- 8 -
Naast de meer evenwichtige sociale opbouw en financiële aantrekkelijkheid voor
de gemeente kan het zich meer betrokken voelen van deze doelgroep bij het
wel en wee van Bergen op Zoom alleen maar positief werken.
3. Op het westelijk deel van de landtong zou ook zeer goed een kampeerterrein
passen. Geen recreatiepark. Hiervoor denken wij eerder aan de omgeving van
Kijk in de Pot.
4. Er wordt heel moeilijk gedaan door enkele mensen schriftelijk en mondeling
over het kruispunt bij de Coehoornstraat.
Wij zijn er denk ik allemaal van overtuigd dat op dat kruispunt straks ver
keerslichten moeten komen, maar ik begrijp eigenlijk niet zo goed waarom we
daar nu allemaal zo moeilijk over moeten doen. We hebben een aantal maanden
geleden het krediet voor de Boulevardweg goedgekeurd en daar stond dat alle
maal in. Dus degenen die daar nu nog over zeuren zijn eigenlijk bezig met
mosterd na de maaltijd.
Al met al is dit een gebied waarover we praten met vele mogelijkheden en kansen.
Laten we een optimaal gebruik maken van deze kansen
De heer AERTSSEN:Ik schroom bijna om het woord te vragen na al wat al gezegd is.
Ik zal trachten niet in herhaling te vervallen en het kort te houden.
Het moet wel even van mijn hart dat we in de commissie ROVOW uitgebreid, bijna
2\ uur,over dit onderwerp hebben gepraat nadat we eerst een deskundige en zeer
heldere inleiding hadden gekregen van de mensen van de dienst.
Ik moet zeggen dat het onderwerp het wel degelijk waard was om er zo inhoude
lijk kwalitatief en kwantitatief over te praten.
Vanavond kan de raad zich naar mijn mening tot de hoofdlijnen van de notitie
over de Bergse Plaat en de Binnenschelde beperken. Hoofdlijnen die voor de
toekomst van Bergen op Zoom van groot belang zijn.
Het heeft onze fractie nogal verbaasd dat juist de V.V.D. detaillistisch
op dit onderwerp meent te moeten ingaan.
Ik hoop toch echt dat we vanavond niet van gedachten gaan zitten wisselen over
bezonning van de stranden, windrichting voor de surfers, namen van de straten
enz. Het lijkt mij dat deze, overigens uiterst zinnige onderwerpen, beter be
sproken kunnen worden in de commissies.
Welke situatie treffen we thans aan en wat dient hierop het antwoord te zijn.
De verschillende uitspraken van de Kroon en G.S. over uitbreidingsmogelijk
heden van Bergen op Zoom in de Augustapolder en de Bergse Plaat legt beper
kingen op aan de keus van bouwlocaties voor de woningbouw. Deze beperkingen
sterken onze fracite nog meer in de opvatting dat een tweesporig beleid van
nieuwbouwlocaties noodzakelijk is. Enerzijds locaties oppakken in de bestaande
stad en wel op een actieve wijze, anderzijds locaties ontwikkelen aan de be
staande stad. Criteria daarbij dienen te zijn dat de locaties structuur ver
beterend moeten zijn en dat de kwaliteit van de woningbouw voorop dient te staan.
Het is een goede zaak dat het college deze opvatting heel nadrukkelijk deelt
en deze richting opgaat in de uitwerking van de plannen.
Het aantal van 200 woningen dat u nog denkt te kunnen bouwen in de bestaande
stad komt ons overigens erg mager voor.
Ik stel u voor om binnenkort in de commissie ROVOW daar nog eens van gedachten
over te wisselen.
Het totale gebied van de Bergse Plaat en de Binnenschelde biedt ontzettend
grote mogelijkheden. Twee hoofdfuncties voor het gebied zijn in de notitie
vastgelegd en die kunnen wij geheel onderschrijven. Dat zijn de functies van
recreatie en wonen.
Met spreiding van deze functies over het totale gebied kan onze fractie in
grote lijnen accoord gaan. In de commissie ROVOW zijn door onze fractie op
merkingen gemaakt en vragen gesteld over onderdelen van het plan. Ik zal
daar hier niet op ingaan, ik denk dat we daar nog lang genoeg over kunnen
praten.
