- 22 - die wij hebben nagetrokken, zowel de heer Bol sius als wij, telefonisch en wat ons betreft zelfs persoonlijk toen toevalligerwijze mensen van de afdeling op het Ministerie waren, maar dan het Ministerie van W.V.C., en de heer Bolsius heeft bij Onderwijs geinformeerddie nog op geen enkele wijze schriftelijk zijn bevestigd. In de commissie Welzijnszaken is na drukkelijk aan de orde geweest dat we mogen verwachten dat in mei een aan tal zaken op papier staan. Op grond daarvan heb ik gezegd, het lijkt mij verstandig dat we in de Raadsvergadering besluiten konform het voorstel van het College en in mei/juni ons nader beraden. Want we moeten niet ver geten dat er aan het geheel, ook al zegt het Ministerie dan dat '86 het jaar is en dat die middelen automatisch ook voor het jaar '87 en '88 be schikbaar zullen komen, onvermijdelijk komt op ons af dat er een vermin dering zal plaatsvinden en de heer van der Stoel heeft daar, denk ik, het meeste met nadruk op gewezen, wanneer die verevening een rol gaat spelen. Ik kan op dit moment in onvoldoende mate overzien wat dat voor konsekwenties met zich mee brengt en welk gat er dan wellicht per 1 janu ari 1989 plotseling gaat ontstaan als wij op een bepaald nivo joer 1 janu ari 1987 de basiseducatie hebben gestart, doorlopend naar 1988. Het zou dan wel eens kunnen blijken dat we dan, gegeven de financiële omstandig heden, een zware terugval moeten nemen voor de basiseducatie en wat dat betreft zou ik nogmaals, ook vanuit die gezichtshoek, er op willen aan dringen laten we, uitgaande van de veronderstelling dat het Ministerie inderdaad tijdig in mei alle relevante gegevens naar ons toestuurtpro beren in mei/juni daarover met elkaar te diskussierenIk weet dan dat het krap aan is om tijdig het kursistenbestand op peil te krijgen voor een nieuw kursusjaar, maar zo aangekondigd, denk ik dat het Bestuur, de Staf en de kursisten ook weten dat wij op dat moment daarover zullen dis kussieren en toch nog best tijdig maatregelen kunnen nemen om zich aan te melden voor dat nieuwe kursusjaar en behoeft het beslist niet tot een al gehele leegloop te leiden, als sommigen dat eventueel zouden vrezen. Over het voorstel van de heer Hauer, voorzitter, denk ik dat ik dan al duidelijk ben geweest en ook hem zou willen vragen, gezien het voorafgaande, thans niet een uitspraak van de Raad te vragen om nog meer gelden be schikbaar te stellen. Al te gemakkelijk vond ik echter dat hij sprak over, we moeten het maar overeind houden ongeacht de schuldvraag. Voorzitter, ik denk toch dat, wanneer wij afspraken maken en die hebben wij gemaakt, en we konstateren dat iemand zich niet aan afspraken houdt, het niet zo kan zijn dat eventueel dan maar heel loyaal dat wordt vergeven eventueel. We verkeren toevallig in de gelukkige omstandigheden dat we dat nivellerings- fonds een aantal jaren geleden hebben ingesteld, maar anders zou het wel licht ten koste van anderen hebben moeten gaan die zich wel aan de regels houden die het College en de Raad hebben vastgesteld voor de periode '82- '86 en voor sommige zelfs nog voor het jaar 1987 in petto hebben. Der halve heb ik met een zo gemakkelijk uitgangspunt, om extra middelen be schikbaar te stellen, toch wel wat problemen en ik denk het hele College met mij en ik heb de indruk ook de grote meerderheid van de Raad. Ik zou aan GB/SP, maar dat heb ik feitelijk al indirekt gedaan, derhalve ook willen vragen niet bij punt II een splitsing aan te brengen maar punt II te aanvaarden zoals het er thans staat. Ten aanzien van de notitie, die we voorbereiden met de Gemeente