- 20 - Ik kan me voorstellen dat we er nog eens de aandacht op zullen vestigen dat ook de consument zijn steentje bij kan dragen om juist die:producten aan te schaffen die milieuvriendelijker zijn dan degenen die uiteindelijk in deze box terecht moeten komen. De heer Van Kemenade pleit nog eens nadrukkelijk voor het statiegeld principe. Dat zullen we hanteren, maar we moeten ook de mensen opvoeden in de richting van het gebruiken van milieuvriendelijker producten. De VOORZITTER: Dames en heren, wij hebben de zaak voldoende besproken in deze twee termijnen. U wenst geen stemming of aantekening Dan is aldus besloten. 21Voortgangsnota samenwerking herstructurering kernwinkelapparaat De heer MULLER: Aanvankelijk had ik de bedoeling om daar een lang verhaal van te maken, dat zal ik achterwege laten. Ik heb wel een boodschap eigen lijk. Die boodschap is de volgende: Naar het prae-advies kijkend en naar de nota's die u ons gepresenteerd heeft zeggen wij, daar kunnen we heel goed mee leven. Maar waar begint de frus tratie en met name voor de diverse fracties in deze raad en voor individuele raadsleden. Die begint bij het feit dat deze voortgangsnota in wezen veel te laat komt. Tussentijds is deze raad niet of nauwelijks geïnformeerd. Wij hebben toendertijd gekozen voor de publiekprivate samenwerking en ik heb de vorige keer al eens gezegd, om de meerwaarde die daaruit voort kan komen en om het feit dat de private partners in dit geheel kennis kunnen inbrengen die de gemeente als overheid niet heeft. Vandaar dat ik eigenlijk aan uw college zou willen vragen om dit continue proces dat wij nu met zijn allen beleven en wat ook eigenlijk voor beide partijen, zowel de publieke als de private toch iets nieuws is. We weten daar kennelijk niet helemaal mee om te gaan om dat wantrouwen dat denk ik wederzijds gegroeid is weg te nemen. Dat wantrouwen moet dan omgezet worden en zeker bij ons als raadsleden in vertrouwen. Gelatenheid die ook min of meer voelbaar is moet omgezet worden in ent housiasme. Ik klap niet vaak uit de fractie, maar nu wil ik het toch een keer doen. Mijn fractiegenoot Franken zei in de fractiediscussie heel treffend: Waarom is de schouwburg de Maagd hier gekomen. De schouwburg de Maagd is hier gekomen vanwege het feit dat wij te maken hebben gehad o.a. met een zeer enthousiaste architect. Deze man heeft zijn enthousiasme weten over te brengen aan het college en raad en deze man heeft ons ook deelgenoot gemaakt van de problemen die hij in dat proces is tegengekomen. Ik denk dat het in deze kwestie, waar het gaat om samenwerking met de AMRO, zo is dat wij ernaar moeten streven om die hele samenwerking positief te benaderen. Ik vind dat u als college ons daartoe in de gelegenheid moet. stel' len. Dan is er op een gegeven moment nogal wat geharrewar geweest over de be schikbaarheid van de cruciale gebouwen, het hospitaal en de belastingdienst. Ik kan me herinneren, in het kader van 700, dat de toenmalige minister van VROM, die coördinerend minister is voor de rijksgebouwendienst daar een aantal toezeggingen over heeft gedaan om te ijveren voor 1 januari 1989 deze gebouwen beschikbaar te hebben. Dat is helaas tot heden toe niet het geval. Ik zou van het college dan ook willen weten hoe de stand van zaken is en op welke wijze op creatieve manier deze gebouwen eigendom van de gemeente kunnen worden. Concluderend wil ik vragen: wij hechten denk ik veel waarde aan een pri vate samenwerking. Ik denk dat de waarde die wij daaraan hechten door u inhoud zou moeten worden gegeven door de raad bijtijds erbij te betrekken, eens een keer met de commissies te confronteren, zodat ook vanuit die hoek een goede discussie op gang kan komen. - 21 - De heer NIJPELS: Ik heb een vraag en dat is voor mij de laatste vraag. Vanavond is