-92-
orde hebben gesteld.
Nog even teruf naar het feit en het compliment van de wethouder, dat hij mij
ook zeer serieus neemt. Ik ben daar erg content mee. Het is niet mijn
bedoeling om als oppositie te opereren. Ik heb steeds gepoogd om met de
wethouders samen te denken in een bepaalde richting. Daarom heb ik hem
gewezen op die bladzijde 54waar hij een nieuw jasje en een stropdas voor
gekocht heeft en het hele land mee door gegaan is
De heer BAKX, wethouder: Nee hoor, die had ik al meneer Smits.
De heer SMITSOm het standpunt en het grote taboe doorbrekend, zijn visie
te geven. Daarvan vonden wij dat dat dan niet kon volgen met een tijdschema,
waar het resultaat meer dan een jaar zou moeten wachten. Dat kon nooit. En
daarom heb ik tot het uiterste gepoogd hem om te turnen en hem eerder
daaraan te laten beginnen. Dat heeft hij gedaan, daar ben ik hem zeer
erkentelijk voor.
De heer MULLER: De wethouder is inderdaad zeer gul met complimentjes ten
opzichte van de heer Smits. Dat is dan ook voor het eerst dat ik dat deze
raadsperiode hoor. Maar toen kwam eigenlijk het addertje onder het gras van
deze complimentjesWant in het antwoord aan de heer Bolsius zegt hijMoet
u luisteren, ik ga dit jaar al de evaluatie opstarten en begin zelfs volgend
jaar al met een nieuwe nota tot 1997.
Wethouder, ga nu eerst eens aan het werk met dit tijdschema, dan zijn we al
heel erg tevreden.
De heer BAKX, wethouderInderdaad meneer MullerHet tijdschema volgend
zullen er zeker een aantal zaken starten, maar gelukkig kunnen er een aantal
tegelijkertijd plaatsvinden.
Meneer Bolsius, over die 1 en 2. Daar had ik inderdaad nog geen direkt
antwoord op gegeven. Ik kan me voorstellen, en dat wil ik nog even bekijken,
als wij dat inderdaad begin 1991 opstarten, moet dat naar voren kunnen, want
dat lijkt me niet op problemen stuiten.
Meneer van de Water, helaasu blijft tegen. Ik betreur datmaar we zullen
dat moeten respekteren.
De evaluatie nota Turken en Marokkanen. Ik denk dat we er zeer zeker op
terugkomen, meneer Smits, daar waar het straks gaat over de kriteria van de
woningtoewijzing, want er zal ongetwijfeld daar aandacht aan worden besteed.
Of ik dan over de meest recente cijfers kan beschikken, dat moet u nog even
tegoed houden, maar ik zal trachten ze dan ook te bezitten.
De heer SMITS: Nee, voorzitter, hij heeft het weer over dat deel van de
symptoombestrijding, dat is het toewijzen van woningen. Dat is het punt
niet. Wij vragen heel de avond al naar de andere kant van de problematiek.
De heer BAKX, wethouder: Ja, maar daarvan heb ik u gezegd: Dat hebben we
opgeschoven naar aprilVolgende maand, ik kan er helaas niks aan doen, is
het pas februari.
De VOORZITTER: Dames en herende fraktie van GB/S heeft aantekening
gevraagd, waarmede zij geacht willen worden tegen deze nota te hebben
gestemd. Wensen andere leden van uw raad dit? Als dat niet het geval is, is
conform besloten.
Ik stel u voor, ondanks het feit dat het 22.30 uur is, dat wij de agenda
afwerken. Akkoord?
17. Financiering uitgaven en uitlenen van kasgelden over 199CL
Nr. BD-Fin/2.
-93-
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt agendapunt 1/
aangenomen.
Beëindiging van "Stichting 700 Jaar Jegriijkh^id^an, Stad
gen op Zoom" en overname van de restantfloederen^
NrBD-Fin/6
was
De heer V.D. KALLENNa een gemeentelijke bijdrage van 300.000,--
voor mij de kous af. Deze overname acht de BSD dan ook geen zaak die ons
enthousiasme oproept. Ik ben mij er van bewust dat gedane zaken geen keer
nemen. Ik zal derhalve niet tegen stemmen.
De heer V. WIJK: Het gaat mij helemaal niet om de overname, het transport
van de restantgoederen met de waarde ervan. Ik wil iets anders zeggen.
Nu ik constateer dat de heer Nijpels, als oudste raadslid, afwezig is en ik
denk dat ik dan -meneer Westerhof?- het seniorlid ben. Dan wil ik, ook als
gewone burger van deze stad, de mensen van het dagelijks bestuur van de
Stichting 700 Jaar Heerlijkheid met de naaste medewerkers, want er is
ontzettend veel werk geleverd, ook de honderden Bergenaren, die aan bepaalde
evenementen hebben meegedaan, hartelijk dankzeggen. En nu we het boek van
700 Jaar sluiten, voorzitter, het was heel wat waard om dat te mogen
beleven.
De heer V KEMENADE: Toch weer reagerend op de heer van der Kallen, zoals
ook in de commissie financiën. Ik kan mij herinneren dat, toen 700 er
aankwam, we zijn gaan kijken in andere gemeenten hoe is het daar gebeurd
We kwamen tot de ontdekking dat dat veelal gebeurd is óf door mensen
speciaal in te huren óf door bureaus in te huren. Hetgeen enorme bedragen
vergde In Bergen op Zoom hebben we gekozen voor een enigszins amateuris
tische aanpak. We hebben het samen met het bedrijfsleven, samen met de
mensen uit de stad, samen met een tweehonderdtal vrijwilligers, tot een
succesvol jaar gemaakt
Nu wordt er toch twijfel gewekt door de heer van der Kallen over de uitkomst
van het totaal. Als je zo'n jaar achter de rug hebt, je hebt het met zijn
alien in de stad tot een feest gemaakt en je hebt dan weliswaar cijfermatig
een tekortje, maar je houdt daar een hoop spullen aan over die aanzienlijk
meer waard zijn, -ik denk alleen aan de kunstwerken- dan denk ik dat we het
met zijn allen goed gedaan hebben
Mevrouw V.D. PUTTE: Ondanks het late tijdstip toch even een reaktie. Ik vind
de hele discussie over dit bedrag vallen onder de categorie 'kinderachtige
we ben zunig mentaliteit". Na een normaal verjaardagsfeest, hou je ook zaken
over en loop je daar ook niet om te treuren. Het zou zelfs een schande zijn
als we geen dingen over hadden, want dat zou inhouden dat we onze gasten
tekort hebben gedaan. Ik denk dat dat niet de bedoeling is geweest van die
700-jarige viering
De VOORZITTER: Dames en heren, dank u wel. Ik constateer met groot genoegen
de waardering die door het seniorlid van deze raad is uitgesproken en verder
met evenzeer veel genoegen, dat u unaniem bereid bent overeenkomstig het
voorstel te besluiten.
Ik denk dat ik van de zijde van het college mij gaarne aansluitnamens hen
allen, -minus 1 lid van het college, omdat het hemzelf in persoon aangaat-
bij datgene wat de heer van Wijk nog eens gezegd heeft over alle
inspanningen en dan kijk ik ook wat naar de rechterkant, die m dat jaar
door velen, maar door hen in het bijzonder, zijn gepleegd. Dat doet mij
deugd en ik denk dat de raad zich daarbij ook van de allerbeste zijde laat
zien, dat wij dit besluit unaniem kunnen nemen.