-8-
verkoop aan General Electric van 90 ha industrieterrein niet anders gezien
worden dan als een zeer belangrijke beslissing voor Bergen op Zoom.Het is
duidelijk dat voor ons bijna geen industriegrond meer overblijft. De
financiële koppeling met de Randweg-Zuid spreekt ons zeer aan. Straks vormen
de randwegen een bijna volmaakte ring rond Bergen op Zoom.
Met het college spreekt de VVD-fraktie de wens uit dat ook de voltooiing van
de Woordelijke Zoomweg niet lang op zich zal laten wachten, evenals de
Zuidelijke Zoomweg richting Antwerpen. De uitbreiding van G.E. heeft
vanzelfsprekend voor Bergen op Zoom vele consequenties.
De VVD-fraktie is van mening dat de raad op korte termijn op grond van een
door u toegezegde structuurnota besluiten zal moeten nemen over de
mogelijkheden van verdere gronduitgiften aan nieuwe diverse kleine
produktiebedrijven.
De enorme investering van General Electric, de spin-off voor talrijke toele
veringsbedrijven, de werkgelegenheidsimpulshet effect op de huisvesting,
scholing enz. zijn voor Bergen op Zoom, ook economisch gezien, een prima
opsteker. Overigens hebben wij gisteren in de NRC kunnen lezen een interview
met de heer Schmittmann, dat de uitbreiding op het nieuwe stuk pas in 1993
gestalte krijgt.
Over de milieu-aspecten het volgende: Het college heeft ons bezworen dat nog
niets bekend is over die werkelijke bouwplannen van G.E.. Ons is dan ook
onduidelijk of de nota Gronduitgiftebeleid 1980 nu geheel van de baan is of
slechts voor deze grondverkoop opzij gezet. De raadsuitspraak van het zgn.
stand-still principe spreekt de VVD-fraktie nog steeds aan; sterker nog wij
wensen daarvoor alsnog vast te houden.
Wij zijn ons ervan bewust dat de provincie belast is met de
vergunningverlening voor General Electric, waarbij de gemeente slechts een
adviserende taak heeft. Toch vraagt de VVD-fraktie zich af of de afd. Milieu
in onze gemeente voldoende middelen en menskracht heeft om:
a. zowel voornoemde adviesfunctie te vervullen en
b. de vergunningverlening en controlewerkzaamheden, die ongetwijfeld door de
spin-off van General Electric met opslag en expeditie enz. adequaat aan
te kunnen.
Op al eerder gestelde vragen door de VVD-fraktie heeft het college
toegezegd met een voorstel te komen. Wij vertrouwen er op dat dit voorstel
het le kwartaal van 1988 in de raad aan de orde kan komen.
De VVD-fraktie is van mening dat het college bij de provincie met klem moet
aandringen op een andere opzet van de provinciale milieubehartiging. Temeer
daar deze G.E.-uitbreiding duidelijk maakt dat West-Brabant een concentratie
van grote bedrijven in huis heeft, die direkt aandacht moeten kunnen
krijgen. De VVD-fraktie vindt dan ook dat bij de provincie de minimale eis
stationering van een meetwagen in deze regio gesteld mag worden.
Meneer de voorzitter, financieel en economisch is deze grondverkoop aan G.E.
voor Bergen op Zoom zeer belangrijk. Met belangstelling en vertrouwen zien
wij de door u toegezegde voorjaarsnota over de wijze van financiering
tegemoet.
Rest ons, het bedrijf General Electric, uw college en de raad te feliciteren
met deze voor Bergen op Zoom zo belangrijke transactie.
De heer VAN DE WATER: Ik wil om te beginnen zeggen dat ik moeilijk
enthousiast kan zijn over het lokatiegebeuren van General Electric. Ik zal
ook zeggen waarom. Ik ben een van de tegenstanders geweest tegen de komst
van G.E. naar Bergen op Zoom op grond van de lokatie t.o.v. de
woonbebouwing. Ik betreur het nog steeds dat het bedrijf in zijn totaliteit
naar Bergen op Zoom gekomen is. De omstandigheden zijn duidelijk verbeterd.
