- 6 - 14. Vaststelling nota inzake ontwikkeling Markiezaatsgebied. De heer VAN DER KALLEN: De BSD heeft wel voldoende tijd gevonden om de nota inzake ontwikkeling Markiezaatsgebied te bestuderen. Wij kunnen de in de nota geschetste kaders voor de invulling van het gebied onderschrijven. Zij bieden naar onze mening voor alle vormen van woningbouw en voor alle mogelijk denkbare kavelgrootten ruimte.Wij delen echter wel de zorg die de VVD in krantenpublicaties kenbaar heeft gemaakt inzake de ont sluiting van het gebied langs Kijk in de Pot en de Coehoornstraat. Wij ver wachten van het college dat hiervoor te gelegener tijd een goed plan wordt ontwikkeld en zien dan ook de plannen met nadere uitwerking van dit gebied met belangstelling tegemoet, waarbij opgemerkt zij dat wij het bouwen van slechts ca. 1250 woningen in de gesubsidieerde sector tot het jaar 2000 een te bescheiden bouwprogramma vinden voor Bergen op Zoom. Dit zeker ten opzichte van de Roosendaalse bouwplannen.Dit zeker in het licht van onze huidige jaar lijkse contingenten die in deze plannen dus gehalveerd zullen worden. De BSD vindt dit, gezien de wachtlijst voor woningzoekenden, vreemd. Wij springen met deze ons inziens historische stedelijke uitbraak in zuid westelijke richting zowel qua ruimtelijke ordening als qua financiën in het diepe. Wat Bergen op Zoom roet het Markiezaatsgebied wil is ambitieus op velerlei gebied. Wij onderschrijven die ambitie omdat de BSD denkt dat groei en voortvarendheid de beste weg is om aan de toekomst van onze stad te bouwen. Wij onderkennen de financiële risico's en aanvaarden die omdat wij vertrouwen hebben in de potentie van het gebied. De heer VAN DE WATER: In eerste instantie een woord van dank voor de vaststel ling en de ontwikkeling van de nota. Wij vinden de nota een waardevol stuk. Er is veel aandacht aan besteed wat ook blijkt uit de toelichting van de dienst die we hebben gehad. Wij vinden de plannen zowel op het gebied van stedebouwkunde als van ruimtelijke ordening zeer goed. U kent echter onze bedenkingen en daarin komt, ondanks het feit dat we nu roet onze rug tegen de muur staan gezien de besluiten die al genomen worden, geen verandering. Het zou nu makkelijk zijn om te zeggen het is een mooi plan en we gaan daarin mee. We hebben altijd gezegd dat we van iedere stedebouwkundige kunnen be grijpen dat hij daar wil bouwen. Wij hebben altijd beargumenteerd waarom wij dat niet willen. Ik wil er niet langer op ingaan. Wij willen in eerste instantie de nota voor kennisgeving aannemen, maar het besluit wat U als aanvulling gegeven heeft daarvan constateren wij dat wij het eens zijn met punt 2 en aantekening vragen te hebben tegengestemd op punt 1 3 en 4. De heer BOLSIUS: In het verleden heeft de D'66 fractie in de gemeenteraad met forse reserve gereageerd tegenover alle plannen die er waren om op de Plaat te bouwen. Reserve omdat het D'66 standpunt altijd is geweest dat een plano logische reserve daar verantwoord was maar dat het besluit tot bouwen pas ge nomen mocht worden als de noodzaak daarvoor aanwezig was. Planologische reserve die ieder jaar duidelijk in betekenis begon toe te nemen omdat de cijfers van de toekomstige woningbehoefte een verval te zien gaven die ik met het volgende wil illustreren.1984 - ik heb de nota bij me - 4850 woningen voor Bergen te bouwen, 1985 - een geëvalueerd streekplan 3450 woningen. Dat zijn er "maar" 1400 minder in een jaar tijd. Het KB van 11 oktober 1986 waarbij de Kroon het oude bestemmingsplan vernietigt, spreekt van ca. 1550 maximaal 2200 woningen te bouwen in Bergen op Zoom in de komende jaren, tot het jaar 2000. Als U met dit tempo de cijfers omlaag ziet gaan dan zullen wij ons in 1990 moeten beraden over de vraag welke wijken we van huizen gaan ont doen want dan is er sprake van een negatieve cijferreeks. Ik denk evenwel dat op dit planologisch drijfzand we ook rekening moeten houden met een paar vaste factoren, waar ik gelukkig de afgelopen weken net nog de tijd heb kunnen vinden om die proberen te inventariseren. 