-42- Die gaat namelijk met nadruk in op het afschrijvingsbeleid (kwijtscheldingsbeleid),het verruimen van de funktie van de gemeentelijke credietbank en de kortingsregelingen. Dat zal wel financiële en personele consequenties met zich meedragen, dat zal duidelijk zijn. Het college spreekt hierover uit dat we dat in maart aan u kunnen presenteren. U zult dan een keus dienen te maken. De gedachtes van de PvdA-fraktie, de BSD, D'66 en CDA zullen wij daar ook nader in betrekken. Ik zal verder nog niet ingaan op welke manier wij aller lei afschrijvingsmethodieken en kortingsregelingen zullen gaan toepassen. Ik denk dat dat op dit moment te voorbarig is. Dat moeten wij nog nader bestu deren. De mogelijkheden en de onmogelijkheden hebben wij al wel op een rijtje gezet. Tot die onmogelijkheden behoort het feit dat wij niet een re geling kunnen maken die wij toetsen aan uitgangspunten waar mensen met een minimum inkomen onder vallen vallen. Dat is niet mogelijk, dat wordt verworpen. We zullen individuele toetsing moeten gaan bereiken. Een tweede punt dat ook een punt van discussie gaat worden is de kortingsregeling. Wij willen voorkomen dat men niet stigmatiserend gaat werken t.o.v. bepaalde groeperingen. Je moet ook zien te voorkomen dat de privacy op straat gebracht wordt. Het moet toepasbaar zijn en het moet kunnen werken. De suggesties die vanmiddag gedaan zijn nemen wij over. Wij zullen in maart daar een nota over laten verschijnen. Een derde punt is het milieubeleid. Velen van u -ik denk geen fraktie uitgezonderd- vragen nadrukkelijk aandacht voor het milieu. Ik denk dat ik dat als een verheugend feit mag constateren. Er hebben zich het afgelopen jaar nogal wat ontwikkelingen voorgedaan zowel in wetgeving als op gemeentelijk gebied. Ik mag in herinnering roepen dat vanaf 1 januari 1987 milieutechnisch bodemonderzoek tot wet is verheven. In de volksmond de z.g. gifvrijverklaringen. De heer van der Kallen heeft nog eens aandacht gevraagd voor het HUP-programma, daar kom ik nog op terug. De probleemstoffenaanpak, de milieu-effectrapportage die ook d.m.v. een algeme ne maatregel van bestuur 1 september 1987 van kracht is geworden. De afval verwerking en dan noem ik m.n. Kragge 1- en Kragge 2 problematiek. Misschien een wat ander fenomeen is de milieusubsidiëring voor groeperingen die zich op dit gebied bezighouden. Een en ander is -en dat wil ik benadrukken- zowel in het verleden als nu altijd beleidsmatig aangepakt. Dat is geen probleem. Alleen de integrale aanpak van alle gebieden op dit moment, daar zitten wat lacunes in. Wij kunnen niet voor 100% garanderen dat wij aan alle eisen kunnen voldoen. Als ik me even beperk tot het HUP-programma -dat heeft de heer van der Kallen nogal eens genoemd- dan zie ik in die cijfers toch niet die dramatische ontwikkelingen die hij zegt. Bij de 4 categorieën zoals wij ze momenteel kennen zien we: Categorie 1, de grote bedrijven die minimaal een keer per jaar bezocht moeten worden. 95% van die bedrijven voldoet aan de norm en heeft vergunningen; Categorie 2, daar kunt u onder rekenen timmerwerkplaatsen, garages en dat soort zaken, voldoet en heeft 82% vergunningen. Categorie 3, dat zijn de wat kleinschalige winkels, akker- en tuinbouw, daar zit 67% aan de norm; Categorie 4, die hebben we p.m. genomen omdat daar ook scholen onder vallen en groentehallen, die hebben duidelijk gesproken in dit rijtje minder prio riteit, maar ook daarvan zal ik u de cijfers niet onthouden. Daar is het zo dat 33% aan de normen voldoet. U begrijpt dat wij in deze onderscheiden categorieën prioriteiten hebben aangegeven. Hoe hoger de prioriteit oploopt hoe meer aandacht wij daar aan willen besteden. -43- Pak ik daar voor de vergelijking HUP '83 -toen dat verplicht werd- dan ziet u in de