolg is van het feit dat er bij privé-exploitanten geen behoefte meer bestond om nog langer huisvesting te bieden aan zaken die nauwelijks rendabel waren. Ik denk dat je in de totaalafweging moet betrekken óf met het privatiseren van de Stoelemat er een kans bestaat dat in het sociaal-maatschappelijk funktioneren van de Bergen op Zoomse gemeen schap zo'n dergelijke situatie kan gaan ontstaan. Dat geef ik aan in antwoord tot de constatering die de CDA-fraktie heeft gedaan. Ik denk dat het terecht is om daarvoor de aandacht te vragen. Overigens heb ik ook in de commissie -maar dat blijkt ook uit de stukken- aangegeven dat weliswaar cijfermatig blijkt dat er sprake is van een grotere last bij variant 1, laten we het zo maar noemen de Stoelemat, dan de variant 't Swaentje, maar dat daar ook duidelijk in het stuk de redenen voor zijn aangegeven, namelijk de kwestie dat er een aantal voorzieningen getroffen moeten worden om deze evenementenzaal als evenementenzaal te kunnen gebruiken, zeker als daar muziek in ten gehore wordt gebracht. Dat is iets waar wij mee geconfronteerd worden, gezien de nieuwe wetgeving, dat zich wel laat vertalen in kapitaalslasten. Vervolgens hebt u kunnen lezen uit de stukken dat na ruim 20 jaar ook enig onderhoud zeer noodzakelijk is. Dan naar de overige sprekers. Voorzitter, ik betreur het dat de heer Van de Water eerst vanavond komt met de mededeling dat wat de werkgroep heeft gepresenteerd onduidelijk, onvolledig enz. is. Voorzitter, wij hebben dit stuk, denk ik, ruim voor de behandeling in de commissies aan iedereen van de raad toegestuurd. Er is een openbare bijeen komst geweest voor alle belangstellenden in deze zaal, om kennis te kunnen nemen van hetgeen voor ogen stond. Daar is marginaal gebruik van gemaakt. In de commissie welzijnszaken, noch in de commissie financiën is gevraagd van, wethouder, wat stopt u er nou precies in, wat gaat er precies plaatsvinden? Aangenomen mocht derhalve worden dat met de omschrijving zoveel mogelijk van de aktiviteiten, die thans in 't Swaentje zitten exclusief het peuter- speelzaalwerk, de scouting en een daar gehuisveste postduivenvereniging,

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1993 | | pagina 174