7 De natuurlijke groei, gezinsverdunning, landelijk beleid en de onzekere factor van migratie. Alles bij elkaar zouden die vaste factoren een 1250 woningen, op de Plaat de bouwen, rechtvaardigen. Dat maakt dat wij ten aanzien van dit plan onze reserve om te zeggen - niet bouwen - opgeven en stellen dat op dit moment die 1250 woningen een verantwoord getal is, temeer omdat het plaatje financieel sluitend is met de cijfers zoals ze thans geproduceerd zijn. Er is maximaal rekening gehouden met de bescherming van het natuurgebied ten zuiden ervan. U had trouwens niet anders gekund want wat zegt het K.B. "dat er een voldoende ruime overgangszone moet worden aangehouden naar de zuid zijde. Ik denk dat, gegeven ook de ondoordringbaarheid die in de plannen voor deze zone staat, het een goede zaak is. Dan denk ik dat er nog restvragen zijn, restvragen zoals o.a. ontsluiting van de Plaat, die onze aandacht verdienen. Restvragen die evenwel vanavond niet beantwoord behoeven te worden, maar in de komende planologische ontwikkeling - totdat het bestemmingsplan wordt aangeboden - wel een oplossing vragen. Zo ook enkele andere suggesties zoals die gedaan zijn door de VV.D-fractie Ik denk dat die ook de komende maanden antwoord verdienen en in het bestem mingsplan eventueel verwerkt kunnen worden. U merkt het, wij hebben onze aanvankelijk zeer aarzelende en negatieve houding opgegeven. Wij denken dat wij op dit moment, met de huidige stand van cijfers, met alle reserves die wij hebben, ten aanzien van de plannenmakers niet anders kunnen dan ja zeggen tegen deze in gang gezette ontwikkeling. De heer WESTERHOF: Ik ben in de eerste plaats erg blij met deze woorden van bekering. Onze opmerkingen zijn de volgende: De fractie kan instemmen met hoofdlijnen van de ontwikkeling van dit gebied zoals voorgesteld in de nota. Bergen op Zoom krijgt met deze landtong er een zeer aantrekkelijk grondgebied bij met vele mogelijkheden. Ondanks de bezwaren van allerlei groeperingen en actiegroepen, ook ondanks de bezwaren van een aantal raadsleden, was realisering toch mogelijk en daar zijn we nog steeds blij om. Verdere invulling van dit gebied zal plaatshebben via een bestemmingsplan waar bij op enkele details dan door ons nader zal worden ingegaan. Een aantal punten die ons inziens nu al meegenomen dienen te worden bij de ver dere uitwerking zullen we nog graag aangeven als volgt: 1Wij zullen bij het bestemmingsplan met veel wijsheid en beleid de diverse mogelijkheden moeten onderzoeken en tegen elkaar afwegen. Wij moeten ons realiseren dat het gemeentebestuur hierbij op twee stoelen zit. De ene stoel die van grondzaken is er mee gebaat dat alle gronden zo spoedig mogelijk in exploitatie komen en dan bedoelen we toet name het westelijk deel van de landtong. Hierbij ligt dan de nadruk op de financiële kant van de zaak, een rentevoordeel op korte termijn. De andere stoel is die van het gemeentelijk belang in ruimere zin, ook econo misch gezien op wat langere termijn. De keuze tussen die twee invalshoeken dient ons inziens dan niet te zijn óf. óf, maar ènèn. 2. Onze fractie acht het van groot belang dat naast de sociale woningbouw er binnen onze gemeente nu eindelijk ook eens grond beschikbaar komt voor de vrije sector en dan tegen redelijke prijzen die goed in de markt liggen. We denken hierbij dan binnen die vrije sector aan twee soorten; enerzijds bin nen het geplande woongebied een aantal kavels, maar daarnaast ook in het weste lijk deel wat grotere kavels tegen aantrekkelijke prijzen en met een minimum aan infrastructuur, de zog. pionierswoningen. Het zou een goede zaak zijn voor Bergen op Zoom als het hogere personeel van onze bedrijven en instellingen niet meer aangewezen is op de omliggende ge meenten doch dat ook onze stad aan hun wensen kan voldoen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1987 | | pagina 75