ga als ik een moordend materiaal verboden wil hebben. Het is gewoon een moordwapen in het gebruik. Het wordt soms onbewust, helaas onbewust, gebruikt en het wordt teveel gebruikt. Het zou eigenlijk, zeker in een bouwverordening in Bergen op Zoom uitgesloten kunnen worden en dat zou de BSD graag zien. De heer Cats geeft graag een zekere bevoegdheid aan het college of vindt graag dat het college die bevoegdheid moet houden. Het college mag best bevoegdheden hebben. En als ze daar consequent nu zouden beloven, wij zijn altijd van mening dat wij consequent te allen tijde die bevoegdheid toepassen, dan heb ik geen behoefte aan een asbestverbod nu. Als ik die toezegging van het college zou krijgen als ze zeggen van: wij zullen in de praktijk die bevoegdheid altijd zo gebruiken dat er geen asbest zal mogen worden toegepast. Dan hoef ik nu niet een hoop werk te arrangeren om alsnog dat verbod te krijgen. Ik heb dat helaas nog niet van het college gehoord. Ik gun het college eigenlijk niet de beleidsvrijheid om te mogen beslissen of asbest wel of niet mag. Of asbest wel of niet in die betrokken bouwver gunning moet worden opgenomen in verbiedende zin. Ik zou graag zien dat het college, bij monde van de heer Bakx, dadelijk zou uitspreken van: wij gaan onze bevoegdheid te allen tijde gebruiken. En in de feitelijke, de materiële uitvoering van de bouwvergunningen zal blijken dat er geen asbest meer wordt gebruikt. Dan ben ik bereid de algemene maatregel van bestuur af te wachten, die het rijk dan misschien zal nemen. Wel moet ik zeggen, bijvoorbeeld vooruitlopen van de heer Janssen. Ik vind dat wij best als gemeente vooruit mogen lopen. Wat is er voor bezwaar tegen om vooruit te lopen op zaken die je goed vindt? Waarvan je vindt dat het waard is om vooruit te lopen. Ik zie daar geen bezwaar tegen. Ik loop graag vooraan. Als het over fleur geven gaat, ja, ik loop graag vooraan met een bosje bloemen, want dat trekt de aandacht, het fleurt de zaak wat op en het geeft enige jus aan discussies en aan uitingsvormen, dat mag ik wel. Naar de heer Bakx toe. Wethouder Bakx heeft gezegd, en het zal wel een verspreking zijn maar hij begon zijn betoog, dat op verzoek van de heer van der Kallen in januari dingen ter kennisneming stonden. Nee, ik was degene die juist vond dat het niet ter kennisneming moest staan, omdat er wat aan moest gebeuren. De wethouder had het ook nog over sloopbestekken. Het is fraai hoor, om vrijblijvend te wijzen op de risico's van. Toen ik me de laatste commissie vergadering naar huis spoedde, en ik zo dom was om de kortste weg te nemen door de Kremerstraattrof ik daar een gigantische container aan. Vanuit een pand eenhoog gooide men zo allerlei sloopmaterialen door het raam de container in, gevolg enorme stofwolken. Ik moest constateren dat in die container plafondmateriaal zat, waarvan het plafondmateriaal behorend uit die tijd zonder meer asbest bevatte. Het is leuk als je een sloopbestek vrijblijvend aanbiedt. Maar ik weet niet of daar wel een sloopvergunning voor was, want 's avonds om 10 uur zo slopen met een open container, komt mij al wat merkwaardig voor. Als ik dan nog een vrachtwagen zie van ver weg, dan denk ik, wat komt een vrachtwagen uit Oost-Brabant hier doen? Maar goed, er zal wel een sloopbestek zijn gegeven. En als dat bestek is gegeven is er vrijblijvend opgemerkt: asbest jongens, wees voorzichtig. Ik barst van die vrijblijvendheid, maar die vrijblijvendheid kost in onze samenleving doden. Ieder jaar vallen er doden door asbest. We moeten ons goed realiseren dat als we nu besluiten geen asbest meer te gebruiken in onze gemeente, zullen er toch nog de komende 20 jaar doden door asbest vallen. Dat brengt mij tot de gedachte, stel niet uit tot morgen wat ge heden kunt doen. Neem vandaag uw verantwoordelijkheid, want wij willen toch goed zorgen voor onze Bergse burgers? De VOORZITTER: Maar