moeten maken. Als we willen gebruik maken van gelden voor stimulerings
maatregelen en dan volgt een heel verhaal.
Wat me ook opvalt in dat verhaal is: kijk, elders gebeurt wel wat, een
project met rechtspositie, maar - zoals gebruikelijk - die ontwikkeling
volgen we met belangstelling. Ik zou zo graag eens willen dat Bergen op
Zoom niet volgt maar gewoon meeliep of, misschien is dat helemaal revo
lutionair, vooraanlliep en dat anderen ons zouden volgen.
Ik mag daar dus klaarblijkelijk met deze wethouder, ook in de toekomst,
niet op rekenen.
Waar mogelijk willen we dat doen met een goede rechtspositie, maar - komt
er dan achter - in dit geval kan ik toch niet voorkomen dat mensen afspra
ken maken met êikaar? Dat kan de wethouder inderdaad niet voorkomen.
Maar als de gemeente daar een partij is, en dat is zij met dit voorstel,
denk ik toch wel dat de gemeente er consequenties aan moet verbinden.
Dan is het niet meer vrijblijvend een aantal mensen dat afspraken maakt
met elkaar, dan stelt de gemeente een niet gering bedrag daarvoor samen
en neemt daarbij wel zeker een zekere verantwoordelijkheid op zich want
zij verbindt haar naam en inzet en geld hieraan. Ik denk dat daar dan ook
de conclusie aan verbonden moet worden dat de gemeente streeft naar een
goede rechtspositie. Als wij emancipatie in brede zin serieus willen nemen
dan hoort in dit geval die goede rechtspositie erbij. Ik denk dat de ge
meente volstrekt verkeerd handelt als zij zich verschuilt achter mensen die
afspraken maken met elkaar.
Met betrekking tot het amendement van de Partij van de Arbeid kan ik zeggen
dat ik het dan ook nog een slecht voorstel blijf vinden, maar het voorstel
is dan wel aanzienlijk minder slecht dan zonder het amendement. Ik steun
dus het amendement.
Mevrouw AMBAGTS: Het gebeurt niet vaak, maar ik kan me nu helemaal aanslui
ten bij de woorden van de heer Van der Kallen. Hij heeft mooi het gras
voor mijn voeten weggemaaid. Ik had iets dergelijks willen zeggen.
Ik denk alleen dat ik de heer Bolsius nog een antwoord op zijn vraag schul
dig ben. Op dit moment heb ik, hoewel ik heb geïnformeerd, niet voorhan
den hoeveel het meer zal gaan kosten. Ik denk ook in feite dat dat niet de
vraag is.
De heer BOLSIUS: Dat was wel mijn vraag.
Mevrouw AMBAGTS: Maar dat niet uw vraag zou moeten zijn, mijnheer Bolsius.
Op de eerste plaats gaat het erom dat je een goede voorziening wilt opzetten
de wilt een zekere vorm van kinderopvang, ook voor je eigen personeel
en dan ga je dus kijken welke vorm het beste is, wat je daar voor voor
waarden aan moet stellen en al die zaken. Daarna kies je welke vorm,
na overigens het betrokken personeel geraadpleegd te hebben, je het best
kunt gebruiken. Dan geef je die mensen ook een beeld van de financiële
consequenties. Dat is de volgorde. Het gaat niet aan om nu te zeggen,
ja het zal wel veel duurder zijn dus we doen het niet. Nee, je moet een
vorm kiezen die voor iedereen alle waarborgen in zich biedt en daarna zeg
je hoeveel gaat het kosten. Dat is dus een zekere vorm van kwaliteit voor
het geld.
