48 - en minder gemeentelijke voorzieningen, want u heeft minder straten en min der andere zaken qua infrastructuur nodig. Dan voor wat betreft het aantal woonwagenstandplaatsen. Ik zou u daar het volgende over willen zeggen. Op blz. 56 van het K.B. wordt gesteld: Uit de plantoelichting blijkt dat ten behoeve van de realisering van 17 standplaatsen wordt uitgegaan van een op pervlakte van 8000 m2, waarbij een verdeling over twee locaties niet wordt uitgesloten. Dat vervolgens de portefeuillehouder verwijst naar de besluitvor ming in 1989, waarbij hij 8 plaatsen naar voren haalt, dat kwam voort uit de situatie van toen. Omdat toen nog een stuk onzekerheid bestond ten aanzien van de termijn waarop dit gerealiseerd zou kunnen worden. Wij zitten nu met een goedgekeurd bestemmingsplan, we hebben nü de mogelijkheden om dat bestem mingsplan in te vullen. De noodzaak om die 8 dan naar voren te halen is in middels achterhaald. Ik denk dat als met voortvarendheid nu al wordt reke ning gehouden met een verantwoorde invulling van die bestemming van 17 woon wagenlocaties wij a. goed doen aan de locatie die daar nieuw ontworpen kan worden en b. ook de wensen van de woonwagenbewoners in deze volstrekt res pecteren. De heer VAN DER KALLEN: Ik val vanavond toch echt van de ene verbazing in de andere. We hebben een voorzitter die zegt, de raadleden hebben een infor matie-achterstand. Ja dank u wel, als in oktober al stukken klaarliggen in wezen, zoals de portefeuillehouder zegt, dan weet ik niet waarom ik in fe bruari nog een informatie-achterstand heb op dat punt. Waarom hebben wij die stukken niet gezien. Daarna houdt de voorzitter eenprachtig verhaal wat er op neerkomt dat hij zegt, jongens doe nu niet zo moeilijk want zo komt moge lijk het contingent in de problemen. Dat terwijl ik niemand in deze raad ook maar één opmerking heb horen maken in de zin van, met betrekking tot het bouw rijp maken, van dat moeten we niet doen. Iedereen die het woord heeft ge voerd was daar in ieder geval, als hij er wat over zei, positief over. Voor het overige neem ik aan, wie zwijgt stemt toe. Dan de woningbouwcijfers. De heer Bolsius sprak al over de jojo. We hebben een bestemmingsplan, een goedgekeurd bestemmingsplan. We kunnen beginnen. Als ik kijk naar die jojo vanaf 1981 dan hebben die cijfers zo heen en weer geslingerd dat-ik zeg laat de tijd nu de slinger dempen. Hoe verder je van tevoren gaat nadenken, terwijl die slinger nog heen en weer huppelt tussen 1250 en 3600, hoe moeilijker. Waarom zouden we de tijd niet het werk laten doen en nu beginnen en rustig straks nadenken over de toekomst wat wij werke lijk nodig hebben. Ik denk dat dat rustige best nuttig is. Zelfs de porte feuillehouder zegt ik wil best dat stuk nog eens ter sprake brengen in de commissie Ruimtelijke Ordening want dan hebt u - citaat - alles rustig kun nen bezien en alle stukken tot u kunnen nemen, met andere woorden, dat heb ben wij nu niet. De heer RONNES, wethouder: Alle stukken vanaf 1981. De heer VAN DER KALLEN: Ja, dat hebben we nu niet gekund omdat de gemeente om 5 uur in de brievenbus van de raadsleden een dik pakket dumpt, vele pa gina's waarvan we worden geacht er heel verstandige dingen van te zeggen. Het zal best zo wezen dat wij ertoe geacht worden, maar ik durf te erkennen dat ik er misschien onverstandige dingen over zeg, puur omdat ik de tijd niet heb gehad om me op mijn gemakt en terdege daarop voor te bereiden. Het gebeurt wel vaker, het is niet de eerste keer dat ik spreek over grote pakketten stukken die enkele dagen voor een commissie- of raadsvergadering bij de leden in de bus worden gedumpt, ik kan echt geen ander woord gebruiken, ter bestudering om dan tot een zinnig oordeel te komen. Ik vind dat echt fout. Ik wil tot slot nogmaals duidelijk maken dat ik tegen punt d. stem niet omdat ik daartegen ben, maar omdat ik geen oordeel daarover kan vellen - 49 - of ik daar wel voor kan zijn Omdat punt