- 2
De heer VAN DE WATER: Voorzitter» één moment, ik heb het te laat ontdekt,
maar in de notulen van 19 december (blz. 7) daar staat iets wat ik belache
lijk vind, een kleintarief van 0 tot 7000 m3„ Dat vind ik juist niet be
lachelijk, dat moet zijn tot 170.000.
De VOORZITTER: U weet» dat bezwaren tegen de notulen eigenlijk schrifte
lijk behoren te worden ingediend. Ik vraag u nogmaals, meneer van de Water,
u spreekt over de tariefgroep kleinverbruikers van 0 tot 7000 m3 en dat
moet zijn
De heer VAN DE WATER: 170.000.
De VOORZITTER: Aha, er is en 1 en een 0 vergeten. Nu is het mij duidelijk.
Géén van de overige leden bezwaar dat deze mondelinge wijziging wordt
aangebracht? Dan zijn de notulen, met inachtneming van een wijziging, die
overigens voor 100.000 staat, vastgesteld.
2. Verzoek van de heer T. Bakker, directeur van het gemeentelijk woningbe
drijf, om hem wegens het aanvaarden van een betrekking elders met ingang
van 31 maart 1986 eervol ontslag te verlenen.
(Verzameling 1986, nr. PZ/23)
Zonder beraadslaging wordt aan de heer T. Bakker eervol ontslag verleend.
3. Voorstel tot vaststelling van de bedragen voor het jaar 1986, zijnde de
vergoeding voor werkzaamheden en tegemoetkoming in de kosten, verbonden aan
het raadslidmaatschap.
(Verzameling 1986, nr. AZ/17)
Mevrouw NOORMAN-VAN LEEUWEN: Voorzitter, de VVD-fraktie konstateert eigen
lijk dat wij met dit besluit» als wij het besluit nemen konform het voor
stel, de huidige Raad slechts willen binden. Vandaar dat wij u verzoeken
om het gereserveerde bedrag op de begroting onaangetast te laten totdat
de nieuwe Raad de beslissing overneemt
De heer BAKX: Meneer de voorzitter» wij kunnen instemmen met dit raadsbe
sluit wat nu voor ons ligt. Wij hebben geen behoefte om dat te binden aan
de termijn tot de nieuwe Raad is geïnstalleerd. Bij ons is het principieel.
Ook na 29 april zouden wij zo'n voorstel van het College wederom onder
steunen, dus wij vinden niet dat wij daarmee een nieuwe Raad wel of niet
binden en wij vinden principieel dat dit moet en nogmaals, daar kunnen wij
niet mee akkoord gaan.
De heer WESTERHOF: Wij sluiten ons aan bij de woorden van de heer Bakx.
De VOORZITTER: Zullen wij dan afspreken, mevrouw Noorman, dat wij eventuele
initiatieven nè 29 april maar zullen afwachten?
De heer NIJPELS: Voorzitter, ik wilde me eigenlijk aansluiten bij het be
toog van mevrouw Noorman. Ik vind dat wij niet bevoegd zijn om voor een
Raad die komt, om daarover te beslissen. Het mag zo zijn dat de PvdA naar
voren brengt dat we dat al in principe tegen die tijd ook zullen doen.
Maar wie zegt dat ze met zeven mensen terugkomen? Ze kunnen wel met vijf
mensen terugkomen of vier. Dan hebben ze zwaar de minderheid.
- 3 -
De VOORZITTER: Mag ik u voorstellen om het zetelverdelen te laten aan
vangen pas nadat de kiezer zijn stem heeft bepaald en wanneer er na 29
april behoefte is om dat te wijzigen wachten wij initiatieven uit de
Raad af.
De heer NIJPELS: Ik wil aantekening tégen te zijn.
De VOORZITTER: Dan wordt de heer Nijpels die aantekening verleend. De
fraktie van de VVD vertrouwt op kontinuiteit en ziet wat er gebeurt na
29 april.
Dan wordt de heer Nijpels aantekening verleend en is overigens konform
besloten.
A. Voorstel tot verhuur van een perceel industrieterrein, gelegen aan de Zee
landhaven aan Vriens Bouwmaterialen B.V. te Bergen op Zoom.
(Verzameling 1986, nr. R0/5).
5. Voorstel tot het pachtvrij maken van grond, gelegen in de Geertruidapolder
in pacht bij mevr. P.J. Franken-Nuyten te Bergen op Zoom.
(Verzameling 1986, nr. RO/9).
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de voorstellen
A en 5 aangenomen.
Voorstel tot verkoop van het perceel met opstallen, gelegen aan de Noord
singel» hoek Boxhornstraataan de Parochie H. Maagd Maria te Bergen op
Zoom.
(Verzameling 1986, nr. R0/8),
De heer HAUER: Uiteraard zijn we tegen de verkoop van deze gemeentegrond,
maar daarbij heb ik nog een vraag. Die grond wordt nl. aan de Parochie H.
Maagd verkocht in verband met de realisering van een woningbouwplan. Het
gaat om twee percelen. Eén perceel van de parochie en één perceel van de
Gemeente en de Gemeente verkoopt haar perceel aan de Parochie. Mijn vraag
is, waarom niet andersom» waarom heeft de Gemeente dat stuk niet van de
Parochie gekocht om daar een woningbouwplan op te realiseren.
De heer VAN DER VELDEN» wethouder: Voorzitter, het is zo dat wat betreft
het bouwplan voor de Martelarenkerk er eerder een ontwikkeling was en het
is ook zo dat wij» als Gemeente, niet meer zelf bouwen, dat is bekend.
Daarom is gekozen voor de mogelijkheid om de grond te verkopen aan degene
die aangrenzend al met een bouwontwikkeling bezig is. Dat is de verklaring
vanuit Ruimtelijke Ordening/Volkshuisvestingshoek.
De heer HAUER: Maar begrijp ik dan uit de woorden van de wethouder dat de
Parochie zelf gaat bouwen? Precies, dus waarom moet het dan aan de Pa
rochie verkocht worden?
De heer VAN DER VELDENwethouderDe Parochie was al doende met een ander
die daar op het perceel gaat bouwen om een en ander tot ontwikkeling te
brengen en toen is de vraag gesteld bij ons of onze grond daarvoor moge
lijk ook dienstig was om daar de ontwikkeling op te kontinueren.
De VOORZITTER: Dames en heren, geen van de andere leden van de Raad wenst
hierover het woord te voeren» dhr Hauer zal de gebruikelijke aantekening
ontvangen.
Geen van de andere leden van de Raad wenst die aantekening, u wenst geen
stemming» dan is aldus besloten.