- 52 - Wij zijn van mening dat op grond van die notitie voldoende middelen beschikbaar dienen te zijn om daadwerkelijk beleid mogelijk te maken. Wij zullen dan ook niet aarzelen afspraken die we nu maken te heroverwegen om zulks mogelijk te maken. - De CDA-fractie is er meer en meer van overtuigd dat met'name het zgn. "uitstroom- beleid" grote invloed heeft op de sociale positie en mogelijkheden van de burgers van onze stad. Zonder het handhavingsbeleid te onderschatten zullen wij heel indringend de beloofde integrale notitie bestuderen op het uitstroom- beleid. De zgn. doelgroepen, maar feitelijk veel meer burgers van onze stad ziin in hun bestaansmogelijkheden beperkt. Wil er van onze verantwoordelijke samenleving iets terecht komen dan zullen vele burgers die nu aangewezen zijn op ABW en andere sociale voorzieningen weer maatschappelijk actief moeten worden. Die burgers moeten daarvoor weer kansen krijgen, zij moeten weer worden aangesproken. Hier ligt voor de raad en coege een grote verantwoordelijkheid en een financiële prioriteit. Voor het CDA is het uitstroombeleid een kerntaak. Wij zien dan ook niet belangstelling de definitieve uitwerking van de samenwerking tussen sociale zaken, R.B.A. en maatschappelijke instellingen tegemoet, sief de zgn. één loketfunctie. Voorzitter, in de heroverweging van taken heeft het college, op grond van <Je bij dragen van de fracties een 3-tal algemene uitgangspun n gehanteerd. De „erst twee nl het niet verhogen van belastingen in formele on en het vragen van een passende prijs voor specifieke diensten zijn concreet helder en toepasbaar. Onze fractie deelt deze uitgangspunten. Het derde door u geformuleerde algemene uitgangspunt, beiej-dsmho prioriteit te geven aan zaken onder de noemer "trends vcoy oe jar- vin wij als uitgangspunt voor beleid weinig concreet en te ruim inhoudelijk delen wij uw keuzes van .prioriteiten van bf on termiin zullen wij als raad in het kader van de ke,r „ussie dit ui gangspuit meen en meer moeten toespitsen op concrete taken voor de gemeente en daarom meer hanteerbaar maken. - Laa" het waar zijn, dat een wetenschappelijk-theoretische benadering van de kerntakendiscussie niet mogelijk is en deze discussie alleen vanuit politieke afwegingen is te organiseren, zoals u schrijft. f tio Ri i de algemene beschouwing was dit nu juist de insteek van de CDA-fracti-. Wij ziin van mening dat een kerntakendiscussie moet worden gevoerd vanuit een politieke visie. De enig haalbare aanpak van een kerntakendiscussie is die De i^ict^b^leS'beSdliSr toetsen aan de politieke visie, de mogelijk heden van deze gemeentelijke overheid bezien en dan keuzes maken. Concreet stellen wij voor om naast de bestuurlijke financiële cyclus van be grotirgin rekening die college en raad de laatste jaren fors hebben verbeterd ook de integrale politieke beleidscyclus te verbeteren. 1 iair het collegeprogramma en 1 maal per jaar de begroting te veranderen. Wij steller, voor om nu af te spreken de,. Coke rolevi k; ipr*« zijds haar primaat serieus en ambtelijke beleidsvoorbereiding liike verantwoordelijkheid van nee cuj--lc& „u, niPt zoals nu door uw college is georganiseerd middefgroepen daarbij i vanzelfsprekend nodig. Wel wordt u uitgenodigd deze fractiebijdrag - 53 - tieke beleidscyclus te veranderen. Voorzitter, het algemeen gedeelte van onze reactie in eerste termijn willen we afsluitenmet in te gaan op enkele concrete punten. - Nieuw beleid. Wij constateren dat op de post Nieuw beleid reeds claims t/m 1994 zijn gelegd. De CDA-fractie vindt het noodzakelijk om