Ik vind in een klein land als Nederland waar men toch inrichtingsplannen
-9-
heeft door de centrale overheiddat men die gebieden die men bestemt voor
grootschalige industrie daar ook voor dient te gebruiken. Andere gebieden
moet men benutten voor dat doel waar ze mijns inziens beter voor geschikt
zijn.
Na realisering van het project mag men niet verwachten dat de problemen in
Bergen op Zoom opgelost zullen zijn. De werkeloosheid zal ook dan hetzelfde
zijn. Alleen denk ik dat de financiële middelen om een en ander te
realiseren voor de bevolking een goede zaak zijn.
Op dit moment kiest de gemeente Bergen op Zoom voor een verdere industriali
satie van dit gebied. Op dit moment een goede zaak denk ik, alleen moeten
we in Bergen op Zoom ook attent zijn op het feit dat we tussen Europoort en
het Antwerpse toch een groene long proberen te houden en niet zodanig door
moeten gaan dat we tezijnertijd -en dan praat ik toch over een tiental
jaren bij een realisering van de Zoomweg e.d.- een soort 2e Ruhrgebied
zouden kunnen krijgen. Op dit moment klinkt het misschien erg belachelijk
maar in mijn overwegingen hou ik daar rekening mee en ik denk dat Bergen op
Zoom toch moet proberen een gedeelte van die groene long tussen die grote
industriegebieden te handhaven.
Zorgen maak ik mij op dit moment over de milieu-aspecten, de
waterleveranties. Je kunt nu wel zeggen dat is een taak van de ENWA. Maar in
Bergen op Zoom hebben we daar toch als gemeente nog een klein woordje in
mee te spreken. Ik hoop dat de waterleveranties van de Mondaf verder
geregeld worden met de Noord West -Brabantse, het afvoerwatersysteem
rioleringen straks. Er wordt gemakkelijk gesproken over aansluiting van de
Konijnenburgweg. Ik denk, dat als we denken aan het huidige persstation
van onze gemeente, dat daar toch ook een aantal problemen te voorschijn
kunnen komen.
Op dit moment denk ik dat het financieel en economisch een goede zaak voor
Bergen op Zoom is dat het bedrijf er nog niet is. Het gouden ei voor Bergen
op Zoom is nog niet gelegd, ik vind het wel een zeer waardevol ei. Ik wens
daarom het gemeentebestuur van Bergen op Zoom van harte proficiat met de
komst van dit bedrijf naar Bergen op Zoom.
De VOORZITTER: Dames en heren, naar aanleiding van de door u gemaakte
opmerkingen -zo hebben wij in het college afgesproken- zal ik trachten
namens -uiteraard- het gehele college in eerste instantie over een aantal
zaken het woord te voeren.
We zijn u uiteraard dankbaar voor de complimenten die u aan ons adres hebt
willen zenden.
Uw bespiegelingen over deze zaak hebben zich denk ik op 2 terreinen zeer in
het bijzonder afgespeeld. Dat is om te beginnen het terrein van de
ruimtelijke ordening. Vragen zijn door allen gesteld naar de nieuwe
structuurschets, wij werken daaraan. Wij werken op dat terrein aan oplossing
van deze problematiek, uiteraard niet alleen. Het merkwaardige fenomeen doet
zich voor -de heer Ronnes wees daar ook op- dat geloof ik morgen in de-
statencommissie het structuurschema bedrijventerreinen wordt behandeld,
waarin als u thans dit besluit neemt -en alles lijkt daarop- inmiddels voor
een belangrijk deel voor wat betreft de regio Bergen op Zoom verouderde
informatie zal blijken te zijn opgenomen.
Uiteraard zullen we met het provinciaal bestuur ook op dat terrein willen
spreken om te kijken welke richting wij op moeten gaan. Dat uw raad, hetzij
als zodanig of door middel van de commissies daarbij betrokken zal worden
dat spreekt voor zichzelf.
Een tweede probleem wat door allen genoemd is, is het terrein van het
milieu. Ook in de commissie algemene zaken hebben we daar uitgebreid en
naar mijn mening ook heel constructief met elkaar over gesproken.
Het verheugt mij op zichzelf dat wij ondanks de twijfels en de vragen die op