d. wel een hoop geld en derhalve gemeentelijk geld betekent zeg ik, ik stem ertegen m de hoop dat meneer toch nog eens over nadenkt en de raad in staat stelt, alvorens tot in deze te komen, nog te studeren zodat ik dan goed onderlegd en goed alles bestudeerd hebbende kan zeggen; College jullie hebben het goed gedaan, jullie hebben goede plannen, vooruit maar De' heer VAN DE WATER: Nog even wil ik terugkomen op de grondverwerving van Do meinen. Wij hebben daar in het begin mee ingestemd omdat dat een belangrijke uitbreiding was van het grondgebied van Bergen op Zoom. Daarbij zijn toen geen aantallen woningen genoemd, bij de aankoop. Er is bewust gekozen voor een globaal bestemmingsplan en geen gedetailleerd bestemmingsplan om steeds op de situaties in te spelen. De heer FRANKEN: Voorshands 50.000. De heer VAN DE WATER: Dat klopt, nog steeds 50.000 Daar blijven we ook nog steeds bij en in geloven. De heer Franken was het daar ook mee eens, geen gedetailleerd plan om steeds op situaties in te kunnen spelen. Ik denk dat we nu op het punt zijn dat een exploitatie-opzet voor die 1250 of 1500 wonin gen gezien het totale plan dat er nu ligt niet haalbaar is. Ik denk dat da logisch is. Ik denk dat ook bekeken moet worden wat de andere mogelijkheden zijn. Dat wordt gevraagd onder d. Neem die exploitatie-opzet mee en kijk hoe je er wel uit kunt komen. Wij stemmen met de eerste drie punten in omdat we dan weten dat de voortgang erin blijft. Het is geen belemmering als je tegen het laatste punt nee zegt de voortgang wordt dan niet geremd. Het heeft ook geen enkele zin om acnter capaciteitsanalyse een punt te zetten. Of we nu het college wel een op rac geven of niet, ik denk dat het college toch met die cijfers moet xomen. Het is een farce denk ik om daar een punt achter te zetten. We vragen ne niet maar u moet het toch. Voor ons houdt het ook in dat d. nader toegelicht dient te worden en dat we op dit moment aantekening vragen tegen d. gestemd te hebben. De heer VAN DER STOEL: De VVD heeft over dit agendapunt in eerste termijn niets gezegd en eigenlijk wordt de verbazing steeds groter als ix sommige deelnemers aan de discussie hoor spreken. Mijn fractie vindt eerlijk gezegd dat dit raadsstuk een heel logisch stuk is. Er is een kroonberoep ingesteld tegen een aangenomen bestemmingsplan door deze raad. Dat kroonberoep daarover is een uitspraak gedaan. Dus dan gaan we dat bestemmingsplan uitvoeren. Wel reden om blij te zijn, maar niet om nu zo'n ontzettende hoop stofwolken te veroorzaken, wat sommigen denk toch doen. Het lijkt mijn fractie eigenlijk ook vrij logisch dat je dan oo kijkt naar de potenties die er verder nog in dat gebied zitten om erover te kunnen oordelen of je wel of niet en op welke termijn, want we praten we licht bij dat nadenken wel over een termijn na 2000, om daarop goed voor bereid te kunnen zijn. Wij vinden eigenlijk die ontwikkelingen die door sommi gen hier wat grootscheeps worden aangezet wat overdreven. Mijn fractie zal dan ook instemmen met het voorstel zoals het er ligt. Wao ons betreft had die amputatie in onderdeel d. niet hoeven plaatsvinden. Ik denk dat je als raad natuurlijk niet je hoofd in het zand kan steken, je moet weten wat er in dat gebied mogelijk is. De voorzitter heeft al ge wezen op de financiële consequenties die daarmee te maken hebben, of je wel of niet groter wil worden. Je zult daar een duidelijk besluit over moe ten nemen. Er is bij ons geen enkel probleem om te onderzoeken wat kan en tot welke consequenties dat leidt. H De suggestie van de D'66-fractie over een mogelijke woonwagenlocatie op de Bergse Plaat of die wat groter, wat breder of twee keer te laten plaatsvin en kan mijn fractie in grote lijnen ondersteunen. We hebben ook met voor nies tegen de locatie Van Heelulaan gestemd. In feite hebben wij hiermee voorstel wat mij betreft behandeld, voorzitter.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1990 | | pagina 82