-20-
Ik denk dat, en dat heeft u duidelijk uit ons voorstel kunnen halen, dat
opzet van een methadonprogramma ons ook grote zorgen baart omdat de deskun
digen die wij geraadpleegd hebben, - je zou toch op zijn minst kunnen zeggen-
genuanceerd over dit middel denken. Sommigen in positieve zin en sommigen in
negatieve zin. Echt helemaal afwijzend of helemaal positief is niemand maar
het zit er allemaal zo net tussenin. Een ding werd daar wel duidelijk over,
dat je inderdaad, als je er voorwaarden aan verbindt, dat ook moeten verzame
len in één coördinatiepunt. Ook reacties van huisartsen zul je daar moeten kun
nen samenbrengen. Het betekent nogal wat voor de instellingen die momenteel op
dat gebied bezig zijn. Je zult één coördinatiepunt, want dat ben ik wel met de
sprekers eens, moeten hebben. Gebeurt dat niet dan zal een verslaafde toch
kost wat kost van het ene punt naar het andere gaan om toch aan zijn -wat wij
dan proberen te voorkomen- noodzakelijke behoefte op die middelen in te willen
halen.
De heer van der Stoel had een reactie op de commissie dat die uitgediscussieerd
was. Hij maakt nu ook een aantal opmerkingen over de methadon en de straathoek
werker. Ik denk dat het verstandig is dat wij in de voortgangsrapportage daar
op die twee punten het methadonprogramma en het straathoekwerk nog eens nadruk
kelijk ingaan. Laat het duidelijk zijn dat wij zoals het hier staat aanstelling
straathoekwerker voor etnische minderheden bij het M.C.A.D. op dit moment wel
overeind willen houden. Ik sluit niet helemaal uit dat in de voortgangsrappor
tage een en ander wel eens in de praktijk achterhaald kan zijn of dat er een
andere modus gevonden wordt.
Ik ga er wel van uit dat wij op dit moment zoeken zoals wij hebben uitgezet,
dus aansluiting bij het M.C.A.D..
De VOORZITTER: Ik zou nog een opmerking willen maken in de richting van de heer
van der Kallen. Wij hebben, ik denk dat dat inmiddels twee jaar geleden is het
kan ook iets langer geleden zijn, in de commissie voor Algemene Juridische Za
ken een keer met de Officier van Justitie die in het arrondissement speciaal
belast is met de opsporing naar drugs, een discussie gevoerd over de priori
teitsbepaling van de opsporing. Bij die gelegenheid zijn wij in die commissie
tot deze uitgangspunten gekomen. Op zichzelf vonden we daarmee niet iets nieuws
uit want ook in nota's van ik denk dat het minister Korthals Altes van Justitie
geweest is, vindt u dat tot een dergelijke prioriteitenbepaling is gekomen na
dat daarover uiteraard in het Parlement uitgebreid gesproken is.
Ik zou nog een tweede opmerking willen maken. De heer van Wijk vreesde dat er
een tegenstelling zou kunnen of dreigen te ontstaan tussen de twee centrumge
meenten in het Streekgewest en de andere kleinere gemeenten. Daarvan is tot op
dit moment niets gebleken. Er is ook in de adviescommissie op dit moment geen
aanleiding om dat te veronderstellen.
Dames en heren dan komen we nu aan de tweede termijn.
Voor een goed begrip de straathoekwerker en het onderbrengen daarvan is het
misschien toch goed om nog eens even naar blz. 760 te kijken waar bij u van
verschillende kanten daar een verschillende uitleg aan gegeven is. Ik wijs
er met nadruk op dat op pag. 760 een gedachtengang staat weergegeven waarvan
nog niet een uitkomst bekend is. Voor het overige mag ik u wel naar die passage
daar bovenaan verwijzen.
De heer BOLSIUSHet is zo dat met name de organisatorische plaats van de
straathoekwerker mij de nodige aanleiding geeft tot het maken van bedenkingen
ook al spreekt u over een gedachtengang en ook al wil de heer Bakx daarover
iets overeind houden. Het is zo dat het al of niet overeind houden van iets
mede tot stand komt door de druk die daar op uitgeoefend wordt en die druk wil
ik nog een keer vergroten. Een druk die al eerder verwoord is door de heer Ron-
nes en de heer van der Stoel. Het is zo dat als u spreekt over een administra
tieve plaatsing bij de M.C.A.D. een praktische tewerkstelling bij de Sosjale
Joenit en een gemeentelijk coördinator die wellicht zijn arbeidstijden coördi
neert, dan moet ik constateren dat dit een uitermate moeilijk werkzame situatie
-21-
1 ijkt te worden. Als het dan zo is dat u zegt: "Ik wil dit voorlopig overeind
houden"., dan wil ik u toch voordat er enige praktische uitvoering gegeven
gaat worden overwegen om hier een eind aan te maken. Dit lijkt mij voor een zo
ingewikkelde taakstelling een te ingewikkelde organisatie.