De heer VAN DER STOEL: De gang van zaken in de eerste termijn roept eigen
lijk bij mijn fractie een probleem op. Als je niet de voorwaarden van de
emancipatieraad zou toepassen krijg je naar onze indruk straks de reactie
van degenen die daar mee bezig geweest zijn van "hebben wij het soms niet
goed gedaan, wat mankeert eraan, Nog veel belangrijker is dat je dan
toch overheidsbemoeienis hebt gepleegd bij een zaak die je in principe zou
moeten verwerpen omdat het niet juist is dat mensen voor f. 3,- dit soort
zaken gaan doen. Dan kun je kortweg zeggen als je hiermee aan de gang zou
- 9 -
gaan volgens het voorstel, hoe kom je er eigenlijk nog van af. Want
dan speelt ook nog de kwestie die de wethouder zelf oproept, de Oort-
gelden zouden wel eens kunnen vervallen. Dan zit je dus in ieder geval
volgend jaar met het punt dat wat je ook van de grond hebt getild
absoluut niet op dezelfde voorwaarden door kan gaan. Het probleem is
ingewikkelder. Als je wèl op de voorwaarden van de emancipatieraad zou
ingaan dan lijkt het ons een uitstel van de realisering van de plannen
minimaal en dan moet je je ook afvragen waar je met de Oortgelden blijft.
Ik ben het met mevrouw Ambagts eens dat als je principieel echt vindt
dat je ze zo niet mag inzetten, dan moet je die Oortgelden wellicht voor
een deel laten schieten. De wethouder zei in zijn reactie: eigenlijk zijn
het maar particulieren die afspraken met elkaar maken, de ouder van het
kind en de gastouder die het opvangt. Dat is denk ik een beetje een ver
tekening van de gang van zaken, want wij betalen, al is het met geld van
een ander, een bureau om die contracten allemaal te regelen. Dus het wordt
gezien door iedereen in deze stad als een door de overheid erkende opvang.
Nog speelt daarbij dat binnen niet al te lange tijd de gemeente de plicht
krijgt om alle kinderopvang te controleren op een aantal zaken.
Tot slot blijft mijn fractie nog met het probleem zitten dat wij weieens
een discussie in de raad zouden willen meemaken als de gemeente zou be
middelen bij een loodgieter die voor f. 3,- per uur kwam werken en wat voor
discussie er hier in de raad dan zou ontstaan.
Mevrouw VAN DORT: Ik wil niet in herhalingen treden. Ik heb wel de opmerking
gehoord dat het rolbevestigend zou zijn, deze vorm van gastouderopvang.
Ik wil dit best wel weerleggen, want het zal mij niet uitmaken of die gast
ouder een huismoeder of een huisvader is. Het zal dus helemaal niet rolbe
vestigend hoeven te zijn.
Wij staan gewoon achter het voorstel. Het is kleinschalig om te beginnen.
Prima.
De heer VAN DER KALLEN: De wetgeving en de uitleg daarvan door de Hoge Raad
daarbij is het wel degelijk zo dat wanneer iets ten koste gaat van deel
tijdwerkers, dan is dat discriminerend omdat deeltijdwerkers overwegend
vrouwen zijn. Ik denk dat als je praatover gastouders ook dit discriminerend
uitgelegd zou kunnen worden want het is toch evident dat dit in overwegende,
zeer overwegende mate vrouwen zullen zijn. Dan vind ik het wel degelijk rol
bevestigend wanneer je juist die bijna rechteloos, voor bijna niets, werk
laat doen.
De heer BOLSIUS: Ik hoop dat de evaluatie na een jaar oplevert wat wel of
wat niet rechteloos is, wat wel of wat niet goed gewerkt heeft. In ieder ge
val zullen we het na een jaar hopelijk weten.
Een reactie op de Partij van de Arbeid fractie. Natuurlijk, de ideale lijn
volgend zeg je aan welke voorwaarden moet zo'n project voldoen, wat moet
je er allemaal inbrengen, wat zijn de financiële consequenties. Vervolgens
wordt er dan de conclusie aan verbonden dat de D'66-fractie zou zeggen het
zal wel duurder worden dus dan doen we het maar niet.
Het antwoord van de Partij van de Arbeid eindigde met de zinIKwaliteit vóór
geld. Ik denk dat dat ook geldt voor het amendement van de Partij van de
Arbeid, want een amendement dat niet eens behoorlijk is doorgerekend vol
doet ook niet aan de eisen van kwaliteit die wij stellen om het amendement
te steunen.
De heer VAN WIJK:Ik heb vertrouwen in de mededeling van de wethouder waarin
hij toezegt de ontwikkeling in den lande nauwlettend te volgen. Het gaat
immers voor een proefjaar en dan wel met de vraag van de instelling om spoe-