Roosendaal en Nispen, ik heb daarvan mngegeven dat getracht wordt die zaak zo enigs zins mogelijk in april af te ronden en dat daarover de Raad dab nader over - 23 - geïnformeerd kan worden. Ik denk dat ik niet heb toegezegd dat in mei/juni een notitie volwassenen educatie zou worden voorgelegd met alles er op en er aan, maar wel dat we nadrukkelijk zouden stil kunnen staan, wellicht aan de hand van die noti tie, over de basiseducatie maar zeker als het Ministerie doet wat uit signalen wordt opgevangen, kunnen diskussieren over de verdere financiering van het V.J.V.-werk voor de periode juli t/m december '86 en dan is ook tegelijkertijd duidelijk, denk ik, hoe het eventueel voor '87 en '88 zal gaan. Dat is toch iets anders, denk ik, als dat mevrouw van Dam deed voor komen dat we nu ijverig beginnen met een notitie over de volwassenen educatie te schrijven, met alles er op en er aan. Voorzitter, globaal denk ik, dat ik daarmee voldoende ben ingegaan op de vragen zoals ze zijn gesteld en op de opmerkingen zoals ze zijn gemaakt en voor iedereen zal duidelijk zijn dat 1986 nog een belangrijk jaar is om over dit onderdeel met elkaar van gedachte te wisselen, maar zoals het er nu naar uitziet, maar dat is inmiddels ook duidelijk, zal dat eerst in een volgende zittingsperiode plaatsvinden. De heer BOLSIUS: Een korte reaktie. Ik dank de portefeuillehouder voor de toezegging mei/juni die in de commissie al gedaan was, waardoor ik het nu ook niet meer nodig vind het raadsbesluit aan te vullen met een zinsnede in die richting. Ik zag dat ik in eerste termijn nog iets ten aanzien van de formatieplaat sen vergeten was, het is als opmerking bedoeld, als een soort achterlig gende informatie. Minister Brinkman antwoordt op een vraag van één van de kamerleden dat er op dit moment circa 500 formatieplaatsen zijn gefinan cierd, van die 50Ó,norminkomen 55.000,rekenen ze 15.000, toe per formatieplaats en dat is dan de beroemde 35 miljoen die voor basiseducatie beschikbaar wordt gesteld. Die opmerking, gekombineerd met de brief van de Minister van Onderwijs en Wetenschappen, waarin staat "uitgangspunt is dat alle personeelsleden die bij de uitvoering van deze aktiviteiten (en dat woord slaat dan op V.J.V.'s onder andere) betrokken zijn in dezelfde taakomvang als zij voorheen hadden, worden ingezet, voorzover daarvoor uit 's Rijks kas de bekostigde formatieeenheden be schikbaar zijn" en ik heb me, wat dat betreft, laten informeren, wij zitten, wat formatieplaatsen betreft, kwa rijksnormering.niet te hoog. De heer VAN WIJK: In grote lijnen, meneer de voorzitter, heeft de behande ling van dit voorstel in deze Raadsvergadering weinig of geen nieuwe ge zichtspunten opgeleverd in vergelijking met de behandeling in de commis sie Welzijn. Ook wij, dat heb ik ook gezegd, hechten belang aan de af werking van dit lopende kursusjaar, vandaar mijn suggestie om in ieder ge val mee te gaan om 10.000,beschikbaar te stellen en ik vind het ook een goede zaak dat de wethouder nader beraad in het vooruitzicht stelt, mei/juni, niet alleen over het resterende gedeelte van dit jaar, maar ook voor de volgende jaren met daarbij 1989 in het vizier. Meneer de voorzitter, de wethouder vraagt ons terug te komen op onze sug gestie om die 20.000,dus niet te splitsen in twee delen. Wij houden ons aan de splitsing die ik dus gemaakt heb, mede bedoeld om de goede wil, kwa beleid van "Den Singel", te mogen konstateren, vandaar dat ik de wethouder nog eens vraag of hij bereid is om er bij "Den Singel" op aan

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1986 | | pagina 61