karakter aan geven, dat dan de begroting enorm zal gaan uitzetten. Voorzitter, terugkomend dus op een belangrijke reden van het onderzoek, dat financiële lastenverhaal, is het voor onze fraktie o.a. een reden geweest om te kiezen voor privatisering, want dan zijn de lasten het minst. Ook los daarvan, maar dat zal niet vreemd zijn uit de mond van een VVD-eris pri vatisering natuurlijk bij ons natuurlijk een welkom gedachtengoed. Als er vervolgens in het stuk wordt gezegd dat wanneer je gaat privatiseren je een en ander uit handen geeft, dan is dat natuurlijk juist. Maar of je daarmee als gemeente, als gemeenschap op een fout paard wedt, dat wensen wij te betwijfelen. De gedachte, als zou een particulier met de Stoelemat concurrerend kunnen zijn voor bijvoorbeeld De Maagd, delen wij niet. Wij denken dat op termijn hier zelfs van een aanvulling sprake zou kunnen zijn. Voorzitter, dat is nou ook de reden waarom wij zonder voorbehoud kiezen voor privatisering. Op volgend, voorzitter, toch een opmerking over 't Swaentje, die wij gemaakt hebben in de commissie welzijn. Daar is gesproken over een mogelijke uitbreiding met een grote zaal. Wij hebben daar onze vraagtekens bij gezet en die wil ik in deze raad eens herhalen. Dat geldt tevens voor de gedachte, die in de commissie financiën is ontwikkeld door de wethouder, die zegt, laat ons eens kijken of Ons Bergen niet een goede vervanger of aanvulling zou kunnen zijn voor datgene wat 't Swaentje nu biedt. Ook daar zou mis schien gedacht kunnen worden over een uitbreiding met een grote zaal, ook daar zal de VVD-fraktie zeer nauwkeurig naar kijken en op voorhand daar reeds de nodige vragen bij hebben. De heer BOLSIUS: Voorzitter, in opdracht van een meerderheid van deze raad heeft een werkgroep alles op een rijtje gezet met betrekking tot de evene mentenzaal de Stoelemat. Daarmee is nog een hoop meer informatie beschikbaar gekomen, die de fraktie van D66 gestaafd heeft in haar reeds jarenlang gehouden standpunt, dat wij voor privatisering van de Stoelemat zijn. Eerst en vooral omdat wij vinden dat een evenementenzaal geen gemeentelijke taak is. Aktiviteiten, zoals van de Stichting Vastenavend, zijn onder normale bedrijfsvoering winstgevend. Het aantal cafés in onze stad in relatie tot het aantal inwoners is daar een duidelijk voorbeeld van. De gevolgen van de begroting blijven bij een keuze voor privatisering duidelijk beperkt en het blijft beperkt tot een eenmalig wegpoetsen van het verschil tussen boekwaarde en verkoopprijs. Een boekwaarde, die bovendien in het verleden naar ons oordeel kunstmatig te hoog is gehouden, omdat kosten op langere termijn zijn genomen, waar ze eigenlijk al eerder tot een belasting van de begroting hadden moeten leiden. Geen hoge jaarlasten als gevolg van een investering in de Stoelemat spreekt onze fraktie, bij de wijze waarop we over financiën in deze gemeente moeten denken, bijzonder aan. Het vraagstuk van de sociaal-culturele accommodaties is hierbij niet aan de orde. Want het college heeft al enige tijd in, op of onder de boezem, in ieder geval ergens een concept sociaal-culturele accommodatienota. En wij hopen dat de discussie daarover, met name ook het vraagstuk van, waar laten we welke aktiviteiten plaatsvinden, zodanig helder zal uiteenzetten dat daar dan besluiten over genomen kunnen worden. Voor ons staat op basis van de informatie, en dat was ook de opdracht van de werkgroep, vast dat die Stoelemat kan worden afgestoten, geprivatiseerd. De presentatie van de nota sociaal-culturele accommodaties zien wij met belangstelling tegemoet. Wij willen dan ook graag, omdat wij het concept destijds gelezen hebben, dat wellicht, nu men nog steeds aan het maken is, daarbij betrokken worden ook een aantal andere gebouwen in onze stad die tussen nu en 3 jaar vrijkomen. Omdat ook daarin zich wat zalenmogelijkheden zullen kunnen voordoen, die wellicht leiden tot een goede en goedkopere op-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1993 | | pagina 172