- 52 - De VOORZITTER: Andere leden van de raad die een stemverklaring willen afleggen Dat is niet het geval, dan kunnen wij tot stemming overgaan. Ik verzoek u door het uitspreken van voor of tegen aan te geven of u het met het amendement eens bent. Voor het voorstel stemmen:Mevrouw Schijven, de heer Bolsius, mevrouw Demmers, mevrouw Noorman, de heren Van den Kieboom, Aertssen, Hagenaars, mevrouw Veraart, de heren Van den Ouden en Van der Kallen. Tegenhet voorstel stemmen: Mevrouw Van Dort, de heren A.J. Franken, Withagen, M.J.M. Franken, Stuart, Bakx, Dekkers, Van der Stoel, Smits, Van Kemenade, Janssen, Linssen, Van Opdorp, Van Es, Van de Water, Jouvenaz, Muller en P.M.L. Franken. Voor het amendement hebben gestemd 10 leden van uw raad, daartegen 18 zodat het is verworpen. Wenst u over de regeling zelf verder nog te spreken. Dat is niet het geval, dai is-.aldus besloten. 27Voorstel tot aanpassingen in het collectief vervoer. (Nr. SOB/35 De heer AERTSSEN: De voorstellen van het college zijn vooral een gevolg van de bezuinigingen door het rijk. Als we zien hoe deze bezuinigingen zijn doorvertaald naar de Bergse situatie, dan valt de pijn nog niet tegen. Maar pijn is er en ik heb in de commissie gezegd dat de locale overheid zorg moet blijven hebben voor degenen die niet in staat zijn zichzelf te ver plaatsen of bijv. niet in staat zijn gebruik te maken van de deeltaxi. Zorg heeft de Partij van de Arbeid in ieder geval voor het concrete geval Lievensberg. Wij willen dat het ziekenhuis 's avonds met de stadsbus be reikbaar blijft. De wethouder heeft toegezegd in ieder geval bij de uit werking van de dienstregeling hiermee rekening te houden en wij vragen hem dan ook over de concrete resultaten verslag te doen in de commissie Ruimte lijke Ordening. Ik hebhet al gezegd, openbaar vervoer moet een zorg zijn voor de locale over heid en is tegelijk ook een zorgenkind. Die zorgen zullen de komende jaren alleen maar groter worden. Aan de ene kant is er het belang van een verdere verbetering vanhet openbaar vervoerssyteem, aan de andere kant worden de rijksmiddelen steeds schaarser. De gemeenteraad zal dan ook een keuze moe ten maken en eigenlijk had dat al moeten gebeuren, tussen een aantal sce nario's, zoals bijv. gemeentelijke bijdrage gelijk houden, gevolg wellicht een teruglopen van de service. Een grotere locale bijdrage aanhet openbaar vervoer, gevolg op peil houden of zelfs verbeteren vanhet systeem. Een ander scenario zou ook kunnen zijn het gebruik van het openbaar vervoer verhogen zonder meer, hetgeen een neutrale of betere exploitatie tot ge volg zou kunnen hebben. Dit vereist denk ik een politieke afweging en discussie. Een discussie onder andere of je in de toekomst meer geld uit wilt geven aan openbaar vervoer. In de commissie ROSOW heb ik aangegeven dat op verschillende manieren een grotere bijdrage bereikt kan worden. Zonder uitputtend te zijn kan je denken aan substitutiebeleid, verhogen van de o.g.b. of financiering uit een mobiliteitsfonds. In zo'n fonds kun nen dan alle financiële middelen die omgaan die een directe relatie hebben met mobiliteit, zodat op het gebied van vervoer sturing mogelijkis, reke ning houdend met het landelijk beleid. Als baten zou je bijvoorbeeld kunnen aanmerken de parkeergelden, afkoopsommen etc. Als lastenkan je dan aan merken alle kosten die gemaakt worden met betrekking tot aanleg parkeer plaatsen in het centrum, fietsvoorzieningen en bijdragen aan het openbaar vervoer. De Partij van de Arbeid-fractie vraagt het college dan ook of zij net als - 53 - wij vindt dat er sprake moet zijn van een samenhangend