-12- De heer NIJPELS: Ja, ik wens ook hoofdelijke stemming, voorzitter. De VOORZITTER: Wat dat betreft, meneer Nijpels, heeft u in ieder geval een opvolger gekregen, begrijp ik, meneer van der Kallen. Ik heb als voorstemmer getrokken nr. 29 en dat is de heer Dekkers. Heeft iemand nog behoefte om een stemverklaring af te leggen? De heer NIJPELS: Voorzitter, ik vind dat de wethouder van ruimtelijke ordening, de heer Ronnes, voortreffelijk tegenspel heeft gegeven aan de raad. Hij zegt zelf al, je moet een raadsbesluit niet terugtrekken. Ik vind het ook onwaardig om een raadsbesluit terug te trekken. Ik vind dat de heer Ronnes wel een pluim verdient, omdat hij, terwijl hij zo verguisd is door de PvdA, de PvdA tot het einde toe verdedigt en dat kan ik respekteren. De VOORZITTER: Dank u wel. Ik heb niet de indruk dat dat een specifieke stemverklaring is. De heer NIJPELS: Ik wou het wel even kwijt, voorzitter. De VOORZITTER: Maar dan zullen we het onder het hoofdstuk generiek noteren. Ik begrijp dat niemand verder behoefte heeft om zijn stem te verklaren. Dan vraag ik aan de heer Dekkers of hij voor of tegen het voorstel is. Voor het voorstel stemmen: de heren Dekkers, Ronnes, Bakx, Nijpels, de dames Lauwen, Ambagts, de heer Boogaart, mevrouw Dirker, de heer Aertssen, mevrouw Veraart, de heer Hagenaars, mevrouw v.d. Putte, de heren Bolsius, van Es, v. d. Water, van Wijk en Stuart. Tegen het voorstel stemmen: de heer van Kemenade, mevrouw Krijger, de heren v.d. Stoel, Smits, mevrouw Noorman, de heren v.d. Kallen, Muller, P. Franken mevrouw van Dort, de heren A. Franken, Cats en Westerhof. De VOORZITTER: Dames en heren, voor het voorstel hebben gestemd 17 leden van uw raad, daartegen 12, zodat het voorstel is aangenomen. 6. Voorstel tot het wijzigen van de "Rechtspositieregeling pertsoneel Algemeen Burger Gasthuis 1988" (2e wijziging). Nr. BD-Poi/25. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 7Naamgeving van weggedeelten. Nr. AD/1. De VOORZITTER: U heeft met betrekking tot punt 7 nog een nader ingekomen memorie van de heer Moree aangetroffen. Ik zou u nog kunnen voorzien van een brief die de heer Rommens, wonende aan de Moerstraatsebaan 60, heeft geschreven en waarvan u ook afschriften heeft gekregen. Wel, dan denk ik dat u alle stukken, die op deze zaak betrekking hebben, heeft ontvangen. Mevrouw NOORMAN: Eigenlijk had de VVD-fraktie verwacht dat het college dit agendapunt zou aanhouden, om vervolgens na de commissievergadering en vooral ook na de onlangs gehouden enquête het hele voorstel te heroverwegen. Het blijkt dus niet het geval te zijn, want het staat gewoon op de agenda. Dus ik ga er vanuit dat het college zijn voorstel handhaaft. Het college begint het voorstel met te stellen dat -en ik citeer- in het belang van de bewoners en gebruikers van dit weggedeelte de naamgeving moet -13- worden aangepast aan de nieuwe situatie. Beide weggedeelten worden door de Randweg-Noord gescheiden, hebben onderling niets meer gemeenschappelijk en de bestaande naamgeving is behalve voor de omwonenden voor eenieder onoverzichtelijk geworden. Einde citaat. Een eindje verderop in het voorstel zegt het college -en ik citeer weer- dat de gevoelsmatige binding met de huidige benaming wordt erkend en gerespek- teerd, maar de historie leert nu eenmaal dat een gewijzigde situatie tot een nieuwe naamgeving dient te leiden. Einde citaat. In de commissievergadering is er gestoeid over een aantal benamingen. Het woordje Noord ervoor of erachter, het woordje Zuid ervoor of erachter voor beide weggedeeltes bleek niet haalbaar te zijn. In diezelfde commissie vergadering heeft de VVD-fraktie de suggestie gedaan om in plaats van een totaal nieuwe benaming, de Stevinweg, de huidige benaming aan te passen door het woordje Oude ervoor te zetten. In het verleden is dat herhaalde malen gebeurd, zoals bij de Oude Huybergsebaan, bij de Oude Wouwsebaan. En als nu, zoals toegezegd is, ook postcodering en huisnummering hetzelfde blijven èn de bewegwijzering -en dat is zeer belangrijk- zo snel mogelijk en adequaat worden verbeterd, dan pas is naar de mening van de VVD-fraktie rekening gehouden met die, ook door het college erkende, gevoelsmatige binding met de huidige benaming èn wordt recht gedaan aan de mening van een groot deel van de bewoners en bedrijven gezien de enquête. Kortom, voorzitter, de VVD-fraktie handhaaft het voorstel om de betreffende weggedeelten de Oude Moerstraatsebaan te noemen en wil dan ook het besluit, onder A. als zodanig, amenderen. De heer BOLSIUS: Ik kan kort zijn. Volledig volgend de argumentatie die mevrouw Noorman zojuist heeft gegeven namens de VVD-fraktie, is ook de D'66- fraktie van mening dat de naamgeving Oude Moerstraatsebaan recht doet aan de gewijzigde situatie. De heer V.D. KALLEN: Ik heb alleen maar aan de vorige sprekers toe te voegen dat ik het met hen eens ben. Mevrouw AMBAGTS: Ik ben het niet eens met de voorgaande sprekers. De infrastruktuur in het gebied is aanmerkelijk veranderd en dat leidt onher roepelijk tot naamsverandering. Dat is nodig omdat je anders een heel onduidelijke situatie handhaaft. Dat het problemen geeft voor de daar gevestigde bedrijven is duidelijk. Toch kiezen wij voor de naam Stevinweg en wel om de volgende redenen. De Stevinweg, die naam past goed in de buurt. Toevoegingen als Oude of Zuidelijke geven op de eerste plaats aanleiding tot verwarring. Dat is ook bekend uit bestaande situaties in de stad en bovendien een van de belangrijkste argumenten van de bezwaarmakers is dat ze veel kosten krijgen in verband met wijzigen van briefpapier, het opnieuw bespuiten van auto's e.d., die kosten blijven ook wanneer je Oude toevoegt. Immers je gaat daar zomaar niet een woordje voor schrijven op je briefpapier. Als je je auto goed wilt veranderen dan plak je daar ook niet met wat letters een voor voegsel voor, dus die kosten blijven hetzelfde. Daarom kiezen wij voor de meest duidelijke naamgeving en die staat in het collegevoorstel De heer WESTERHOF: Het is duidelijk -en dat hebben enkele sprekers hiervoor ook al gezegd- dat de twee stukken van de vroegere Moerstraatsebaan inder daad definitief uit elkaar liggen. Niet alleen dat er een weg tussen gekomen is, maar het begin van het tweede deel is ook al een eind versprongen. Dus er zal iets moeten gebeuren, bij het oude laten kan niet. Wij hebben dus ook begrip voor de bezwaren die er leven. Wat eigenlijk nog niet aangehaald is, dat is de herkenbaarheid voor de Bergenaren. Die zullen de eerste paar jaar

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1990 | | pagina 94