- 8 - de toekomstige structuur zou moeten zijn, hoe de toekomstige werkwijze zou moeten zijn en wat er bij die te kiezen of gekozen structuur en werkwijze aan arbeid in het geding is. Het kan best zijn dat daaruit geconcludeerd kan worden dat professionele be geleiding noodzakelijk is. Laten we die discussie dan voeren op het moment dat in het city-marketing team wordt vastgesteld dat het nodig is en hoe professionele begeleiding ingezet moet worden. Dat is vervolgens ook nog een vraag die binnen zo'n team op een geheel andere wijze besproken kan worden dan wanneer je dat alleen binnen de gemeente zou moeten doen. Bij ons is het duidelijk, als je professionele krachten moet inzetten vanuit de gemeente dan leg je beslag op ambtelijke tijd. Hoe de gesprekspartners in het city-marketingteam daarover denken is mij op dit moment niet bekend. Ik denk dat we daar eens rustig met elkaar over moeten praten. De heer NIJPELS: De heer Van Es geeft nu al aanwijzingen dat het verkeerd zal lopen als zometeen die city-roarketingcommissie bezig is. De heer STUART, wethouder: Ik ben wat dat betreft wat voorzichtiger, ik weet niet wat de toekomst brengt eerlijk gezegd. Ik ben al heel blij dat we met het city- marketingteam in een relatief korte tijd tot eensluidende oordelen en beoorde lingen zijn gekomen over verschillende aspecten van het leven in onze stad. Hoe we tot verbetering kunnen komen met elkaar dat moet nadat deze stukken door de verschillende achterbannen zijn geaccordeerd eerst onderwerp van gesprek worden. Ik weet niet wat er dan uitkomt. Als het enthousiasme zo blijft zoals het nu is dan stel ik me er veel van voor en dan denk ik dat de gespreksdeel nemers met ons van mening zullen zijn dat dat werk, zeker in de uitvoerende sfeer, niet zonder professionele aanpak kan. Maar van het city-marketingteam zelve moeten we vooral dunkt mij een intellectuele inspanning verwachten, daar gaat het om het formuleren van initiatieven, het spelen van een stimulerende rol voor bijv. totstandbrenging van evenementen van allure, het geven van adviezen aan het gemeentebestuur voor wat betreft promotie en acquisitie, een coördinerende rol om verschillende belangenorganisaties in de stad proberen in dezelfde richting te laten werken. In de uitvoering van ideeën, waar het nodige onderzoek bij te pas zal komen, komt het neer op arbeidskracht, niet zozeer binnen dat city-marketing team denk ik maar in de uitvoering van de door het team aangedragen punten. Ik denk dat het verstandig is om nu niet aan te bieden als gemeente daar zetten wij eens even X tegenaan, want ook dat zullen wij met de gespreksdeel nemers overeen moeten komen. Als er belangen liggen voor anderen, dan ligt het ook in de lijn om van die anderen een bijdrage te vragen. Die discussie moet nog gevoerd worden. Ik zou echt willen bepleiten om die toekomstige discussie niet te belasten met een hypotheek van allerhande raadsuitspraken. Laten wij kennis nemen van eikaars mening dat hier wellicht in de toekomst professionele arbeid nodig is en laat de gespreksdeelnemer uit Bergen op Zoom van gemeente wege in het city-marketingteam die mening maar eens op tafel leggen en dan zien wat er voor discussie uitkomt en wat voor conclusies. Daarmee komen we dan uiteraard wel weer terug naar de respectievelijke achter bannen. Ik denk dat het zeker zo zal zijn dat de voortgang van de werkzaam heden op de agenda van de commissie economische zaken zal staan, overigens ook de voortgang van de onderzoekingen in het kader van de TROP, dus toerisme en recreatie, waar de heer de Jongh om gevraagd heeft. Ik wil, de opmerkingen van de heer de Jongh onderstrepen met betrekking tot de potenties voor Bergen op Zoom in relatie tot de Ant werpse haven. Dat is een onderdeel wat zeer nadrukkelijk moet worden uitge diept en wat naar mijn gevoel ook veel meer te betekenen heeft dan die mooie kreet "liggend tussen twee wereldhavens Rotterdam en Antwerpen". Wij zijn ervan overtuigd dat die directe nabijheid van Antwerpen veel eerder tot con crete dingen kan leiden dan die ligging in de zogenaamde gouden delta. - 9 - De heer Van der Kallen heeft net als in de commissie een kanttekening