- 9 -
Ten aanzien van het verder ontwikkelen van de hoofdlijnen stelt onze fractie
wel enkele voorwaarden.
Ten aanzien van het wonen dient voldoende ruimte beschikbaar te zijn, blijven
voor sociale woningbouw, ook na het jaar 2000.
De heer Westerhof maakte gewag van een mogelijke ontwikkeling in de commissie
ten nutte van de Bergse Plaat tot 2000, zonder verder te kijken. Ik denk dat
dat geen goede zaak is. Een mogelijke uitwijking daarna naar de Augustapolder
is volgens mij een onmogelijke opgave.Dat wil zeggen een planologische re
serve inbouwen op de Bergse Plaat, ook na 2000, zoals naar ik heb begrepen
alle partijen in deze raad hebben voorgestaan.
Een tweede punt ten aanzien van het wonen is dat er vrij snel een redelijk
voorzieningenniveau aanwezig moet zijn.
Verder dient naar de mening van onze fractie terughoudend te worden opgetreden
bij de uitgifte van grote kavels. Eerst zullen de algemene consequenties van
zo'n beleid voor het gehele gebied bekend dienen te zijn.
Ten aanzien van de pioniersvestigingen heb ik begrepen dat een pioniersvestiging
toch wel iets anders inhoudt dan wat de heer Westerhof suggereerde.
Er zijn voorbeelden van ten lande, maar dat gaat iets verder. Dat betekent
gewoon dat je ergens ophoudt met de weg en dat de mensen verder maar zien dat
ze ergens uitkomen. Dat is een wat moeilijker opgave dan thans door u ge
suggereerd wordt.
Dan wat betreft de recreatie. Er moet aan kleinschalige recreatie worden ge
dacht en ten tweede moet het gebied een zo groot mogelijke toegangkeiijkheid
bezitten voor het publiek.
Wij staan in hoofdzaak positief tegenover het door u uitgestippelde planolo
gische beleid, maar meer moeite hebben wij met de financieel-economische
aspecten van het plan.
In feite spelen twee zaken van financiële aard hierin een hoofdrol.
Ten eertse de strop van 4,9 miljoen die geleden wordt in de Augustapolder
en ten tweede de ontwikkeling van de Bergse Plaat als zodanig waarbij de
hoop dat de financiële prognose parallel loop met de stedebouwkundige ont
wikkeling.
In de commissies ROVOW en EZ hebben de beide portefeuillehouders meer inzicht
gegeven in de financiële situatie. Onze fractie blijft echter het meest be
zorgd over de strop van 4,1 miljoen welke bedrag wellicht geheel of ten dele
verhaald kan worden bij de hogere overheden. Bedragen die niet vergoed worden
blijven ten laste van het grondbedrijf en kunnen uiteindelijk wellicht ten
laste komen van de algemene dienst. Zo'n ontwikkeling zou rampzalig zijn voor
de gementelijke financiële situatie.
Onze fractie gaat er voorshands van uit dat onder leiding van de heer Stuart
zo'n ontwikkeling voorkomen gaat worden, wij hebben daar het volste vertrouwen
in. De eventuele strop ten gevolge van de ontwikkeling in de Augusta-polder
laat onverlet dat ook ten aanzien van de Bergse Plaat kosten zijn gemaakt
en deze via een grondexploitatie terugontvangen moeten worden.
Ten aanzien van deze exploitatie zijn de planologische uitgangspunten zoals
door het college geschetst, uitermate acceptabel.
Bij de financiële uitgangspunten zult u steeds het geleden verlies in de Augusta
polder in gedachten moeten houden en moeten trachten een zo hoog mogelijke op
brengst van de grond op de Bergse Plaat te verkrijgen. Ik meen dat dit alles
in het belang is van de gehele Bergse bevolking.
Samengevat kunnen wij ons vinden in het besluit wat u ons net heeft aangereikt
met nogmaals aandacht voor de voorwaarden die we gesteld hebben ten aanzien
van het wonen en de recreatie.