het woord POMA weer naar voren gekomen. Ik heb nu een zeer doordringende vraag. Als zometeen het hospitaal aangetrokken wordt door de gemeente en de gemeente koopt dat is mijn vraag, wordt dat hospitaal doorgeschoven voor dezelfde prijs aan POMA of is er een openbare inschrij ving voor dat gebouw, dat iedere middenstander en iedere projectontwikke laar daaraan mee kan doen en dat we niet onder het zwaard gebukt blijven gaan van POMA. Dat is mijn vraag. De heer VAN ES: Als eerste mag ik u wijzen op een redactionele fout bij dit agendapunt. Waar gesproken wordt van een voortgangsnota denk ik dat moet staan gebrek aan voortgangsnota. In de vorige vergadering gaf u aan dat tegenwoordig de uitleg van rapport cijfers iets anders is geregeld dan vroeger, maar ik kan u verzekeren dat op grond van deze nota u zou blijven zitten of u dat nu bekijkt in de tijd dat wij nog naar de middelbare school gingen of op dit ogenblik. Hier ontstaat een probleem. Eén van de verantwoordelijke wethouders zou graag willen blijven zitten, maar mag dat niet en uw partner in deze over eenkomst willen wij niet laten zitten. Het is toch eigenlijk van de gekke dat in anderhalf jaar nog niets tot stand is gebracht. Onze vrees dat de zogenaamde inspanningsverplichting een lozekreet zou blijken te zijn, zoals door ons verwoord in de vergadering van november 1988 wordt tot nu toe be waarheid. Zoals wij het nu bekijken lijkt de zaak uit de hand te lopen. Ondernemers van het door u tot B-gebied gebombardeerde Vierkantje hebben dit oordeel niet geaccepteerd en door het ontplooien van velerlei initia tieven, het doen van verbouwingen es aanbrengen van verbeteringen het aan zien van dit onderdeel van de binnenstad aanmerkelijk opgekrikt. Zo zelfs dat deze raad er niet meer omheen zal kunnen ervoor te zorgen dat van gemeentewege ervoor gezorgd wordt dat het aanzien nog verder wordt ver beterd door de bestrating en verdere inrichting op een acceptabel peil te brengen In het doo" u gepropageerde A-winkelgebied verrijst de ene schoenendiscount naast de andere. Al met al zijn dit ontwikkelingen, die tenminste tot nadenken zouden moeten steramen over het functioneren van de samenwerkingsovereenkomst. De enige reële transactie, waarbij de POMA betrokken was, waarvan de nood zaak ons overigens eigenlijk ontging, is de verkoop van het voormalig GGD- gebouw aan de Verenigde Brouwerijen. Toch wat dunnetjes. In het geruchtencircuit wordt gesproken over een aantal grotere projekten in de binnenstad, die om diverse redenen niet van de grond komen. Als die geruchten een kern van waarheid bevatten ben ik van mening, dat u dit in deze rapportage had moeten vermelden, nu wordt de raad, nogmaals als de geruchten waar zijn, relevante informatie onthouden. Deze voortgangsrapportage had voor mij i:.s deze vorm niet geschreven hoeven te worden, het voegt niets toe. De heer AERTSSEN: Naar aanleiding van de notitie hebben wij in de commissie ROSOW van maart uitgebreid met de wethouder van gedachten gewisseld over de voortgang in de binnenstad.. De voornaamste conclusie vanonze fractie kan zijn dat de door de raad in 1989 geformuleerde uitgangspunten goed zijn en ook vruchten afwerpen en dat deze uitgangspunten rechtovereend blijven staan. Dat vinden wij een belangrijke constatering, Hoofdpunten in dat beleid waren en zijn nog steeds het versterken van de lineaire winkelstructuur en het creëren van voldoende parkeergelegenheid aan de ring. Met name de mededeling van de wethouder met betrekking tot een eventuele parkeergelegenheid op de Stenen Tuin nl. dat het college definitief ken baar heeft gemaakt af te zien van verder onderzoek en realisering van een parkeerplaats stemde stemt ons nog steeds tevreden.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1990 | | pagina 131