14 -
Verwijzend naar dezelfde besluitsvorming, zoals die in deze Raad in '81
heeft plaatsgevonden, kan ik dus de heer Hauer mededelen, dat wij zijn
visie op dat terrein niet delen.
We zijn de heer van der Stoel uiteraard dankbaar voor de vriendelijke
woorden die hij aan ons College, en ook aan mij, heeft gericht en wij zijn
zelf natuurlijk ook blij dat er een dak op komt en dat de zaak bruikbaar
gemaakt kan worden.
De heer WESTERHOF: Voorzitter, ik wil nog graag even ingaan op de woorden
van de heer Hauer. Ik vind het een juist beleid dat wij, als Gemeente,
bijdragen in die verhuiskosten. Dit is niet alleen een kerkelijke aange
legenheid, want één van de grote posten, neem ik aan, bij die verhuizing,
zal het orgel zijn en het is belangrijk voor het funlctioneren van de
Gertrudis dat daar inderdaad weer een orgel in komt, dus als zodanig ben
ik het niet met hem eens.
Ik wil nog graag een andere opmerking maken, ik heb geaarzeld of ik dat
moest doen. Bij die intentieverklaring, die indertijd door de Raad is aan
genomen, is ook gesproken over medegebruik door anderen van de kerk dan
alleen de binnenstadsparochie. Ik heb begrepen dat in dit stadium daar
een beetje moeilijkheden mee zijn en ik hoop dat daar toch een modus ge
vonden zal worden dat ook andere partijen in deze, nog gebruik kunnen
maken van die kerk en dat dat tot een bevredigende oplossing komt.
De heer BAKX: Die laatste woorden van de heer Westerhof kan ik alleen maar
onderschrijven. Ik denk, dat buiten de Kerken, ook andere groepen van onze
samenleving daar gebruik van zouden moeten kunnen maken, natuurlijk wel
rekening houdend met zijn funktie, maar ik zou ook best graag willen hebben
dat het een "open gebouw" zou kunnen zijn.
De VOORZITTER: Wij zullen vanzelfsprekend met de binnenstadsparochie, met
de Kerken in Bergen op Zoom meer in het bijzonder, nog een aantal keren
moeten overleggen om het gebruik, ten principale, als kerkgebouw en het
medegebruik, zowel voor de Gemeente als voor andere groepen, te bespreken
en mogelijk te maken. Bij de Gemeente denk ik met name ook, nu de Gemeente
zich een belangrijke inspanning getroost op het terrein van de inrichting,
dat het orgel ook gebruikt zou kunnen worden voor orgelkoncerten en voor
allerlei andere aangelegenheden, waar uiteraard met het Kerkbestuur nog
nader overleg over gepleegd zal moeten worden. Wij stellen ons voor om dat
in de komende maanden te doen en mèt de heer Westerhof hoop ik, dat wij
tot een goede oplossing zullen komen voor het méérvoudig kerkelijk ge
bruik enerzijds en profaan medegebruik anderzijds. Ik begrijp, dat dat iets
is, wat uw Raad ook zou willen nastreven.
Dames en heren, ik denk dat wij er voldoende over gezegd hebben. De heer
Hauer zal aantekening worden verleend, dat hij tegen het tweede deel van
het besluit op blz. 193 is. De overige leden van uw Raad wensen geen
stemming, geen aantekening, dan is aldus besloten.
13. Voorstel inzake opheffing commissie ad hoe onderzoek exploitatie zwembad
Gageldonk.
(verzameling 1986, nr. AZ/61).
- 15 -
De heer VAN HEIJST: Meneer de voorzitter, dit is een iets minder gevoelig
onderwerp dan het voorgaande. Dat bleek ook over de wijze waarop destijds
een VVD-nota werd aangekondigd met "Help, het zwembad verzuipt1'. Meneer
de voorzitter, met enige belangstelling heb ik de commissie ad hoe gevolgd
en ik geloof, dat we aan het slot mogen konstateren, dat noch het zwembad,
noch één van de commissieleden is verzopen. Gelukkig!
Mevrouw NOORMAN-VAN LEEUWEN: Het heeft wel moeite gekost, meneer van Heijst!
De heer VAN HEIJST: Meneer de voorzitter, men zegt wel eens na al dat werk,
dat vele werk heeft gebaard een muis, dit vele werk heeft in ieder geval
gebaard een enorme glijbuis. Daar wil ik het bij laten.
De heer VAN DE WATER: Op de eerste plaats een woord van dank aan de com
missie. Ik denk dat iedere poging, die in het werk gesteld wordt om de
uitgaven te verminderen en de inkomsten te verhogen, een goede zaak is. In
de komende jaren zal blijken of dat inderdaad zo is, één jaar is niet vol
doende, volgens mij.
Ik heb toch een beetje moeite met een opmerking in de notitie, waarin we
verder willen gaan met energiebesparende maatregelen, dat eigenlijk gewoon
gesteld wordt dat de mogelijkheid, om de meeste energie te besparen, niet
onderzocht wordt, gezien de ontwikkeling bij het WarmtebedrijfIlc vind
juist dat die mogelijkheid, en dan bedoel ik de kracht warmte, wel onder
zocht moet worden om straks juist een vergelijk te krijgen ten opzichte
van het Warmtebedrijf en ik denk zelfs, als we dat onderzoek doen en het
gaan proberen, dat het terug verdiend is voordat het Warmtebedrijf daar
tot stand is gekomen.
De heer PAREL: Voorzitter, met heel veel genoegen heb ik deelgenomen aan
de commissie ad hoe voor het zwembad Gageldonk en ik mag zeggen, voorzit
ter, onder de bezielende leiding van de heer Dekkers en ook mede door de
badmeester, hebben wij in totaal wel een keer of acht gezwommen en ik moet
vaststellen, voorzitter, dat dat tot zeer grote tevredenheid van ons alle
maal is opgelost en ik hoop in de toekomst, voorzitter, dat er ook meer
raadsleden gebruik zullen maken van ons prachtige zwembad Gageldonk.
De VOORZITTER: Desnoods op de "glijmuis".
Mevrouw NOORMAN-VAN LEEUWEN: Even een kleine opmerking, voorzitter, over
die energieopwekking. Die notitie is nog niet behandeld in de commissie
Sport, dus daar komen we dan wel op terug. De opheffing van de commissie
ad hoe heeft ook de instemming van onze fraktie mits, en dat hebben wij
ook gesteld in de commissie, er voldaan wordt aan een voorwaarde dat
direkt na de zomervakantie, voor zover mogelijk, we de zaak evalueren over
het zomerseizoen en in het voorjaar de zaak evalueren om het toekomstige
seizoen te bekijken. Aan die voorwaarde houden wij vast.
De VOORZITTER: Een commissie van opening en sluiting, begrijp ik.
Mevrouw NOORMAN-VAN LEEUWEN: Het is duidelijk een soort werkcommissie die
de zaak goed in de gaten kan houden.
De heer DEKKERS, wethouder: Toen ik de heer Parel hoorde, dacht ik dat ik
toch wat vergaderingen had gemist en als ik die vergaderingen heb gemist,