dat is natuurlijk een prima betoog om er voor te zorgen dat zo snel mogelijk een landelijk verbod tot importering en verwerking van -27- asbest komt. En dat een landelijke regelgeving op dit punt komt met een ge decentraliseerde controle op dat soort zaken. Want ik denk dat de burger van Bergen op Zoom, die gevaar loopt, er ook niets mee opschiet als wij nu een prachtig gebaar maken door een aantal mededelingen in onze bouwvergunning op te nemen. Daar, waar wij de import en het gebruik van asbest alleen maar daar kunnen reguleren en door middel van regels kunnen vaststellen waar wij daar kennis van hebben. Er is dus maar één goede maatregel naar mijn mening mogelijk. Dat is dat er nationale regelgeving komt met ook een nationaal sanktiesysteem op dit geheel, dat er goede afspraken gemaakt worden met degenen, die met de verwerking van asbest te maken hebben tussen werknemers en werkgevers. Ik denk dat u bagatelliseert, en dat neem ik u kwalijk, als u dat verder in relatie brengt met het feit dat we met iets te maken hebben waarbij menselijk leven in gevaar kan komen. De houding van het college bij sloop bestekken is verre van vrijblijvend. Ik vind dat het niet aangaat om daar zo bagatelliserend over te spreken, als u het vervolgens in combinatie met toch de hoge waarde van het menselijk leven brengt. Ik denk dat dat de kwaliteit van de discussie in deze raad niet positief beïnvloedt. De heer V.D. WATER: Het is al eerder gezegd. Ik wil toch nog een toevoeging doen aan de heer Bakx met betrekking tot de sloop van asbest of asbesthou dende stoffen. Daar moet een speciale vergunning voor afgegeven worden. In de bouw, en ik heb daar vrij regelmatig mee te maken, wordt asbest, in ieder geval bij het bedrijf waar ik bij zit, al 15 jaar niet meer gebruikt. Het is daar ook verboden. Het slopen levert het grootste gevaar op. Met de manier en de argumentatie van de heer van der Kallen heb ik toch een beetje moeite. Als burger zou ik in ieder geval, als ik constateerde dat ergens asbest zo gedumpt zou worden, -en ik weet niet of het valt onder de wet gevaarlijke stoffen- daar melding van maken. Dan zou dat een positieve bijdrage geven tot voorkoming van. Wij kunnen nu hier in die bouwverordening alles vast leggen, de mensen die op hun manier willen slopen, krijg je ook niet onder dat noemertje. Dan ligt er een taak voor anderen, denk ik. Mevrouw DEMMERS: Wij zijn in grote lijnen akkoord met de uitleg van de wethouder en met uw toevoeging, nadat de motie ingediend is. En met het feit dat met de kleine toevoeging zo spoedig mogelijk in feite het college de motie van ons overneemt. De heer V.D. KIEBOOM: In de antwoorden die de wethouder heeft gegeven, refereerde hij aan nationale opdracht om te kijken of er gekomen kan worden tot een verbod op zowel het gebruik als op het verkopen van asbest. Dat gaat verder dan de motie van D'66 suggereert. De PvdA-fraktie stelt voor om eerst de onderzoeken nationaal af te wachten. Daar hebben we dan het volste vertrouwen in. Dat betekent eigenlijk dat wij geen behoefte hebben aan de motie van D'66. De VOORZITTER: Bij de stukken lag de adviesaanvraag van minister de Vries aan de ARBO-raad. Daar staat boven: minister de Vries wil toepassing asbest zo snel mogelijk verbieden. Maar dan staan er nog 3 kolommen tekst die, denk ik, allemaal iets genuanceerder liggen dan de snelheid van 3 woorden aan kunnen geven. De heer BOLSIUS: Dan onderschat u de genuanceerdheid als wij 3 woorden formuleren. Maar wij zijn jammer genoeg gehouden om ook moties, die nog voor te lezen zijn binnen een raadsvergadering, in te dienen. Wij hebben van de portefeuillehouder vernomen dat, als wij akkoord gaan met de uitleg van "zo spoedig mogelijk" zoals hij hem deed en dat hebben wij gedaan, dat het college de motie overneemt. Daarmee is de kous af.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1990 | | pagina 165