- 12 -
project nader beschrijven, vervolgens een bezinningsronde in deze raad
houden met de mogelijkheid dat het project weer stilvalt want de opstart
fase is dan voorbij en de raad heeft nog geen nieuw besluit genomen,
althans zeker de woorden van de heer Bolsius wijzen erop dat die situatie
zich kan voordoen. Dat betekent dat we vanavond, daar wijst ook het amende
ment op, niet besluiten tot starten van het project, maar tot slechts het
gaan ondernemen van een startfase van acht maanden met alle onzekerheden
voor de toekomst daarin verwoord. Als dat de bedoeling is van de raad
dan denk ik dat we aan iets beginnen, waarvan het de vraag is of we eraan
moeten beginnen, want daarmee is nauwelijks goed en adequaat te werken.
Wij zullen vanavond moet durven besluiten dat we gebouw De Beuk en Het
Spuihuis en daar moet nog een aantal zaken van bekeken worden, voorname
lijk van het laatste gebouw, maar dat is uit het stuk duidelijk de distille
ren, dat het project van start gaat en dat er in een aanloopfase in be
perkte mate reeds activiteiten ontstaan en zoals ik in de commissie Welzijns
zaken heb gezegd; ik denk dat het mogelijk is reeds in de maand mei of juni
sommige programma-onderdelen wat nauwkeuriger te hebben uitgewerkt, wat nauw
keuriger te hebben omschreven en wellicht aan te kunnen geven aan de commis
sie met de tijdstippen waarop zij. kunnen worden uitgevoerd en zullen worden
uitgevoerd
Als we niet met elkaar die weg op durven gaan, dan vraag ik me af of het
echt de bedoeling is dat we serieus met elkaar aan de slag gaan. Dat geldt
temeer als uit het plan van aanpak, uit het raadsvoorstel blijkt, dat het
het voornemen is van het college voor het totale project ook een beroep
te doen op de rijksoverheid en te zeggen wij zitten met een stuk problematiek
en wij willen graag daarvoor ondersteuning krijgen. Intussen hebben wij ge
tracht reeds hier en daar te sonderen of we het zover zouden kunnen krijgen
dat die middelen inderdaad beschikbaar komen. Dan moeten we niet vandaag
zeggen we maken een opstartfase en na acht maanden gaan we nog eens met el
kaar beraadslagen of we daar werkelijk iets willen aanpakken.
Ik vraag me ook af of de raad zou moeten vaststellen wanneer en op welk tijd
stip Turkse en Marokkaanse jongeren van beide geslachten aan activiteiten mo
gen deelnemen of dat dat overgelaten zou mogen worden aan het particulier
initiatief wat deze activiteiten gaat uitvoeren. Wij hebben heel goed be
grepen en de jongeren en de leden van de projectgroep hebben heel goed begre
pen dat er aandacht moet zijn voor de sluitingstijden. Ik heb u voorgelezen
wat er op 6 september in de projectgroep is verwoord en dat toen gedacht werd
aan op werkdagen om 22.00 u te stoppen en in de weekenden wat later.
Wij hebben begrepen van de mensen van het Spuihuis en ook van de mensen in
Oost dat zij zeggen, let vooral op de weekenden en beperk ontmoetingsacti
viteiten. Welnu, de mensen die er tot nu toe bij betrokken zijn zeggen heel
nadrukkelijk, sommigen hebben dat vanavond in deze raad ook verwoord, het
gaat allereerst om een stuk scholing en vorming en vandaaruit proberen de
weg te vinden naar scholing in wat uitgebreidere vorm of een plaats te vin
den op de arbeidsmarktHet is onvermijdelijk, zoals dat ook bij Nederlandse
jongeren onvermijdelijk is, dat er een element van ontmoeting in moet zitten.
Zelfs, we kunnen dat zo niet dagelijks dan toch wekelijks constateren, kun
nen we zeggen dat er in iedere vereniging behoefte is oin elkaar te ontmoeten
buiten de activiteit om. Anders denk ik dat we in Bergen op Zoom ook niet zo
veel clubhuizen zouden hebben.
Het is zeker niet een kwestie dat wanneer vanavond vertrouwen wordt gegeven
aan de projectgroep, vertrouwen wordt gegeven aan de bestuurders die zich
daarvoor verantwoordelijk achten, tot 1 mei acht ik mij dat persoonlijk heel
sterk, dat er gesproken kan worden van hier op weg gaan en dat er sprake is
van pappen en nathouden. We zijn heel serieus van plan, heel concreet en dege
lijk met elkaar aan de slag te gaan.