ge maakt bij de 2e doelstelling "het stimuleren van de ontwikkeling van de toeleveringsindustrie". Ik heb dat stukje nog eens goed gelezen, ik kan toch niets toevoegen aan wat ik daarover in de commissievergadering heb gezegd. Het woord toeleveringsindustrie is wellicht voor de heer Van der Kallen wat alarmerend, maar als men de tekst leest die eronder staat dan is het toch niet mis te verstaan wat daar bedoeld wordt. Daar wordt bedoeld wanneer we het hebbenover bedrijven die wat verder in de bedrijfskolom opereren, dat het toch mogelijk zou moeten zijn om bedrijven binnen de poorten te krijgen die eind producten maken van halffabrikaten die thans in Bergen op Zoom vervaardigd worden en dat voor de vervaardigers van halffabrikaten met name toeleveranciers van diensten in het geding zijn hier. Hier wordt niet in eerste instantie ge dacht aan fabrieken van chemische basisgrondstoffen. Dat wordt niet bedoeld. Er wordt eerder bedoeld gebruik te maken van de producten die hier in Bergen op Zoom gemaakt zijn ten behoeve van het vervaardigen van eindproducten. Het is toch uiterst merkwaardig dat er in Bergen op Zoom nauwelijks iets ge beurt aan het vervaardigen van plastics in de vorm van eindproducten bijv. Dat is dus de bedoeling met deze tweede doelstelling. Een opmerking van de heer Van Kemenade over de promotie-mindednes van het apparaat. Ik denk dat we niet de neiging moetenhebben om daar al te zeer op in te gaan. Misschien dat we mogen volstaan met de opmerking dat organi satorisch gesproken natuurlijk de functie economische zaken ook altijd stief kindje is geweest in Bergen op Zoom in de ambtelijke organisatie. In de nieuwe organisatie is, zoals we weten, in de nieuwe dienst stadsont wikkeling en beheer een aparte afdeling economische zaken voorzien, waaronder ook ressorteren grondbedrijf en havenbedrijf en ik denk dan dat soort problemen, alof niet bestaand, niet meer aan de orde behoeven te zijn. De gedachten van een jaarlijks terugkerend evenement is denk ik een van de voor de hand liggende gedachten die zeker in de verdere werkzaamheden aan de orde zal komen. Het is wellicht goed om wat dat betreft nog eens op het ontstaan van het team te wijzen. Het promotieteam is vooral opgericht om toerisme en recreatie te bevorderen en in het kader daarvan is de afgelopen vier jaar natuurlijk toch juist ook met betrekking tot dit soort voorstellen een aardige basis gelegd voor verder overleg wat dan uiteindelijk ook heeft geleid naar mijn steiligge overtuiging naar een gemakkelijke realisering van het city-marketingteam, dit was een vruchtbare bodem dus. Mevrouw V.d. Putte heeft een opmerking van procedurele aard gemaakt. Ik meen me te herinneren dat we al eens vaker in deze raad hebben gediscussieerd over de wenselijkheid van het beschikbaar moeten hebben van notulen van commissie vergaderingen die op de betreffende agendapunten betrekking hebben. Dat blijkt nu eenmaal niet altijd mogelijk te zijn, maar het verslag is er natuurlijk wel. In de commissie hebben wij geconstateerd dat het goed zou zijn dat de vertegenwoordiger van de gemeente Bergen op Zoom in de volgende vergadering die kwestie spoorwegen eens aan de orde zal stellen. Daarmee hebben wij vast gesteld, dunkt mij, in de commissie dat mevrouw v.d. Putte hier een punt heeft aangehaald wat zeker aandacht verdient in de toekomst. Ik denk dat ik het daar in eerste instantie bij moet laten, voorzitter. De heer VAN DER VELDEN, wethouder: Toch een heel korte opmerking vanuit de portefeuille personeelszaken. Ik vond dat de heer Van Kemenade een wat on gebruikelijke opmerking maakte toen hij poneerde dat de ambtelijke organi satie op onderdelen ook wat flexibeler, meer promotieminded zou moeten zijn. Op dat moment rijst bij mij dan wel de vraag bij die opmerking op welke wijze hij dat harder zou willen maken, m.a.w. op welke onderdelen baseert u die kritiek want het moge u bekend zijn dat uiteindelijk alles wat uitgevoerd wordt, toegepast wordt, plaatsvindt onder de politieke verantwoordelijkheid De VOORZITTER: Daar kan de heer Van Kemenade dan straks nog op terugkomen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1987 | | pagina 168