De heer DEKKERS, wethouder: Misschien voor alle duidelijkheid. U hebt er al op
gewezen. In de besprekingen is afgesproken dat de aanhaking administratief-
technisch bij M.C.A.D. zou plaatsvinden. De opdracht en de taakomschrijving
en het werk wat de desbetreffende straathoekwerker bij eventuele aantrekking
zou moeten gaan doen, zou gezamenlijk door de M.C.A.D. en de Sosjale Joenit
gemaakt worden. Daar zou ook een gemeentelijke vertegenwoordiger aan deelnemen.
Misschien nog wel meerdere geledingen dat is niet helemaal uitgediept.
Dat betekent, dat door de vorming van een begeleidingsgroep, waarvan - en zo
staat het hier ook- een gemeentelijk functionaris eventueel de leiding heeft,
die zal ook kijken hoe de werkzaamheden worden uitgevoerd. Dat is dus toch een
wat ander beeld dan in deze raad werd geschetst en verondersteld. Daar heeft
de voorzitter op gewezen. Wij denken dat we op die wijze zo optimaal mogelijk
tot het laten uitvoeren van het straathoekwerk zouden kunnen komen.
Althans, dat waren ook de gevoelens van de groep die mede aan de opstelling
van deze nota heeft gewerkt.
De heer BOLS I USEven een interruptie. Gezien de aard van de interruptie
moet ik nu toch constateren dat door twee portefeuillehouders weliswaar een
subtiel maar toch een duidelijk verschil in uitleg nu al gegeven wordt. Waar
door ik zeg daaruit blijkt hoe moeilijk deze gekozen oplossing is. Ik zou er
voor willen pleiten de uiteindelijke opdrachtgever één instantie te laten zijn.
Mevrouw VAN DORT: Naar aanleiding van de discussies het volgende in de tweede
termijn. Wij zien eigenlijk de nota meer als een leidraad om in de onderhande
lingen te benutten. De hoofdzaak is meer rijksmiddelen voor de aanpak van de
problemen. Het CDA steunt eigenlijk alleen de methadonverstrekking echt onder
stringente voorwaarden. Via de commissies komen de randvoorwaarden en criteria
ter bespreking, de vaststelling in de raad daar hechten we ook wel waarde aan.
Dit zullen we dan kritisch volgen om de reden dat we echt zijn voor methadonver
strekking en alleen het voorstaan om de verslaving te doorbreken, om daar al
leen de methadon voor te gebruiken.
De heer VAN WIJK: Inderdaad proefde ik ook wat nuanceverschillen t.a.v. de
uitleg van de straathoekmedewerker en de instellingen die de werkzaamheden van
die straathoekmedewerker moeten dekken. Als het antwoord van de heer Dekkers
-en daar twijfel ik niet aan- helemaal juist is dan ben ik wel tevreden t.a.v.
administratief en waarschijnlijk ook juridisch onderbrengen bij M.C.A.D..
Mag ik het dan zo vertalen dat mogelijkerwijze ook nog de praktische uitvoering
bij de Sosjale Joenit terechtkomt.
Meneer Bakx, ik heb zojuist in eerste termijn gesproken over de straathoekmede
werker uit Rotterdam. Dat is een medewerksterZij heeft het de laaste jaren zo
goed gedaan dat zij enkele dagen geleden de "Rein Roethof prijs" heeft gekregen.
Dat is een prijs die ingesteld is voor het meehelpen de kleine criminaliteit
te bestrijden.
De heer RONNES: Dus meer dan verslaving meneer van Wijk.
De heer VAN WIJK: Ja, maar het een volgt op het ander, veelal wel.
De heer RONNES: Ik schrok van de reacties van drie leden van het college omdat
ik vond dat ik een helder voorstel heb gedaan en er wordt verschrikkelijk moei-
1 ijk over gedaan. Voorzitter als u zegt op blz. 760 staat een "gedachte", zou
ik willen zeggen op blz. 762 staat wat wij vanavond besluiten. Dat betekent
aanstelling bij het M.C.A.D.. Als u nu zegt dat is nog een gedachte -ik hoorde
wethouder Bakx dat ook zeggen, wij komen daar in onze voortgangsrapportage
misschien nog wel op terug- dan vind ik dan moet u dat ook niet besluiten en