medio 1994 het omgaan met het systeem nieuw beleid te wijzigen. Wil college en raad flexibel kunnen inspelen op maat schappelijke veranderingen spreken wij uit dat er jaarlijks een post nieuw beleid moet zijn zonder indicatieve claims. Te bezien valt nog de hoogte ervan. Maar als bestuurlijk instrument lijkt ons dit noodzakelijk. Voor de volgende collegeperiode zullen wij dit als CDA uitdrukkelijk meenemen. - Evaluatie subsidies. Het rapport van de werkgroep evaluatie subsidies geeft onze fractie voldoende houvast voor concrete keuzes i.v.m. de bezuinigingstaakstelling. De CDA-fractie betreurt het dat een nieuwe subsidieverordening niet meer te realiseren is per 1 januari 1993. Wij hebben wel begrip voor de argumenten van zorgvuldigheid die in deze sektoren van beleid noodzakelijk zijn.^ In onze bijdrage voor de voorjaarsnota hebben wij en argumenten en concrete richtlijnen voor een nieuwe subsidieverordening gegeven. Willen wij komen tot een andere relatie tussen groepen burgers en de gemeentelijke overheid is het noodzakelijk de subsidieverordening te veranderen. Wij nodigen het college uit om op basis van de bijdrage van de raadsfracties zodanige activiteiten op te starten dat de raad in het eerste kwartaal van 1993 een concept subsidieverordening wordt voorgelegd, zodat dié;op een zodanig tijdstip de subsidieverordeningen kan vaststellen dat die op 1 januari 199't operationeel kan worden. Voorzitter, op een tweetal aspecten van ons betoog, nl. verbetering van de inte grale politieke beleidscyclus en de nieuwe subsidieverordening per 1 januari 1994, zullen wij in tweede termijn eventueel per motie een uitspraak van de raad vragen. Ik verzoek u het woord te geven aan college A.J. Franken. Deheer A.J. FRANKEN: De voorjaarsnota begint met de mededeling dat in de raads vergadering van juni de raad een concept-beleidstoelichting zou ontvangen op de rekening 1991. Dat stuk komt mogelijk later. Dat is jammer, want we hadden dan een beeld gehad van de structurele verschillen van uitgaven en inkomsten. In het stuk wordt gesteld dat er nog niet is bepaald in hoeverre overschrijdingen van uitgaven en onderschrijdingen van inkomsten structureel zijn. Ik merk op dat dit ook zou moeten gelden voor onderschrijdingen van uitgaven en overschrijdingen van inkomsten. Bij de behandeling van de rekening 1991 komen we hier beslist op terug. De subsidies. Met de voorstellen van uw college kan onze fractie instemmen met uitzondering Net de voorstellen voor de jeugdsport, de streekVVV en Eigen Haard. D0 ieuRdsDort De CDA-fractie hecht zeer hoge waarde aan het beoefenen van de sport door de jeugd. Het is meer dan een sportieve recreatie. Jeugdsport is ook karaktervormen is gezond voor de jeugd en verstevigt bovenal de banden in onze ^enleving. Wanneer we bovendien op een totaal subsidiebedrag van 79. liefst f. 25.000,- zouden gaan korten, dan is dit onredelijk t.o.v. activiteiten vo0; de jeugd welke wij subsidiëren. Dit alles bij elkaar xs voor de CDA-fractie aanleiding om tegen de korting op de jeugdsport te zijn. vragen uw college dit opnieuw te overwegen. Indien uw college bij haar voorstel blijft dan zullen we in tweede termijn de raad om een uitspraak vrage WeShebbenrhïer te maken met een vorm van particulier initiatief. Geconstateerd Noet worden dat we op een vrij goedkope manier een aantal activiteiten m stand houden en/of stimuleren die in het belang zijn voor onze gemeenschap en die van t i- «Til*-«-■ tv-a! ïfxfv-'j-.rt ip- in deze raad.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1992 | | pagina 176