- 46 -
tingen als die van het College, dunkt ons.
De nota van mevrouw Ambagts en de heer van der Kallen is thans inderdaad
niet aan de orde, daar zullen we een volgende keer over spreken, dan gaat
het over de konkrete keuze voor middelen, wel daar spreken wij thans
inderdaad niet over maar het is natuurlijk evenzeer een geschreven stuk en
bij u bekend stuk, dus als u dat in uw beschouwingen wilt betrekken heb ik
geen formele reden om u daarom te onthouden zoals ik vind dat er op dit
terrein niet te veel formele bepalingen zouden dienen te zijn.
Wel, ik hoop hiermee aangegeven te hebben, mevrouw Noorman, dat wij wel
voor een wat merkwaardige procedure moesten kiezen omdat het immers in
maart mosterd na de maaltijd zou zijn, dan was de zaak of achter de rug
of zou niet hebben kunnen doorgaan en wij wilden daarover gaarne op voor
hand duidelijkheid ook aan u verschaffen en u de mogelijkheid bieden om
in de diskussie te participeren. Ik heb u, hoop ik, duidelijk gemaakt dat
het niet een besluit geweest is wat heel evident was, er is een lange
diskussie in het College aan vooraf gegaan om tot de grensbepaling te komen
waarvan ik hoop dat de grens u min of meer duidelijk is geworden.
Dames en heren, zo ligt het bij het College, een demokratisch systeem
brengt nu eenmaal ook met zich mee dat men eikaars standpunten aksepteert.
Ik heb u, dunkt me, van de zijde van het College, maar ik geef gaarne andere
leden van ons College nog de gelegenheid om daar iets aan toe te voegen,
gezegd tot welke afweging wij gekomen zijn en aan u is nu de keus. Datgene
wat ons bindt, is natuurlijk op zichzelf veel bela ngrijker dan datgene
wat ons scheidt en wat ons bindt is het morele oordeel wat u uitgesproken
heeft over het systeem van apartheid en ik denk dat het dan nu aan u is om
tot een verstandige keus te komen over welk middel u daarbij passend vindt.
De heer BOLSIUS: Voorzitter kunt u in uw realctie in eerste termijn ook
aangeven wat het Collegestandpunt is ten aanzien van het amendement zoals
wij dat ingediend hebben om dit bedrag te reserveren voor een doel in
Z. Afrika. Ik realiseer me dat wij u verrassen met het amendement maar ik
denk dat het College nu net zo verrast wordt als de commissie Fin. met dit
voorstel
De VOORZITTER: Bij wijze van orde, ik heb toch de indruk dat het voorstel
van het College het meest vérstrekkend is, als we eerst tot enige menings
vorming op dat terrein kunnen komen, is het daarna meer een kwestie van
een nader middel kiezen of men het voor een specifiek projekt wil bestem
men of voor het andere projekt. Daarmee geef ik u geen antwoord op de
vraag, ik realiseer me dat ook wel, maar ik wil daar ook wel een wat
opener diskussie tussen het College en uw Raad van maken door de andere
leden in de gelegenheid te stellen hun mening te geven.
De heer DEKKERS, wethouder: Voorzitter, ik denk dat het voorstel van de
fraktie van D'66 best een voorstel zou kunnen zijn wat de moeite van het
overwegen waard is, maar niet geplaatst moet worden, denk ik, tegenover
dit voorstel. Ik denk dat het voorstel van het College een bepaalde situ
atie hier ter plaatse ondersteunt en dat je ook met elkaar kunt diskus-
sieren of je een situatie in Z. Afrika moet ondersteunen is denk ik, een
duidelijk andere zaak van een andere orde en derhalve lijkt het mij het
juiste dat we ons vanavond beperken tot de thans voorliggende begrotings
wijziging.
De heer WESTERHOF: Een paar korte opmerkingen, meneer de voorzitter. Op
de eerste plaats in de richting van mevrouw Ambagts en de PvdA-fraktie
- 47 -
Als men daar zegt het is een onjuiste gang van zaken om als we hier over
een subsidie aan een manifestatie praten, dat je de notitie daarbij be
trekt, dan zeg ik nee, we hebben hier een voorstel wat gaat over subsi
die voor voorlichting, maar die voorlichting wordt dan wel gebracht door
een groep die deze nota heeft uitgebracht.
De heer VAN DER KALLEN: Meneer de voorzitter, dat is onjuist. De nota is
van de sub-groep politieke partijen en de kampagne
De heer WESTERHOF: U kunt me nog veel meer vertellen maar ik vind het in
ieder geval een eenzijdig samengestelde groep en ik voel er geen pest voor
om de
De heer VAN DER KALLEN: Het CDA heeft alle mogelijkheden gehad om ook tot
die groep toe te treden.
De heer WESTERHOF: Meneer van der Kallen zou u nou op uw beurt willen
wachten en mij eens even gewoon uit laten praten!
De heer VAN DER KALLEN: Ilc dacht dat interrupties mochten!
De heer WESTERHOF: Ik voel niks er voor om de voorlichting over een derge
lijk moeilijk onderwerp over te laten aan een zo eenzijdig samengestelde
groep die een zo aparte mening heeft.
Wat het voorstel van D'66 betreft, als wij dus als Raad besluiten om die
1500,- niet voor dit doel te besteden dan branden die centen, denk ik,
toch niet zo hard in de zak dat we zo nodig iets anders moeten vinden en
als er dan een voorstel komt voor een bewustmakingsproces in Z. Afrika
en ik hoor van de overkant juichend "ANC" noemen, dan hoeft dat voor mij
helemaal niet en ik ben het dus wat dat betreft, ook helemaal niet eens
met wethouder Dekkers.
Mevrouw VAN DE PUTTE: Voorzitter, even ten aanzien van de heer Westefr'of,
ik heb natuurlijk ook twee andere voorbeelden genoemd, het voorbeeld wat
D'66 heeft gedaan ten aanzien van een liberaal dagblad en datgene wat
het Juvenaat nu aan akties pleegt dus er zijn meer mogelijkheden.
Naar aanleiding van de reaktie van wethouder Dekkers, begrijp ik goed
uit het verhaal van de wethouder, kan ik daar uit verstaan, een toezegging
om deze 1500,wanneer dit voorstel, het huidige collegevoorstel
niet wordt aangenomen, bespreekbaar te maken in de commissie om daar
gezamenlijk met de Raad, dus ook met het CDA van de heer Westerhof, een
gezamenlijk doel voor te bedenken?
De heer VAN DER KALLEN: Meneer de voorzitter, toen de sub-werkgroep poli
tieke partijen tot stand kwam zijn er naar alle politieke partijen in
Bergen op Zoom en ik dacht zelfs naar alle raadsleden afzonderlijk, uit
nodigingen verstuurd om daaraan deel te nemen. Helaas moesten we konsta
teren dat het CDA, de VVD, GB/SP en zo ook bleek D'66 niet de behoefte
hadden op dat moment te participeren in die sub-werkgroep. De nota, die
nu op tafel ligt en waarover de heer Westerhof klaarblijkelijk wenst
te spreken althans hij heeft hem op tafel gelégd, die komt uitsluitend van
de sub-werkgroep politieke partijen. Maar ook een heleboel andere groepen
van personen doen er aan mee, er zijn sub-werkgroepen volksgezondheid, nou
ik kan de hele rij wel weer opnieuw op gaan noemen, maar er zijn een zes
tot zevental subgroepen waaronder onder kerken. Ook de Vincentiusvereni-
