- 28 - bijvoorbeeld aan aanbiedingen van grond, bedrijfspanden, woningen etc. In het verleden heb ik dit wel eens het "ja" en "nee" beleid genoemd. Bij "ja" van het College volgt de bekende procedure, bij "nee" horen we niets of misschien jaren later als die zaak om andere redenen weer eens aan de orde komt. Ik denk bijvoorbeeld aan het FRABA komplex. Onze fraktie zou het dan ook zeer op prijs stellen als genoemde alinea alsnog aan dit stuk werd toegevoegd. Mevrouw NOORMAN-VAN LEEUWEN: Voorzitter, zoals bekend zijn de VVD-raads1 eden gekozen op basis van hun verkiezingsprogramma. Aangezien de VVD bij de co11egevorming door de PvdA en het CDA buiten spel is gezet, de uitgangspunten voor het beleid van het College van B W door de Pvd A en het CDA zijn opgesteld, de VVD ook niet bij de uitvoering van het beleid binnen het College betrokken zal zijn, delen wij u mede, dat wij inderdaad slechts kennis zullen nemen van de uitgangspunten voor het beleid van het College en het derhalve ook niet zullen onderschrijven. Het is daarom dat wij dit beleidsprogramma niet uitputtend zullen behandelen. Wel willen we enkele opmerkingen maken. Op pagina 1. van het beleidsprogramma zegt u dat een selektie is toegepast. Het is ons duidelijk dat het een selektie is uit de verkiezingsprogramma's van PvdA en CDA. Wij konstateren dat, waar het CDA in haar verkiezingsprogramma spreekt over het niet toelaten van burgerleden, inmiddels de burgerleden benoemd zijn en waar de koncentratie van Nutsbedrijven niet in het belang geacht wordt van de burgers, de koncentratie gesprekken met de PNEM zijn gestart en waar over gescheiden afval wordt gesproken in het Collegeprogramma gesproken wordt over invoering van gescheiden afval over 10 jaar, na 1995. Waar de PvdA in haar verkiezingsprogramma spreekt over een energieplan, gezondheidswinkel, klachtenprocedure, kunstuitleen, grondbeleid, vrede en veiligheid, openbaar onderwijs, subsidiëring van aktiegroepenterugdringen van fondsen tot 3 typen, niets is terug te vinden in het Collegeprogramma en waar het om de prioriteit van de PvdA gaat, om als gemeente het initiatief te nemen om te komen tot een Stedelijk Overleg Ouderenzorg, deze in het Collegeprogramma wordt omschreven als "het kan wenselijk zijn dat een SOZ (Stedelijk Overleg Ouderenzorg) er komt op initiatief van een partikulier initiatief". Ik begrijp de zucht van de heer van der Velden, want het is een herhaling eigenlijk van de brief die wij al gestuurd hebben. Het is natuurlijk aan de PvdA en het CDA zelve om hun verkiezingsprogramma's waar te maken. Wij konstateren slechts dat bij de selektie met name geput is uit het verkiezingsprogramma van het CDA. De VVD-fraktie zal het Co11egebe1eid de komende vier jaar toetsen aan de VVD-uitgangspunten en op onze eigen wijze invulling geven aan de algemene doelstelling van het lokaal bestuur, zoals ook verwoord in het Collegeprogramma, het ijveren voor het welzijn van de plaatselijke bevolking op die terreinen van de overheidszorg welke niet aan Rijk en Provincie zijn voorbehouden. Ik dank u wel. Ik wil alleen tot slot een verzoek richten aan het College om deze uitgangspunten van beleid ook te doen toekomen aan de benoemde burgerleden, want het lijkt ons zinvol dat die ook op de hoogte - 29 - gesteld worden van het beleid waar het College voor staat. De heer VAN ES: Voorzitter, in grote lijnen kunnen wij ons vinden in de uitgangspunten van dit beleid. Evenals de heer Westerhof zou ik wel willen opmerken dat op een aantal detailpunten we ongetwijfeld ons de vrijheid willen voorbehouden om af te wijken hiervan. Ik denk o.a. aan een aantal punten op cultureel gebied. Daarnaast missen wij hierin het streven naar de integratie van het Welzijnswerk, wat ons betreft toch eigenlijk wel een erg zinvolle aktie zou zijn om daar eens mee te beginnen. De heer BOLSIUS: Voorzitter, het heeft de fraktie van D'66 bevreemd dat een zo'n belangrijk stuk als het uitgangspunt voor het Collegehandelen, op de stukken "voor kennisgeving aan te nemen" staat. We hadden eigenlijk verwacht dat dit een agendapunt zou worden eventueel voorafgegaan door commissiebehandeling, want het zijn ook de niet-raads1eden/commissie 1 eden die in de komende jaren betrokken zullen worden bij deze uitgangspunten voor het College handelen. Ik wil u daarom alsnog vragen om dit stuk op de agenda's te zetten van de commissies in de maand juni, omdat niet alleen de diverse commissies kennis kunnen nemen van deze uitgangspunten, maar met name ook kennis kunnen dragen van de achterliggende gedachten en overwegingen van deze punten. Wij beschouwen dit programma een stap in de goede richting. Een stap in de goede richting waar het een groot aantal beleidsonderwerpen betreft. Natuurlijk, sommige punten gaan nog niet zo ver als in het D'66 programma staat opgenomen, met name de meer aktieve participerende rol van wijkcommissies zien wij nog onvoldoende uitgewerkt in dit programma. Maar het programma als geheel, ademt een goede sfeer uit, een sfeer die wij graag de komende jaren bij de jaarlijkse begrotingsbehandeling geëvalueerd zouden willen zien. Het is daarom ook, voorzitter, dat het mij heel verstandig lijkt om bij de komende begrotingsbehandeling de diverse onderwerpen, zoals ze hier geformuleerd zijn, te toetsen aan die cijfermatige invulling Dan, voor wat betreft één onderwerp wat we echt node gemist hebben. Het is zo, voorzitter, dat weliswaar de direkteur naar Maastricht gaat vertrekken, maar het Warmtebedrijf blijft. Ik heb het gemist dat er ten aanzien van het Warmtebedrijf iets in deze uitgangspunten terug te vinden is, temeer, voorzitter, omdat onderwerpen, die nou niet miljoenen betreffen zoals volkstuinen, er wel uitdrukkelijk in vermeld staan. Dan ten aanzien van de VVD zou ik nog de volgende opmerking willen maken. Gekozen ofwel niet gekozen worden op grond van een partijprogramma is stap één, vervolgens in de Raad de taak krijgen om samen te besturen is stap twee. Al of niet deel uitmaken van een College mag daarvoor geen belemmering zijn. Er zijn in deze Raad partijen vertegenwoordigd die al in lengte van jaren niet in een College zitten maar die toch trachten positief met elkaar te komen tot het samen besturen van deze stad. Mevrouw NOORMAN-VAN LEEUWEN: En daarmee sluit u aan op de laatste

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1986 | | pagina 118