- 16 - om Bergenaren een stukje informatie te verschaffen over hun eigen Bergen. Ik denk dat dan een vereniging met een paar leden net zo beperkt bezig is is als een aantal Stichtingsbestuurders. Het moet dus zijn dat alle Berge- naren lid worden van de BRTO of de stichtingsvorm is dezelfde als de ver en igings vorm. Dan is het zo dat ik graag de opmerking wil maken, die ik ook al in de commissie heb gemaakt maar waar U geen antwoord op kon geven, U vertrouwde dat tijdens deze raadsvergadering aan de portefeuillehouder gemeentebedrijven toe dat we geconstateerd hebben dat er allerlei voorzieningen in een CAI-net mogelijk waren zonder tariefsverhoging. Ik wil graag weten in welke orde die bedragen ook alweer lagen en hoeveel mogelijkheden er in de fAl-begroting alsnog over zijn om de wat dramatische zin die aan het einde van dit voorstel staat nl. dat het "welhaast onontkoombaar zal leiden tot een lastenverhoging van de burger" om die dramatische sin ietwat minder dramatisch te maken. De heer VAN DER STOEL: Op de eerste plaats willen bij onze bijval betuigen bij het eerste deel van het betoog van de heer De Jongh. Wij hebben ook ge pleit voor het tot stand komen van een vereniging en in tegenstelling tot wat de heer Bolsius zegt willen wij toch gesteld hebben dat als er iemand bij een stichting wil komen daartoe de mogelijkheid ontbreekt, tenzij er coöptatie plaatsvindt, van een vereniging kan je praktisch altijd lid worden. Vandaar dat wij een vereniging toch democratischer vinden en deze vorm toch wenselijker hadden gevonden. Al met al is dit voor ons toch geen belemmering om het eens te zijn met het voorstel van het college. Qua financiering hebben wij ook in de commissie duidelijk gemaakt dat we het op dit moment nogal een fors bedrag vinden, het zeker niet aangenaam vinden om elke kijker in Bergen op Zoom met een hogere bijdrage te belasten omdat hij daar geen ja of nee tegen kan zeggen. Als de gemeente dat besluit dan wordt men met een hogere bijdrage opgezadeld. Wij hopen dat er in de toekomst mogelijkheden komen dat het onderscheid er wel komt tussen iemand die er uitdrukkelijk toe wil behoren en anderen niet. Op de tweede plaats zouden wij in de richting van het CDA en de P.v.d.A. wil len zeggen dat als zij hun landelijke fracties eens opbellen,de komende weken is er namelijk een discussie in Den Haag aan de orde en als men het dan met de V.V.D. eens is zou er reclame mogelijk zijn op plaatselijke zenders en zijn we in één keer uit de problemen. De heer VAN HEIJST: En de kranten dan De heer HAUER: Ik zou de BRTO willen adviseren om haar uitzendingen maar via de satelliet naar Bergen uit te stralen want kennelijk kost het de burger dan geen cent. Er worden nu vanavond nogal wat bedenkingen gemaakt over het financiële plaatje. Ik zou het heel slecht vinden als U daaruit de conclusie trekt dat niemand ervoor voelt om er een cent voor uit te geven dus we laten het niet doorgaan. Ik vind zeker dat de suggestie van de heer De Jongh onder zocht moet worden of binnen het CAI een mogelijkheid is om de uitzendingen van de BRTO voor een gedeelte te financieren. Ik ben er zeer zeker tegen om de Bergenaren nogmaals te belasten met weer eens een verhoging van een of ander tarief. Wat betreft de representativiteit wil ik opmerken dat die nu redelijk vol doende lijkt, maar toch vind ik het jammer dat de BRTO niet voor een vereni- gingsvorm heeft gekozen. Ik denk toch dat je daarmee met name het bestuur democratischer houdt dan op deze wijze, waarin toch onderling min of meer wordt uitgemaakt wie er in het bestuur zit. Weliswaar moeten de verenigingen een bestuurslid afvaardigen, maar er zijn ook nog een aantal bestuursleden die niet door een vereniging zijn afgevaardigd. Dat vind ik toch niet zo democratisch. Verder heb ik geen moeite met dit voorstel. - 17 - De VOORZITTER: Dames en heren, het college zal hierop op twee manieren antwoorden. Ik zal trachten een aantal algemene opmerkingen te maken en over de begroting van het CAI-bedrijf zal wethouder Van Kemenade nog wat zeggen. Het verheugt mij dat de heer De Jongh reeds