- 52 -
24, Voorstel tot het uitspreken van een intentieverklaring inzake het aangaan
van een publiek-private samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente
Bergen op ZoonTen B.V. ProjektontwikkeTlngs Maatschappij AMRO.
(Verzameling 1987, nr. RO/134)
De heer A.J. FRANKEN: Dit voorstel, waarbij wij de intentie uitspreken met
de ontwikkelingsmaatschappij AMRO in zee te gaan voor herstructurering en
daardoor versterking van de winkelstructuur achten wij een belangrijke be
leidsbeslissing. Het is ongetwijfeld een goede zaak de nodige kennis en er
varing in huis te halen. Het is prima het particuliere initiatief in te scha
kelen en als zodanig kan de intentie in principe onze instemming hebben.Wel
vinden we dat de uitwerking van deze intentie en door het college en door de
raad zorgvuldig bestudeerd moet worden. Natuurlijk binden zich in een over
eenkomst de partijen maar het kan niet zo zijn dat er dadelijk geen ruimte
meer is voor deze raad. Naar mijn oordeel kan het ook niet zo zijn dat risico
aanvaarding bij voorbaat door de gemeente gedeeld wordt. De gedachten achter
dit voorstel zijn zeker lofwaardig maar de uitwerking zal bijzonder goed dienen
te gebeuren. Wij aanvaarden deze intentieverklaring en nemen aan dat, mocht de
uitwerking onverhoopt niet de instemming van deze raad krijgen, iets wat wij
niet hopen, we dan in ieder geval niet gebonden zijn.
Mevroüw NOORMAN: Ik zal niet alles herhalen hetgeen de heer Franken gezegd
heeit. Het zal het college niet verbazen dat de V.V.D. deelname van parti
culier initiatief aan de verdere plannen voor herstructurering van onze stad
toejuichen. Wij hebben er dan ook hoge verwachtingen van dat het effectueren
van een en ander sneller zal verlopen en dat wellicht meer toegesneden zal
zijn op wat de markt vraagt.
Dat was het.
De heer VAN DER VELDEN, wethouder: Op de eerste plaats deel ik de opmerkingen
en conclusies van de heer Franken dat het gaat. om een belangrijke beslissing,
maar dat het natuurlijk wel van belang is dat de raad de eindverantwoordelijk
heid heeft voor datgene wat de publiekrechterlijke taak betreft. Het gaat hier
uitsluitend om een intentieverklaring. Dat is denk ik een belangrijke stap
voorwaarts. Het gaat met name ook inspelen op de nieuwe ontwikkeling, het zog.
public-private partnership. Vele ideeën die met name bij de rijksoverheid bij
alle politieke partijen leven, maar die met name in de toepassing daarvan op
lokaal niveau toch een nieuw fenomeen zijn. Met name het boeiende element is
de delegatie van taken en bevoegdheden, wat betekent dat voor de onderneming,
want betekent een en ander voor de raad. Niettemin is het bekend dat de rijks
overheid initiatieven op dit vlak nadrukkelijk wil stimuleren en volgen en dat
mogelijk die gemeentebesturen die deze ontwikkeling mede entameren kans hebben
op een positieve beloning van het department van met name V.R.O. Welnu, daar
moeten wij tijdig op inspelen, dat past ook in het door uw raad geaccordeerde
ontwikkelingsplan en ik ben van mening dat dit dan ook een goede stap voor
waarts is. Maar nogmaals, de uitwerking en toepassing daarvan, daar komen wij
zeker met u nog nader over te spreken in de onderscheiden commissies. Wij hopen
wel dat de gemeentelijke overheid alsmede de onderneming waarmee wij deze in
tentieverklaring aangaan dit toch positief ervaren en dat we daar ook de nodige
hulpmiddelen van mogen verwachten in financiële alsmede in begeleidende zin.
De heer tRANKEN: Voorzitter, mag ik toch van het college nog eens horen, ik
heb in eerste termijn gezegd mocht onverhoopt de overeenkomst de instemming van
deze raad niet kunnen krijgen, zijn wij dan gebonden aan deze intentieverklaring.
