-6- willen handhaven. Ik wil toch graag verwijzen naar de vrij ingewikkelde bestuurlijk gecompliceerde situatie, ook juist in relatie tot de taak van de commissie Oude Stad, die zal moeten adviseren over de sloop van de villa op dat moment. Meneer van der Kallen heeft zijn standpunt gewijzigd. Ik vind dat, als ik dat mag zeggen namens het college, buitengewoon jammer, omdat nu eigenlijk de opdracht in het voorstel zit, de opdracht aan de architekt, om niet nog eens met globale cijfers te komen of met aannames, maar nu ons een ontwerp te leveren en daar wat zekerheid, wat meer onderbouwde duidelijkheid te geven over de exacte kosten. Het is jammer om dat nu eigenlijk niet goed te keuren, omdat -en u zegt zelf, wie weet wat ik na 1 mei doe, althans zo vertaal ik uw opmerking maar even- u zich na 1 mei misschien nog wel op een andere wijze tot bekeren laat verleiden. Maar ik denk dat na de opdracht van vanavond dat, als die wordt goedgekeurd, er juist meer zekerheid gaat komen over een definitieve keuze. Dus ik denk dat het heel logisch is om nu ja te zeggen ter verstrekking van de opdracht voor de meer onderbouwde gegevens en daarna kunt u altijd, vind ik, een definitieve keuze maken. U maakte toch nog een verwarrende opmerking als u spreekt over de Zwarteweg en u daar eigenlijk geen stadskantoor wilt omdat u daar schone werkgelegen heid wilt. Dat vind ik dan helemaal een beetje moeilijk, want u wilt het enerzijds niet op de Westersingel, en ik begrijp dat u naar de Zwarteweg wilt. Maar daar zegt u weer van, eigenlijk zou daar wat anders moeten. Dat vind ik interessant weliswaar, maar toch ook wel moeilijk allemaal met elkaar te combineren. Ik constateer dat de heer Nijpels nog steeds voor is. Ik denk dat ik daarmee in eerste termijn voldoende heb geantwoord. De VOORZITTER: Dank u wel. Wie van u in tweede termijn? De heer AERTSSEN: Ik wil eerst het woord richten tot de heer van der Kallen. Ik meen me te herinneren dat hij zich altijd wenst te baseren op cijfers en feiten. Ik vind dat een uitstekend uitgangspunt, dat doet hij ook meestal. Nu wordt er een krediet gevraagd om de juiste cijfers op tafel te krijgen en nu dreigt de heer van der Kallen af te haken. Ik vind dat verschrikkelijk jammer. Hij geeft hiermee aan dat hij niet erg consequent is in zijn opvattingen. Hij verwijt dat nogal eens een keer andere partijen en ik vind dat hij nu met weinig recht zelf deze koers inslaat. Bovendien zou het zo kunnen zijn, als ik de heer van der Kallen goed beluister, dat op het moment dat de definitieve cijfers op tafel komen, de juiste bedragen, er wellicht een krediet wordt vastgesteld of op tafel komt, dat onder het bedrag blijft wat in juni is vastgesteld. Met andere woorden, dan ontstaat de situatie dat de BSD alsnog weer voor kan stemmen. Ik denk dat je dan helemaal aan het zwalken bent. Ik zou de heer van der Kallen toch echt willen aanraden om nu het voorstel te steunen, teneinde die feiten, die cijfers, ook echt boven tafel te krijgen. Dat lijkt me logisch en consequent. Het argument wat hij gebruikt ten aanzien van de werkgelegenheid spreekt onze fraktie ook aan en ook daarvan constateer ik dat hij niet erg consequent is in zijn opvattingen. Dan het andere punt over het bouwteam. Ik heb u horen citeren. Ik denk dat het een citaat was uit het wetboek. De heer RONNES, wethouder: De gemeentewet, meneer Aertsserj. De heer AERTSSEN: Voor alle duidelijkheid, het gaat niet om een verantwoor ding van het college, maar om de terugkoppeling omtrent de voortgang van het projekt door de voorzitter van het bouwteam naar de raad. Dat is een andere optie als die u net naar voren bracht. Terugkoppeling naar de raad c.q. de deskundigen binnen de diverse frakties en dus ook binnen de