- 50 -
De VOORZITTER: Het amendement is om de leeftijdsgrens od A iaar te
stellen Helemaal los te laten
Mevrouw DEMMERS: Als u zegt A jaar, dan
De VOORZITTER: Ik dien geen amendementen in, zoals u weet.
Mevrouw DEMMERS: Het zou een oplossing kunnen zijn.
De VOORZITTER: Het amendement heeft de volgende inhoud:
De Raad van Bergen op Zoom, in vergadering bijeen d.d. 25 maart 1993.
gelet op:
het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders, nr. WE/11 be
treffende een nieuwe verordening, regelende de subsidiëring van de jeugd-
sport
overwegende dat:
subsidiëring van de jeugdsport ten doel heeft de vereniging in staat
te stellen extra aandacht aan de jeugdige leden te geven:
een aantal verenigingen leden op een jongeren leeftijd dan 6 jaar
opvangt
besluit:
bij artikel 6, lid 1 de tekst "leeftijdsgroepen van 6 tot en met 18 jaar"
te wijzigen in "de leeftijd tot en met 18 jaar"
en gaat over tot de orde van de dag.
Het amendement is ondertekend door mevrouw Demmers, mevrouw Schijven en
de heer Bolsius, in voldoende mate en maakt deel uit van uw beraad
slagingen.
Mevrouw VERAART: Over die leeftijdsgrens. De wethouder noemt twee redenen
en zegt dat de eerste reden niet zo flitsend is. Ik vind eigenlijk het
hele antwoord van de wethouder in deze niet zo flitsend, omdat in de
commissie de vraag is gesteld en dat zou nagekeken worden en we zijn nog
niets verder. Natuurlijk, als je grenzen stelt moeten het redelijke gren
zen zijn. Ik denk dat de grens van 6 jr. in 1976 wel redelijk was en op de
praktijk geënt en nu in 1993 niet meer. De vraag is dan moet je het dan
helemaal loslaten of de grens op A jr. stellen. Mijn voorkeur zou zijn om
het helemaal los te laten, omdat ook bij de gymverenigingen kinderen zijn
van drie jaar die op peutergym zitten, dus dan krijg je dat weer. Mijn
voorkeur is dus om alles los te laten, maar graag de reactie van de wet
houder hierop.
De heer A.J. FRANKEN: De CDA-fractie zou ermee kunnen leven dat we de
leeftijd van 6 jaar terugbrengen naar A jaar, maar niet daar beneden.
Ik moet erop wijzen dat de grote aantallen kinderen die er dan bijkomen,
we hebben één vast subsidiebedrag, het voor de rest een heel stuk minder
zal maken. Dat is het gevolg. De consequentie daarvan kan ik op dit moment
zeker niet overzien. Maar de leeftijd van A jaar zou ik redelijk vinden.
De VOORZITTER: Het heeft een aantal herverdelingsconsequenties, dat zal
u duidelijk zijn. U zolt dit in uw beschouwingen moeten betrekken. Er zijn
verenigingen die vooral in trek zijn bij beneden de 6-jarigen, laten we
zeggen dat zijn voetbalverenigingen in veel gevallen helemaal niet. Het
heeft voor die verenigingen consequenties, omdat er één begrotingspost is
die alsdan in proporties anders verdeeld zal gaan worden over de onder
scheiden belanghebbende verenigingen.