De CDA-fractie kan zich in grote lijnen in het stuk vinden en vraagt ook
- 13 -
aandacht voor die specifieke punten van de aansluiting bij de sectoren
onderwijs en arbeidsmarkt. Zij vraagt terecht denk ik, ook gezien de ge
luiden die door de buurtbewoners zijn geuit, om daar de nodige aandacht
aan te besteden, maar vraagt tegelijkertijd ook ruimte in de kwestie van
uitvoering, eventueel maatwerk voor de betrokkenen.
Als we constateren dat op enig moment sprake zou moeten zijn van specifiek
maatwerk, dan is dat al een onmogelijkheid om hier vast te stellen wanneer
precies de uren en de tijdstippen ingevuld zóuden mogen worden ten aanzien
van de te ontplooien activiteiten.
De heer Van der Kallenonderkent twee kanten aan het voorstel. Die zitten er
ook aan, er is een activiteitenkant en er is een accomodatiekant
De heer Van der Kallen wekt de indruk dat de voorzitter van de commissie
Welzijn en Emancipatiezaken naar aanleiding van opmerkingen van de heer
Van der Kallen in die commissie zou hebben gesuggereerd als ware de heer
Van der Kallen discriminerend bezig geweest. Niets is minder waar. Ik heb
slechts aan de heer Van der Kallen gezegd dat het mij bekend is dat de
heer Van der Kallen vele brieven schrijft naar de richting van het college
en dat hij meent dat Turkse en Marokkaanse koffiehuizen niet voldoen aan de
daaraan te stellen eisen, dat het dan aanbeveling verdient dat ook maar in
een brief te vervatten en dat wij dan zullen nagaan of hier sprake is van
adequate uitrusting zoals die door ons noodzakelijk wordt geacht. Als dat
een indruk is van discriminerend verwijt naar de heer Van der Kallen, dan
heeft de heer Van der Kallen gelijk.
Dat buurtbewoners angstig zijn voor overlast, dat kan ik niet ontkennen.
Maar,ik heb woensdagavond in het wijkcentrum Oost, voorheen De Berse-laars-
hof, die geluiden eveneens gehoord,toch heb ik de indruk dat wanneer wij
ons gezamenlijk willen inspannen wij erin zullen slagen de onrust bij die
buurtbewoners, maar ook bij de buurtbewoners in het Havenkwartier, weg te
nemen. Er is geen sprake van dat er sowieso een openstelling zal plaats
vinden tot 12 uur van Het Spuihuis. Met name ten aanzien van Het Spuihuis
is door het werkbestuur gevraagd om heel adequaat te letten op activiteiten
in de weekenden. Zelfs in de persberichten die daaromtrent zijn verspreid
is te constateren dat van de zijde van het college terdege rekening zal
worden gehouden met die opmerkingen. Het wordt nader uitgewerkt. Maarja,
een kwestie van ontmoeten is niet uit te sluiten, maar het is al te stellig
om vandaag te zeggen dat op voorhand ervan uitgegaan moet worden dat het
Spuihuis in het weekend waneer Turkse jongeren daar zouden komen iedere
keer tot 12 uur open is en daar dan de titel para-commercialisme aan te
koppelen. Wij zijn er denk ik toch allen mee bekend dat in sociaal-cultu
rele activiteiten een bar onvermijdelijk onderdeel uitmaakt voor het so
ciale gebeuren, maar de raad is eveneens op de hoogte van het feit dat het
college probeert voor alle accomodaties toch een sluitingstijdstip vast te
stellen, uitzonderingen daargelaten, wat het tijdstip - normaal gesproken -
van 11 uur zeker niet al te zeer zal overschrijden. Derhalve lijkt het mij
om te zeggen we moeten vasthouden aan een sluitingstijd van 10 uur zodanig
eventueel te vertalen dat om 10 uur iedereen het gebouw verlaten moet heb
ben een wat al te stellige vastlegging en beknotting van het opstarten
van de noodzakelijk geachte activiteiten.
De heer Van der Kallen geeft duidelijk aan niet in te kunnen stemmen met de
twee locaties.
De heer Bolsius geeft heel nadrukkelijk aan en zo staat het ook in het amende
ment in te stemmen met de opstartfase, de uitvoering van de activiteiten te
doen geschieden in het gebouw De Beuk, waarbij na de opstartfase plm. 8 mnd.
aan de raad ter goedkeuring een overzicht wordt aangeboden inhoudende soort
en aard van scholings- en vormingsactiviteiten, de daarbij behorende eind
termen en urenindeling. Gezien de opbouw van het betoog van de heer Bolsius
kan ik niet anders constateren dan dat op dat moment wederom de zaak wordt
stilgezet en vervolgens hier in deze raad een discussie gaat plaatsvinden
en ik heb al gezegd dat dat naar mijn stellige overtuiging niet een goede
aanpak kan zijn. Wij zullen moeten durven starten met een project van in