verschillende -7- funktionele commissies. Zelfs binnen een goed draaiend college zal het zo zijn dat een voorzitter van het bouwteam c.q. de burgemeester altijd beter geïnformeerd is dan andere collegeleden. Ik denk dat het nut van zo'n terug koppeling alleen maar optimaal is indien ook een voorzitter van een bouwteam zich met die terugkoppeling gaat bezighouden. De heer WESTERHOF: De wethouder stelt, wij moeten dat krediet goedkeuren dan weten we tenminste precies hoeveel duurder de ene lokatie boven de andere is. Men geeft zelf al aan, een paar miljoen en er komt iedere maand wel weer wat bij, o.a. het door de heer Bolsius zo vlot aangehaalde plan om het parkeerplaatsenaantal te handhaven. Over de kosten wordt door hem niet gesproken. De wethouder maakt het nog erger, die zegt, ja dat kost wel meer, maar dat hoeft natuurlijk niet op dit plan te drukken. Ja, zo lust ik er nog wel meer. Uiteindelijk zijn er nu die parkeerplaatsen en kunnen ze blijven. Als daar gebouwd wordt dan moet er een andere voorziening gebouwd worden, dus je moet dat natuurlijk wel meetellen bij de bouw van dat stads kantoor Wij zijn nu 9 maanden na juni 1989 en nu ligt er een krediet om een schets ontwerp en een voorlopige berekening te maken. In die 9 maanden hebben de moeilijkheden zich opgestapeld en ik denk dat we nog niet aan het eind van de lijdensweg zijn. Zeker niet als ook nog het plan van de heer Bolsius naar voren komt. Als het nu blijkt dat het nu echt ook zelfs voor D'66 te duur wordt, deze bouw met behoud van villa, dan gaan we nog eens een keer proberen om uit te rekenen hoeveel het nu kost als de villa afgebroken wordt, dan zijn we weer een half jaar verder. Na dit half jaar op deze manier wordt de tijdsdruk wel verschrikkelijk hoog. Ik denk dat het onaan vaardbaar is zo lang te wachten, gezien de voorwaarden waarop het personeel nu daar moet werken in de oude lokatie. Wij hebben niet voor niets gezegd dat het nodig is dat er een nieuw stadskantoor komt. Dat is geen luxe idee, dat is gewoon een noodzakelijkheid. Als iets noodzakelijk is dan moet je ook zo vlug mogelijk proberen dat te realiseren en niet een eindeloze weg met ontzettend veel moeilijkheden bewandelen waar we nu mee bezig zijn. De heer NIJPELS: De moeilijkheden brengt u zelf naar voren. De heer WESTERHOF: U moet de stukken eens lezen meneer Nijpels. De heer NIJPELS: Ik heb ze goed gelezen, maar u moet ze beter begrijpen. De heer V.D. WATER: De gedachte aan het vormen van een bouwteam en wie daar de voorzitter van is, is voor GB/S niet het belangrijkste. Straks wordt er een opdracht verstrekt en er zal direktie gevoerd moeten worden. Voor de GB/S is degene die de direktie voert over het projekt ver antwoordelijk. Er wordt nu gesmeten met bedragen door verschillende partijen maar dat zijn aannames. Als we kijken naar wat voor grote fouten er gemaakt zijn bij de nieuwbouw achter dit stadhuis, wat na de realisering vele miljoenen heeft gekost om het werkklimaat te verbeteren en na de investering blijkt dat het klimaat nog niet aanvaardbaar is, dan denk ik dat het terecht is dat dit krediet verstrekt wordt en dat we niet onszelf een bult moeten vallen zoals voorheen gebeurd is. In 9 maanden tijd komen soms mooie produkten tot stand. We zijn op de goede weg. De Maagd heeft wat langer geduurd, dus wij zijn voor het voorbereidingskrediet. De heer BOLSIUS: Ik moet toch constateren dat het CDA nog niet gewend is aan meerderheidsbesluiten in deze raad, waar zij tegen waren. En dat is toch iets waarbij ik zeg, in het groeiend politiek besef bij het CDA past dit als een soort vorming. Voor wat betreft het voorstel van ons om eens te kijken, wat kost het zonder

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1990 | | pagina 91