cijfers van de daadwerkelijke controles een gestage groei, zij het - en dat heeft de heer van der Kallen terecht opgemerkt- nog niet optimaal. Een tweede probleem wat ik aan zou willen halen is opgemerkt door de heer Cats, het klein chemisch afval. Ik heb in het verleden al meer gezegd dat we dit niet alleen als gemeente maar streekgewestelijk moeten aanpakken. Streekgewest is een dezer dagen met de notitie uitgekomen. Die zal binnenkort in de onderscheiden commissie aan bod komen. In de notitie worden mogelijkheden geboden. We zullen een keuze moeten doen voor welk model we gaan kiezen en wat hebben we er voor over. Want de heer Cats merkt terecht op dat we het allemaal in onze portemonnee voelen. Wil je het op de beste manier doen, dan zul je het bij de burgers aan huis moeten gaan inzamelen. Zo'n aanpak staan we allemaal voor denk ik, maar het moet financieel ook kunnen. Een ander punt van milieubeleid, de heer Franken duidde daarop. Kragge 1 problematiek en de afvalverwerking. Twee maanden geleden is in de commissie milieu uitvoerig aan de orde geweest wat wij met de Kragge 1 op termijn voorstaan. Er is duidelijk afgesproken dat, zodra de rapportage -die ik u toen ook heb toegezegd- maart/april afgerond is, wij dan nog eens bij elkaar komen. Dan zullen er zaken aan de orde komen die best grote gevolgen kunnen hebben voor de toekomst van ons afvalsysteem. Want wat betekent het in concreto? Provincie heeft op dit moment gezegd, 1 januari 1989 moeten we sluiten. Dat is een bevoegdheid van de provincie, daar kunnen we niet onderuit Anderzijds -en dat hebben zowel in streekgewestelijk verband als gemeentelijk laten vastleggen- willen we wel een naadloze aansluiting hebben op een nieuw te ontwikkelen Kragge 2. U begrijpt er zit een bepaald spanningsveld in. Van de andere kant moet het duidelijk zijn dat wij in onze stortrechten er jarenlang geen rekening mee hebben gehouden dat wij aan een afbouwsituatie hebben moeten toekomen. Die discussie zal nu in alle hevigheid kunnen losbarsten. Ik maak er wel de kanttekening bij dat vanuit de landelijke overheid door middel van het LAP 1 (landelijke afvalstoffen programma) en PAP 2 (van de provincie) de kaders zijn geschapen. Ik vind met u dat vanuit GS met onze situatie rekening gehouden dient te worden. Het kan niet zo zijn dat dat eenzijdig afgewenteld kan gaan worden op de gemeente Bergen op Zoom. Want zoals wij het in maart nog voorstonden dat wij de Kragge 1 zouden kunnen overdragen aan het Streekgewest, die weg is duidelijk afgesneden omdat milieutechnisch gesproken de Kragge 1 gesloten dient te worden omdat hij niet meer aan de eisen kan voldoen zoals een IBC-stortplaats er in de toekomst hoort uit te zien. Een ander kenmerk is het feit dat wij over een 3-4tal jaren -dat is een bericht van de provincie- zullen moeten gaan toegroeien naar 2 afvalverwer kingscentrales in Brabant. Dat betekent concreet dat wij grote delen van ons afval daar rechtstreeks naar toe zullen moeten brengen en dat we dan nog slechts over een beperkte stortcapaciteit -dat in streekgewestelijk verband- mogen beschikken. Dit zijn plannen die nog dit jaar gesanctioneerd zullen gaan worden door de provincie. Die problemen -ik leg ze hier maar duidelijk op tafel- daar krijgen wij mee te maken. Ze zullen behoorlijk veel gevolgen hebben op milieutechnisch- maar ook op financieel gebied. Maar ook de provincie draagt in deze een stuk verantwoording. De heer A. FRANKEN: Het is daarom dat ik u gevraagd heb -en dat is heel essentieel- heeft deze gang van zaken nu effect op de begroting '88 en op de budgetprognose? Die behandelen we vanavond. De heer BAKX, wethouder: Ik heb u geschetst dat we in maart met een totaal

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1988 | | pagina 28