op korte termijn zeer creatief geworden is. Was hij tijdens de commissievergadering nog voornemens om de financiën van de BRTO, zoals deze aan ons gepresenteerd zijn, te brengen onder het hoofdstuk nieuw beleid van het college dat na 29 april zou moeten optreden, thans lijkt hij een tweetal kostenposten te hebben gevonden die zouden kunnen bijdragen voor de BRTO. Voor wat de laatste suggestie betreft voel ik mij vooral aangesproken, nl. de suggestie om de gemeentelijke informatiepagina zoals thans in De Zoom geplaatst, via de BRTO uit te zenden. Dat moet waarschijnlijk wel via een satelliet gaan wil iedereen dit kunnen zien anders lijkt het mij een onmogelijke zaak om hetzelfde nuttig effect te bereiken als de informatiepagina zoals thans in De Zoom. Natuurlijk kunnen via lokale omroepen een aantal berichten van de lokale overheid worden uitgezonden, maar een heleboel andere, bijv. wettelijk verplichte publikaties die daarin kunnen plaatsvinden, nu eenmaal niet. Dat wil niet zeggen dat ik voor zijn vindingrijkheid geen waardering heb. U moet het evenmin allerminst zo uitleggen als de door de heer Bolsius als dramatisch ervaren zin dat een dergelijke stijging van lasten onontkoom baar zal leiden tot lastenverhoging van de burger. In de gemeentelijke huis houding is dat helaas nu eenmaal een waarheid als een koe. Als U f. 150.000,- wilt uitgeven moet dat uit de lengte of uit de breedte komen. Bij de ingediende begroting is dat bedrag gegeven en wij hebben bij een ver klaring omtrent de representativiteit waarover U, en daar prijzen wij ons gelukkig over, ons oordeel deelt, geen verwachtingen willen wekken dat dat automatisch betekent dat de ingediende begroting volledig kan worden gehono reerd. Wij hebben daarin niet gezegd dat er bij ons geen bereidheid is om creatief over oplossingen mee te denken maar het een, twee, drie met de representativiteitsverklaring in het vooruitzicht stellen van de gevraagde gelden ging ons nu ook weer twee stappen te ver. Om te voorkomen dat men later ons onnauwkeurigheid zou verwijten, hebben wij U dit volledige beeld geschilderd. Ik mag toch aannemen dat ons dat toch niet kan worden verweten. De opmerkingen die verder gemaakt zijn door de heer Van Wijk lenen zich dunkt mij wat meer voor een voortgezet overleg met de BRTO wanneer de erken ning door de minister zal zijn geschiedt. De oproep van de heer Van der Stoel heeft dusdanig voor zichzelf gesproken dat deze opmerking niet nader door mij behoeft te worden toegelicht. Ik heb er kennis van genomen dat sommigen Uwer aan de verenigingsvorm de voorkeur hebben gegeven, terwijl anderen zeggen een stichting acceptabel te vinden. U kunt natuurlijk en ik denk dat dat in hoge mate afhankelijk is van de instelling binnen een stichting of binnen een vereniging het democratisch gehalte zelf beïnvloeden. Een vereniging is niet per definitie democratischer. Evenmin, mits opgevuld door mensen met de behoefte om inspraak en medezeggen schap van velen in een organisatie die de tolk van velen zou willen zijn in zich dragen kan ook een stichting een belangrijk democratisch karakter dragen. Er zijn inspraak- en medezeggenschapsraden van vrijwel iedereen in te organiseren en bij een vereniging kun je het verenigingsrecht nu ook een maal zeer marginaal afdoen. Letten we aan de andere kant op de toch belangrijke investeringen die nodig zijn, dan kan ik mij voorstellen dat sommige particulieren er de voorkeur aan geven dat in een stichting onder te brengen orn zodoende, maar IJ mag zich in dat nuttig effect niet al te zeer vergissen, veilig te stellen dat men niet in zijn persoonlijk vermogen aansprakelijk gesteld kan worden voor dingen diernen als stichtingsbestuurder gedaan heeft. Daaromtrent bestaat zo hier en daar weieens enige misvatting, maar ik mag aannemen dat bij het passeren van de akte de notaris daar voldoende op gewezen heeft. Mag ik voor het overige en dat is met name de ruimte die binnen de CAI-be- groting eventueel aanwezig zou zijn de heer Van Kemenade het woord geven.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1986 | | pagina 37