De heer VAN DER STOEI,, wethouder: De aarzeling die er is over het amende
ment en ook na de woorden van de heer Franken die zegt, nu ja, als het dan
moet dan de grens maar bij A jaar leggen, zit hem natuurlijk daarin dat
ik op dit moment niet exact kan overzien of die 21A kinderen die mevrouw
Demmers noemt ook allemaal volgens de verordening in aanmerking zouden
komen
- 51 -
Ik kan dus de consequenties niet geheel overzien en het effect dat dit
op andere verenigingen heeft. Daarom voel ik er nu eigenlijk weinig voor
om dit amendement nu op dit moment over te nemen. Ik zou het liever in
een later stadium bekijken. Als ik de verordening doorlees dan is natuur
lijk de formulering lichamelijke en persoonlijkheidsvorming voor
jeugdige sportbeoefening tamelijk ruim. Dan denk ik, daar kan wel een heel
grote groep onder gaan vallen. Dan zou ik liever precies bekijken wat de
consequenties zijn en ook kijken in hoeverre het terecht is als je die
grens handhaaft of dat je hem loslaat. Dan zou in een later stadium dat
artikel een wijziging kunnen hebben, maar ik voel me nu niet vrij genoeg
om op dit moment te kunnen zeggen kom ik ben niet flauw, ook al is dat dan
niet flitsend volgens mevrouw Veraart, en ik laat die leeftijdsgrens val
len.
Mevrouw DEMMERS: Daar heb ik op zich grote moeite mee. Inderdaad is die
vraag, mevrouw Veraart heeft daar terecht op gewezen, in de commissie
gesteld. Als dot gezegd wordt en wij op één middag binnen een uurtje de
cijfers op een rijtje hebben staan, waarbij best 21A 212 kan zijn of 208
omdat er misschien wat 3-jarigen tussen zitten, dan vind ik op dat moment
de antwoorden van het college - daarom heb ik het amendement ook pas in
tweede termijn ingediend - niet juist, d.w.z. u had die antwoorden kunnen
geven. Natuurlijk hebben we de consequenties die de heer Franken aangeeft
overwogen, maar ik denk juist dat het -'ik heb dat ook in tweéde termijn aange
geven - bij die verenigingen anders ligt omdat de kinderen na 12 jaar geen
lid meer zijn en bij andere verenigingen kinderen niet voordat ze 8 zijn.
Dat ligt per sportbeoefening verschillend. U mag niet, denk ik. als raad
intreden in dekeuzes welke sportbeoefening je belangrijk vindt. Je geeft
jeugdsport subsidie en onafhanekelijk welke leeftijd het is. Ik kan mee
gaan met de grens van A jaar, het argument heeft u daarvoor aangedragen,
maar ik wil toch het amendement in stemming hebben omdat ik niet hier af
gescheept wil worden met ik gaa het nog uitzoeken. Dat had u de afgelopen
week moeten doen.
De heer VAN DER STOEL, wethouder: Ik wens hier protest tegen aan te tekenen.
In de commissie is gezegd dat we de motivatie achter de leeftijdsgrens
nader zouden onderzoeken. Die heb ik u vanavond gegeven en dat is een twee
ledige. In de commissie is niet gezegd tegen mij om te onderzoeken hoeveel
kinderen ervoor in aanmerking zouden komen. Als u mij nu verwijt ik heb
de onderzoekresultaten in een middag gehaald en u hebt er twee weken de
tijd voor gehad, dan vind ik dat een onterecht argument. Reden temeer
als ik u aanbied het te gaan onderzoeken wat voor gevolgen die heeft,
u legt dat naast zich neer, voor mij om te zeggen ik wijs het amendement
af.
Mevrouw DEMMERS: Dan wil ik het graag in stemming hebben.
De VOORZITTER: Dan lijkt mij dat wij thans tot besluitvorming over kunnen
gaan. Mij dunkt dat het amendement zoals het ingediend is..
De heer FRANKEN: U handhaaft dus die 6 jaar.
De VOORZITTER:A jaar.
De heer FRANKEN: Dat staat er niet.
De VOORZITTER: Ik heb hier één amendement ingediend gekregen en dat strekt
ertoe de leeftijdsgrens in zijn geheel te laten vervallen. Dit is wat ik
bij u in stemming kan brengenniet .meer en niet minder.
Mevrouw Veraart wenst een stemverklaring.
Mevrouw VERAART: In mijn antwoord had ik de tekst van het g°funen
niet. Nu zie ik dat de ondergrens van 6 jaar is weggelaten en daarom steunen
wij het amendement.