De heer NIJPELS: Wat gaan ze nu eigenlijk precies doen. Wij praten over iets
maar we weten niet wat ze gaan doen.
- 53 -
De heer VAN DER VELDEN, wethouder:Ik moet u zeggen mijnheer Nijpels dat met
name minister Nijpels enige tijd geleden daar zeer behartenswaardige woorden
over gepsroken heeft over het fenomeen public-private partnership en met
name over wat gaat er gebeuren, wat gaat er ingevuld worden. Welnu het gaat
erom dat wij van mening zijn, heel concreet, dat de herstructurering, de ontwik
keling van de binnenstad, niet helemaal op eigen kracht door ons gerealiseerd
kan worden, dat tevens de rijksoverheid van mening is dat financiële Injecties
niet alleen op rijksniveau gegeven moeten worden, maar dat het van belang is
met een onderneming waarmee je van mening bent dat je beiden qua denken, de
aanpak van de problematiek op één lijn zit, gaat bekijken op welke wijze je
dat handen en voeten gaat geven en dat je dan gaat afpalen wat de publiekrechter
lijke taak is en wat de taak is privaatrechterlijk van de onderneming.
Concreet kan dat in deze stad inhouden het ontwikkelen, gezamenlijk, van bijv.
een parkeerdek. Het wil niet zeggen dat je met alle ontwikkelingen en detail
ontwikkeling met handen en voeten aan één ontwikkelaar gebonden zou zijn. Dat
mag ook niet zo gelezen worden.
Kortom, ik denk dat het gaat om een proces wat op alle fronten toch roet belang
stelling gevolgd wordt en wat we moeten proberen in goed overleg handen en voe
ten te geven en wij komen zeker met tussenrapportages bij u terug.
De VOORZITTER: Nu nog het antwoord aan de heer Franken.
De heer NIJPELS: Ik kan het nog niet helemaal volgen. Als ik het goed begrijp
dan zou de AMRO-Bank hier in Bergen op Zoom komen om een parkeergarage te gaan
maken.
De heer VAN DER VELDEN, wethouder: Ik heb gezegd bijv; zouden zij met ons samen
voorbereiden en tot ontwikkeling brengen parkeercapaciteit.
De heer NIJPELS: Wie betaalt dat
De heer VAN DER VELDEN, wethouder: Dat zijn afwegingen. Als wij een parkeerdek
willen hebben dan zullen er altijd kostendragers gevonden moeten worden.
Het gaat om een nieuwe ontwikkeling.
De VOORZITTER: Met grote kans dat de parkeerder het betaalt.
Nu de juridische status van het stuk. Het is een wilsuiting. Een wilsuiting om
tot een overeenstemming te geraken. Over onderscheiden onderdelen van die over
eenkomst, die samenwerkingsovereenkomst, zult u zeker in de commissie en ik denk
ook in de raad nog komen te spreken."Een ondertrouwakte.
Dames en heren, u bent bereid deze intentie uit te spreken
U wenst geen stemming of aantekening Dan is aldus besloten.
25. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet van f. 1.441.500,- voor de
2e fase van de ontsluiting Binnenschelde-Bergse Plaat en realisering en bouw-
rijp maken van de aanhaking.
(Verzameling 1987, nr. RO/117)
Mevrouw NOORMAN: Naar aanleiding van het voorstel tot beschikbaarstelling van
een krediet van bijna 1,5 miljoen voor de tweede fase van de ontsluiting
Binnenschelde-Bergse Plaat, realisering en bouwrijp maken van de aanhaking
het volgende.
De V.V.D.-fractie gaat accoord met het nu vast voteren van dit werkkrediet,
maar aangezien het bestemmingsplan nog besproken moet worden en goedgekeurd
moet worden, willen wij u nadrukkelijk erop wijzen dat wij ons niet op voor
hand op de meter willen vastleggen.
De heer VAN ES: Een uitvloeisel vanons standpunt dat wij tegen bebouwing van
de Bergse Plaat zijn moeten wij tegen het bouwrijpmaken van het voorstel
stemmen