vervoersbeleid. Zo jahoe wil het college dat vorm gaan geven. De heer LINSSEN: Heel kort. Met de toezegging van de wethouder dat bij de nadere invulling van de onafwendbare bezuinigingen waar mogelijk rekening gehouden wordt met de bezoektijden van ziekenhuis Lievensberg of dat ten minste naar andere oplossingen wordt gezocht mocht men er op deze manier niet uitkomen, kunnen wij accoord gaan met dit voorstel. De heer STUART, wethouder: Een samenhangend vervoersbeleid is een zeer ge wenste aangelegenheid. Naar de stellige overtuiging van ons college kan dat maar op eén manier gestalte worden gegeven en dat is door dat- in regionaal verband met elkaar te doen. Voor wat betreft openbaar vervoer in de stad betekent dat je ten principale de bereidheid moet hebben om te praten over integratie van stads- en streekvervoer. Dan hebben we het over nog veel verdergaande maatregelen dan thans in dit stuk worden voorgestaan. Wij zijn kortom voorstander van de vorming van een vervoerregio op één voorwaarde, dat dat wordt ingepast in de bestaande samenwerkingsverbanden, m.a.w. de vervoerregio zal gelijk moeten zijn aan het w.g.r.-gebied. De heer VAN DER KALLEN: In Bergen op Zoom zou dat dan betekenen dat Tholen erbuiten zou vallen, wat een heel wezenlijk onderdeel is van een vervoers regio met Bergen op Zoom. U kunt zich toch niet een vervoersregio voorstel len zonder Tholen in de Bergse situatie. De heer STUART, wethouder: Waarom zou Tholen daarbuiten moeten vallen De heer VAN DER KALLEN: Omdat die buiten ons w.g.r.-gebied valt. De heer STUART, wethouder: Wij verzorgen toch op tal van gebieden dienst verlening op Tholen als samenwerkingsgebied.C.P.A.ambulancevervoer,, De heer VAN DERKALLEN: U stelde net dat het binnen het w.g.r.-gebied moest De heer STUART, wethouder: Ik heb het over het bestuurlijke kader.Zoals u weet ben ik een groot voorstander vanhet voegen van de gemeente Tholen en St. Philipsland bij het streekgewest Westelijk Noord-Brabant. De heer VAN DER KALLEN: Dan willen we weer een stuk Zeeland annexeren en dat wordt wel erg veel. De heer STUART, wethouder: Ik denk dat ik hiermee genoeg aangetoond heb dat het college vanmening is dat een samenhangend vervoersbeleid gewenst is en dat dat alleen maar tot stand gebracht kan worden in samenwerking met anderen, in casu in het streekgewest. Dat geldt voor alle aspecten van het vervoer en daar hoort ook bij parkeren, tarieven, cortom het geheel. Of daarbij te pas komt de instelling van een mobiliteitsfonds wat zelfs op locaal niveau kan Ik denk dat we over dat soort zaken allemaal wel komen te spreken. Dat is bij het huidige voorstel nog niet aan de orde en daar waag ik me dus ook nog maar niet aan. Voor wat betreft de zorg voor degenen die niet in staat zijn om van het openbaar vervoer gebruik te maken ben ik het eens met de heer Aertssen dat de overheid zich dit vervoer tot een taak zou moeten rekenen, maar als ik hem goed begrijp hebben we het toch niet over degenen die bezocht moeten worden in het ziekenhuis maar over degenen die bezoeken en als je dat met het openbaar vervoer wilt blijven doen trek dan de beurs maar want die bus blijkt gewoon niet gebruikt te worden voor dat doel. Men neemt daar de auto voor en waarschijnlijk uit voor de hand liggende redenen vanuit de regio omdat het openbaar vervoer nu ook wat dat betref, met zo n geweldige flexibiliteit biedt.Maar de deeltaxi zou daar een lossing voor kunnen bieden.Als je zou beginnen aan het bijbetalen aan on rendabele lijnen dan begeef je je gegarandeerd in een neergaande spiraal.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1993 | | pagina 108